Hoe laat ik mijn kat meer water drinken?

Katten-drinken-vaak-te-weinig

Wist u dat…?

Veel katten drinken uit zichzelf veel te weinig water. Dit kan ernstige gezondheidsproblemen veroorzaken. We hebben daarom voor u de belangrijkste informatie op een rij gezet.

Redenen om de wateropname te bevorderen

Er kunnen verschillende redenen zijn om de wateropname van katten te stimuleren. Dit is van belang voor de behandeling van verschillende aandoeningen, maar ook voor het voorkomen ervan. Denk hierbij aan:
  • Nierproblemen
  • Blaasontsteking en/of blaasgruis
  • Obstipatie
  • Gelijktijdige behandeling met medicijnen (bv. pijnstillers)

Hoeveel water hoort een kat te drinken?

Gemiddeld zal een kat per dag 40-80 ml water per kilogram lichaamsgewicht moeten drinken. Voor een gemiddelde kat is dit dus ongeveer 200 ml op een dag. Dit is slechts een richtlijn en zal ook afhangen van het type voer (droog- of natvoer), hoeveelheid lichaamsbeweging en omgevingstemperatuur. Een kat die uitsluitend droogvoer eet zal veel meer moeten drinken dan een kat die alleen natvoer voorgeschoteld krijgt. U kunt de wateropname van uw kat meten door een afgemeten hoeveelheid water in de bakken te doen en 24 uur later te meten hoeveel eruit is. Bij meerdere katten in huis is dit natuurlijk lastiger. Drinkt uw kat duidelijk meer dan de richtlijn of is uw kat meer gaan drinken dan eerst? Dan kan er ook een medische oorzaak voor zijn. Neem contact op met de dierenarts.

9 tips om een kat meer te laten drinken

  • Geef elke dag schoon drinkwater en maak ook de drinkbakken regelmatig schoon (minimaal elke week).
  • Plaats drink- en voerbakken minimaal 2 meter uit elkaar. Dit zorgt ervoor dat katten ruim 30% meer water drinken dan wanneer de bakken direct naast elkaar staan.
  • Plaats meerdere waterbakken op verschillende plaatsen (zowel hoog als laag en in verschillende ruimtes). Zet ze op een rustige plaats waar de kat goed om zich heen kan kijken. Zet de bakken niet in de buurt van de kattenbak.
  • Zorg voor brede ondiepe waterbakken, waarbij de snorharen de rand niet raken.
  • Probeer waterbakken van verschillende materialen, zoals steen, glas en metaal.
  • Er zijn speciale drinkfonteinen te koop waarbij het water in beweging is.
  • Geef blikvoer in plaats van droogvoer.
  • Leg een ijsklontje in het water. U kunt bijvoorbeeld ook wat vocht van gekookte kip of vis invriezen in ijsblokjes en dit als smaakje aan het drinkwater toevoegen.
  • De Hydra Care pouches van Purina zijn nu verkrijgbaar. Hydra Care is een smakelijke, zachte gelei met textuur die op zichzelf wordt geserveerd, als aanvulling op de bestaande kattenvoeding. Door de heerlijke smaak zullen katten deze formule gemakkelijk oplikken waardoor de totale vochtinname toeneemt.

Vragen?

Neem gerust contact met ons op: info@dierapotheker.nl Robin-Holle-Dierenarts-Dierapotheker.nl Drs. Robin Holle Dierenartsenpraktijk Horst Thuisbezorgservice: www.dierapotheker.nl

Incontinentie (urineverlies) kat

Urineverlies bij de kat

Incontinentie bij katten is een aandoening die vooral bij oudere katten wordt gezien. Net als bij mensen, kan het heel gewoon zijn dat katten, wanneer ze ouder worden, bepaalde gezondheidsproblemen ontwikkelen, zoals cognitieve stoornissen en verlies van spiercontrole, wat kan leiden tot problemen met poepen en plassen.  

Wanneer uw kat urine verliest of problemen lijkt te hebben met poepen, kan dit een teken zijn van incontinentie.

Wat is incontinentie bij katten?

kat kijkt naar eigenaar die een tapijt schoonmaakt

Er zijn twee soorten incontinentie bij katten: urine-incontinentie is het lekken van urine, terwijl bij faecale incontinentie sprake is van het verlies van ontlasting. Het is belangrijk op te merken dat deze twee aandoeningen heel anders zijn dan bepaalde gedragsproblemen die ervoor kunnen zorgen dat uw kat naar het toilet gaat waar dat niet zou moeten. Deze kunnen veroorzaakt worden door angst of stress, dus om te bepalen of het daadwerkelijk incontinentie is of niet, laat u de diagnose stellen door uw dierenarts.

Oorzaken van incontinentie bij katten

Er zijn verschillende oorzaken van incontinentie bij katten, variërend van ouderdom tot infecties. De meest voorkomende hebben we hier op een rijtje gezet. 

Oude leeftijd

Incontinentie bij oudere katten komt vaak voor omdat naarmate ze ouder worden de spieren rond de urinewegen en darmen zwakker worden. Daardoor krijgen katten minder controle over hun lichaamsfuncties en zijn ze niet altijd in staat ongelukjes te voorkomen. 

Ruggenmergletsel of ziekte

Een dwarslaesie of ziekte kan neurologische problemen veroorzaken die de werking van de urinewegen, darmen of darmen kunnen verstoren. 

Cognitieve beperking

Studies tonen aan dat 80% van de katten tussen 16 en 20 jaar lijden aan cognitieve stoornissen. Dit kan ertoe leiden dat katten gedesoriënteerd raken en vergeten waar dingen, zoals hun kattenbak, zijn. Dit kan de oorzaak zijn van incontinentie bij oudere katten, waardoor de kat in het hele huis urineert en poept. 

Infecties

Urineweginfecties zijn één van de belangrijkste oorzaken van urine-incontinentie. Langdurige infecties zonder behandeling kunnen ook leiden tot blaaslittekens waardoor katten hun urine niet goed kunnen vasthouden.  

Suikerziekte

Eén van de symptomen van diabetes bij katten is overmatig urineren en plassen in grote hoeveelheden, die beide kunnen worden aangezien als symptomen van incontinentie. 

Darmaandoeningen

Bepaalde ziekten en aandoeningen die de darmen aantasten, zoals diarree, inflammatoire darmaandoeningen en kattenkanker, kunnen er voor zorgen dat de ontlasting minder goed wordt vastgehouden of opgeslagen, waardoor uw kat voortdurend poept zonder het te beseffen. 

Schade aan de anale sluitspier

Als uw kat schade heeft aan de anale sluitspier, zoals een laesie, wond of tumor, dan is het mogelijk dat ze de sluitspier niet gesloten kan houden, wat kan leiden tot lekkage. Bovendien, als uw kat zenuwbeschadiging heeft, kan dit ook het functioneren van de anale sluitspier beïnvloeden.  

Symptomen van incontinentie bij katten

De symptomen van incontinentie bij katten kunnen sterk variëren, afhankelijk van de oorzaak, maar u kunt enkele van de volgende symptomen opmerken:  

  • Moeite met plassen en/of poepen.
  • Vlekken/sporen van urine rond het huis, omdat ze misschien niet merken dat ze plassen.
  • Diarree die moeilijk onder controle te houden is, kleine hoeveelheden ontlasting kunnen lekken of u kunt ballen met ontlasting vinden.
  • Als de incontinentie te wijten is aan schade aan de anale sluitspier, kan er anale roodheid, zwelling of drainage zijn.
  • Obsessief likken tussen de achterpoten of de achterhand van de kat.
  • Incontinentie gerelateerd aan zenuwbeschadiging kan van invloed zijn op hun vermogen om te lopen en hun staart te dragen.
  • Ze kunnen stoppen met het gebruik van de kattenbak en in plaats daarvan naar het toilet gaan in gebieden rond het huis.

Als u één van de tekenen van incontinentie bij uw kat opmerkt die hierboven zijn beschreven, ga met uw kat dan naar de dierenarts voor de diagnose en behandeling.

Diagnose van incontinentie bij katten

kat zit in een kattenbak

Een diagnose wordt meestal gesteld door een grondig lichamelijk onderzoek waarbij uw dierenarts de anale en urinaire gebieden zal controleren op tekenen van infecties of een eventuele andere aandoening. Faeces- en urineonderzoek kunnen naast bloedonderzoek worden uitgevoerd.

Het is ook waarschijnlijk dat uw dierenarts een neurologisch onderzoek zal uitvoeren waarbij hij of zij zal kijken naar veranderingen in de loop- en staartbeweging om te bepalen of de incontinentie verband houdt met zenuwbeschadiging. Wanneer uw dierenarts vermoedt dat de incontinentie zenuw-gerelateerd is, kan hij of zij ook röntgenfoto’s en een CT- of MRI-scan laten maken. Bovendien, als het probleem gastro-intestinaal lijkt te zijn, kan een echografisch onderzoek worden uitgevoerd.

Incontinentie bij katten behandelen

De behandeling van incontinentie bij katten kan sterk variëren, afhankelijk van de oorzaak en symptomen, maar uw dierenarts zal u de best mogelijke behandelingsmethode voor uw kat kunnen aanbevelen.  

Veelgebruikte behandelmethoden zijn gebaseerd op spier-stimulerende diergeneesmiddelen die uw kat helpen zijn spieren onder controle te houden. Voedingsverbeteringen kunnen worden aanbevolen (vooral als de kat te zwaar is, omdat dit sommige aandoeningen zoals diabetes kan verergeren), waaronder een verandering in hun vezel- en eiwitprofiel, evenals het toevoegen van pro/prebiotica om de spijsvertering te ondersteunen. Incontinentie gekoppeld aan ontsteking of infectie kan de inzet van antibiotica vereisen. Gezwellen en zenuw-gerelateerde problemen zullen waarschijnlijk een operatie vereisen. 

Helaas is er momenteel geen behandeling beschikbaar als incontinentie bij oudere katten verband houdt met cognitieve stoornissen. In plaats daarvan kunt het beste het voor uw kat zo comfortabel mogelijk te maken. Het is een goed idee om meerdere kattenbakken met ondiepere zijkanten aan te schaffen en deze overal in huis te plaatsen, zodat uw huisdier ze gemakkelijker kan vinden. Bovendien moeten er stappen worden genomen om hun hygiëne te behouden, zoals regelmatig kattenbaden om uitwerpselen en urine uit hun vacht te verwijderen en om problemen met hun huid te voorkomen. 

Vragen?

Neem gerust contact met ons op: info@dierapotheker.nl

Drs. Robin Holle
Dierenartsenpraktijk Horst
Thuisbezorgservice: www.dierapotheker.nl

Hoe vaak plassen honden?

Hoe vaak plast een hond?

We moeten allemaal plassen, dat hoort bij het leven. Echter, terwijl wij gewoon naar het toilet kunnen gaan om onszelf te ontlasten wanneer we dat nodig hebben, is het voor onze honden niet zo eenvoudig. Ze kunnen ons niet vertellen wanneer de tijd daar is, en moeten dus op ons vertrouwen om te weten wanneer wij ze uit laten om hun plasje en poepje te doen om ongelukken in huis te voorkomen.

Maar hoe vaak moeten honden plassen? Moet u uw trouwe viervoeter vaker uitlaten dan u al doet? En hoe zit het met puppy’s?

Hoe vaak moet een hond plassen?

Simpel gezegd, volwassen honden moeten over het algemeen drie tot vijf keer per dag naar het toilet, en de meeste dierenartsen raden een maximale periode van zes tot acht uur aan tussen toiletbezoeken. Het is echter belangrijk om te begrijpen dat elke hond anders is en dat verschillende factoren, zoals hun leeftijd, ras en dieet, van invloed zijn op hoe vaak uw hond moet plassen.

Bijvoorbeeld, honden met overgewicht of obesitas moet misschien meer plassen. Er zijn ook enkele medicijnen die frequenter urineren kunnen veroorzaken, evenals: gezondheidsproblemen zoals diabetes wat van invloed kan zijn op hoe vaak ze naar het toilet moeten. Daarnaast hebben kleinere rassen zoals Chihuahua’s een kleinere blaas dan een grotere hond zoals een Labrador, dus houd hier aub ook rekening mee.

U kunt uw hond ook beter nooit te lang laten wachten om naar het toilet te gaan, omdat dit niet alleen erg ongemakkelijk voor hem is, maar ook het risico kan vergroten dat hij blaas- of nierproblemen krijgt en nare urineweginfecties.

Hoe vaak moet een puppy plassen?

Hoe vaak moeten honden plassen?

Puppy’s kunnen echt niet lang wachten met plassen omdat hun blaas nog zo klein is. Als puppy’s erg klein zijn (jonger dan een maand), moeten ze normaal gesproken elk uur naar het toilet, en dit wordt minder vaak naarmate ze ouder worden; het hangt echter allemaal af van de individuele pup.

Als u zich afvraagt ​​hoe vaak u uw puppy mee naar buiten moet nemen om te plassen, is het een goed idee om dit elk uur te doen. Dit is een goede manier om de pup te laten wennen aan de zindelijkheid gewoontes in en om zo ongelukjes in huis te voorkomen. Het is ook vermeldenswaardig dat puppy’s de neiging hebben om binnen 15 minuten na het eten of drinken naar het toilet te gaan, dus let goed op en neem ze mee naar buiten om ze de kans te geven hun behoefte te doen.

Hoe vaak moet een oudere hond plassen?

Net als bij puppy’s kunnen ook oudere honden hun plas in de blaas niet lang ophouden. Dit zorgt ervoor dat veel eigenaren gefrustreerd raken omdat ze denken dat hun senior hond ‘vergeten’ is hoe ze op de juiste manier naar het toilet moeten, maar u moet ze niet de schuld geven of straffen, het is echt niet hun schuld! Wanneer wij ouder worden, hebben wij ook vaak moeite om ons plasje vast te houden en ontstaan er zo maar kleine ongelukjes, en dat is ook precies zo voor uw hond. De algemene richtlijn is dat oudere honden elke vier tot zes uur naar het toilet moeten, maar nogmaals, dit hangt af van hun ras, gewicht en eventuele gezondheidsproblemen.

Druppelende teven

Gesteriliseerde teven kunnen soms ook een aandoening ontwikkelen die urinaire sluitspiermechanisme-incontinentie (USMI) wordt genoemd als ze ouder worden. Dit betekent dat ze de urine niet kunnen vasthouden zoals voorheen en dus een kleine hoeveelheid urine druppelsgewijs kunnen verliezen, vooral als ze liggen. Als u merkt dat uw hond ongepast urineert, is het altijd de moeite waard om met uw dierenarts te praten, aangezien veel aandoeningen, zoals USMI, met medicijnen en eventuele supplementen kunnen worden behandeld.

Wat als ik de hele dag weg ben?

Wanneer u de hele dag weg bent en u kunt niet naar huis om uw hond uit te laten, vraag dan een vriend of familielid om een ​​bezoek te brengen of huur een oppas of hondenuitlater in. Honden mogen nooit te lang hun blaas ophouden, omdat dit gezondheidsproblemen kan veroorzaken en uiteindelijk is het niet eerlijk voor hen, omdat het erg ongemakkelijk kan zijn om hun plas lang op te houden. En als u vaak de hele dag werkt en niet thuis kunt zijn om uw hond uit te laten om te plassen en de aandacht te geven die hij nodig heeft, is het een goed idee om op die dagen dat u van huis werkt een hondenopvang te overwegen.

Plast mijn hond te veel?

Hoe vaak moeten honden plassen?

Frequent urineren is niet altijd een reden tot bezorgdheid, maar soms kan het een teken zijn dat er iets mis is, vooral als het plotseling opkomt of gepaard gaat met andere symptomen. Als uw hond heel vaak plast en het gaat gepaard met de volgende symptomen, maak dan een afspraak voor een consult bij uw dierenarts:

  • Overbelasting of tekenen van ongemak bij het plassen
  • Urine produceren met een ongebruikelijke kleur, zoals rood of donkerrood
  • Urine produceren met een ongewone geur
  • Overmatig drinken
  • Plassen op ongepaste plaatsen
  • Dribbelend plassen
  • Overmatig rond hun achterste likken of hun billen over de vloer wrijven

Tot zo ver ons advies over hoe vaak honden moeten plassen. Realiseer u dat elke hond anders is en dat ze allemaal verschillende behoeftes hebben om te plassen. Het is een goed idee om uw hond regelmatig uit te laten en de signalen in de gaten te houden dat uw hond moet plassen, zoals naar de deur gaan, enz. Als u meer ondersteuning nodig heeft, of verdere vragen heeft, aarzel dan niet en neem contact op met uw dierenarts.

Vragen?

Neem gerust contact met ons op: info@dierapotheker.nl

Drs. Robin Holle
Dierenartsenpraktijk Horst
Thuisbezorgservice: www.dierapotheker.nl

SDMA, de nierfunctie test voor hond en kat

De SDMA test voor de nierfunctie van honden

Wanneer de nieren van uw hond of kat niet meer helemaal in orde zijn dan zien we dit terug in het bloed. Bepaalde stoffen in het bloed zijn dan verhoogd of juist verlaagd aanwezig. Uw dierenarts bepaalt dan meestal het ureum en creatinine gehalte om zo te zien of er sprake is van nierfalen. Er is nu een bepaling mogelijk, de SDMA, die de meest betrouwbare indicatie over nierfalen bij uw hond en kat geeft.

Wat doet de SDMA test?

De SDMA test bepaalt het SDMA gehalte in het bloed van uw hond of kat. En dat SDMA gehalte zegt veel over het functioneren van de nieren. Een verhoogd SDMA gehalte kan wijzen op nierfalen, een lage bloeddruk en op blaas- en plasbuis problemen. Het SDMA stijgt vaak eerder dan het creatinine.

Het unieke aan de SDMA bepaling is dat de hoogte van het SDMA niet wordt beïnvloed door de leeftijd van de hond of kat en ook niet door de mate waarin een dier is gespierd. Dat maakt nog al wat uit. Zo kan het SDMA al verhoogd zijn bij een vermindering van de nierfunctie met 25 tot 40%.

Wat betekent een verhoogd SDMA voor mijn dier?

Wanneer het SDMA in het bloed van uw hond of kat verhoogd is dan kan er sprake zijn van nierfalen. Hoe gaan we om met een verhoogd SDMA?

  1. Blaasprobleem of shock.
    Bij moeilijk plassen en een te vol blijvende blaas is het zeker zaak om aan blaastenen en blaasgruis te denken. Ook uitdroging en shock kunnen SDMA verhogen.
  2. Geen blaasproblemen of shock?
    Dan is nierfalen waarschijnlijk.
    Laat de oorzaak van het nierfalen bij uw hond of kat onderzoeken. Een nier echo en aanvullend urine en bloedonderzoek zijn gewenst.
  3. Bepaal of het nierfalen acuut of chronisch is.
    Bij acuut nierfalen is er een kans dat uw hond of kat volledig geneest. Bij chronisch nierfalen is de kans op een volledig herstel afwezig. De kenmerken van chronisch falen zijn al langer ziek zijn, matig eten en veel drinken, gewichtsafname, een dorre en stugge vacht en op de echo ziet uw dierenarts kleine niertjes.
  4. Drinkt uw dier veel en braakt uw dier?
    Wanneer uw hond of kat te weinig drinkt of uitgedroogd raakt, dan wel blijft braken, dan is opname in een dierenkliniek aan de orde.
  5. Behandeling nierfalen.
    Bij nierfalen zal uw dierenarts de gewenste behandeling instellen. Lees hier meer over nierfalen bij de hond en nierfalen bij de kat.

SDMA is voor de nieren van kat en hond van belang

  • SDMA is een biomarker voor de nierfunctie die sterk is gecorreleerd met de glomerulaire filtratiesnelheid (GFR)
  • SDMA is een gevoelige indicator voor de nierfunctie, die nierfunctieverlies al vanaf 25% aantoont.
  • SDMA is betrouwbaarder dan creatinine als biomarker voor de nierfunctie, omdat SDMA niet wordt beïnvloed door factoren anders dan die voor de nierfunctie.
  • SDMA is een vroeg indicator van doorgaand nierfunctieverlies en stijgt vaak voordat andere parameters stijgen.
  • Een verhoogd SDMA kan ook dienen als indicator voor andere aandoeningen die een indirecte invloed op de nierfunctie kunnen hebben.

U kunt hier meer lezen over hoe om te gaan met de uitslag van de SDMA test

Vragen?

Neem gerust contact met ons op: info@dierapotheker.nl
Robin-Holle-Dierenarts-Dierapotheker.nl

Drs. Robin Holle
Dierenartsenpraktijk Horst
Thuisbezorgservice: www.dierapotheker.nl

Bron: Journey of Veterinary Internal Medicine, Idexx-SDMA

Urine onderzoek hond kat

Onderzoek van de urine van hond en kat in het laboratorium in Horst

Regelmatig krijgen wij urine van honden en katten aangeleverd in ons lab voor onderzoek.
Een urine onderzoek is nuttig wanneer de volgende klachten zich bij hond of kat voordoen:

  • Vaak kleine beetjes plassen
  • Urine niet op kunnen houden
  • Afwijkende kleur
  • Niet kunnen plassen
  • Veel drinken/plassen
  • Passief urine verlies

Concentratie urine

Wanneer we een onderzoek mogen uitvoeren bepalen we het soortelijk gewicht door middel van een refractometer. Deze bepaling kan ons duidelijkheid geven over de concentratie van de urine. Met deze informatie weten we iets meer over de nierfunctie en of het dier inderdaad meer drinkt en/of plast.

Zuurgraad pH meten

Met een teststrip bekijken we of er een afwijkende hoeveelheid eiwit of glucose in de urine zit en kunnen we de pH (zuurgraad) meten.

Sediment bekijken

Vervolgens centrifugeren we de urine. Hierdoor zakken de zwaardere deeltjes naar beneden. De opeenhoping die hierdoor ontstaat, bestaat uit cellen en soms ook kristallen en/of bacteriën. Dit noemen we het sediment en dit bekijken we onder de microscoop.

Op kweek zetten

Ook kunnen we de urine op kweek zetten. Wanneer er bacteriën in de urine zitten kan dit voor een infectie zorgen. We kunnen de bacteriestam en de meeste gevallen determineren en we maken een antibiogram. Op deze manier weten we welk soort bacterie de oorzaak van de problemen zijn en weten we middels het antibiogram voor welk antibioticum de bacterie gevoelig is. Bij dit onderzoek moet de urine steriel afgenomen zijn om er voor te zorgen dat er geen andere bacteriën in de urine komen.

Vragen?

Heeft u vragen over het urine onderzoek bij hond en kat, neem dan contact met ons op. Email naar vetlab@daphorst.com of bel ons op 0773030067 (vragen naar het lab).

Anneke de Boer, laborante Veterinair Laboratorium dierenartsenpraktijk Horst

Nierfalen kat

Wat is het?

Bij oudere katten komt nierfalen zeer regelmatig voor. Bij nierfalen werken de nieren onvoldoende om de afvalstoffen uit het bloed te filteren. Het gehalte aan creatinine in het bloed geeft weer of de nieren nog voldoende werken. Wanneer de nieren nog voor minder dan 25% werken, zal het creatinine gaan stijgen. Er is nu een bepaling mogelijk, de SDMA, die de meest betrouwbare indicatie over nierfalen bij uw kat geeft. Nierfalen kan acuut of chronisch ontstaan. Bij de chronische vorm zijn de nieren blijvend veranderd. De schade aan de nieren is niet meer te herstellen, maar het is vaak wel mogelijk om verdere verslechtering af te remmen. Er zijn verschillende oorzaken, waaronder een nierbekkenontsteking, erfelijke aandoeningen (bv. PKD), tumoren en blaasstenen/gruis. De afkorting PKD staat voor Polycystic Kidney Disease. Dit zien we vooral bij Perzen en de Britse Korthaar.

Wat zijn de symptomen?

Symptomen die kunnen wijzen op nierfalen zijn: veel drinken en plassen, slechte eetlust, braken, diarree, gewichtsverlies, spierzwakte (hangende kop en door de poten zakken), slechte vacht en een slechte adem. Vaak worden de symptomen door de eigenaar pas opgemerkt als de ziekte chronisch is geworden.

Hoe stellen we de diagnose?

Door middel van urine- en bloedonderzoek kan nierfalen worden vastgesteld. Er is nu een bepaling mogelijk, de SDMA, die de meest betrouwbare indicatie over nierfalen bij uw kat geeft. Daarnaast is het belangrijk om de oorzaak op te sporen door middel van echografisch onderzoek en eventueel een nierbiopt. Daarnaast is het zinvol om de bloeddruk te meten. Door de oorzaak te achterhalen, kan een gerichte behandeling worden ingesteld en is de kans op verbetering zo groot mogelijk.

Waaruit bestaat de behandeling?

Dit verschilt per oorzaak. In alle gevallen is het belangrijk dat de kat onbeperkt water kan drinken en dat geen medicijnen worden gegeven die schadelijk kunnen zijn voor de nieren. Vaak wordt een nierdieet voorgeschreven en eventueel ook medicijnen om de bloeddruk en het eiwitverlies via de nieren onder controle te houden. Het doel van de behandeling is om de kat zich beter te laten voelen en verslechtering te remmen. Volledig herstel is helaas in de meeste gevallen niet mogelijk. Katten die niet goed willen eten of drinken, kunnen worden opgenomen en een aantal dagen infuus krijgen. Daarnaast wordt dan soms een behandeling ingesteld tegen de misselijkheid.

Is nierfalen te genezen?

Helaas is een chronisch nierprobleem niet te verhelpen. De behandeling is erop gericht om het ziekteproces te remmen en de kat een goede levenskwaliteit te geven. In gevallen van (acute) nierbekkenontstekingen kan bij tijdige behandeling verder schade wel grotendeels voorkomen worden en is (gehele of gedeeltelijke) genezing mogelijk! Een tijdige diagnostiek is dus zeer belangrijk.

Vragen?

Neem gerust contact met ons op: info@dierapotheker.nl Robin-Holle-Dierenarts-Dierapotheker.nl Drs. Robin Holle Dierenartsenpraktijk Horst Thuisbezorgservice: www.dierapotheker.nl

In huis plassen kat

Voorkom een hoge bloeddruk bij de kat

Een veelvoorkomend en lastig kwaaltje bij katten is wel het in huis plassen. Dit in huis plassen kan op verschillende manieren voorkomen en heeft dan ook verschillende oorzaken. Om het in huis plassen te behandelen is het belangrijk deze oorzaak te kennen.

Verschillende manieren van in huis plassen kat

Wanneer een kat in huis plast, dient onderscheid gemaakt te worden tussen:

Kijk bij de betreffende onderwerpen voor meer informatie.

Vragen?

Neem gerust contact met ons op: info@dierapotheker.nl
Robin-Holle-Dierenarts-Dierapotheker.nl
Drs. Robin Holle
Dierenartsenpraktijk Horst
Thuisbezorgservice: www.dierapotheker.nl

De verstopte kater, FLUTD

Wat is het? FLUTD staat voor Feline Lowe Urinary Tract Disease. Het is een aandoening van de urinewegen (blaas en plasbuis) die kan leiden tot een verstopping van de plasbuis. FLUTD komt bij poezen en katers voor, maar de plasbuis van katers is veel smaller dan bij poezen en raakt dus sneller verstopt. De verstopping kan veroorzaakt worden door een plug. Dit is een samenklontering van eiwitten, ontstekingscellen, rode bloedcellen en ander materiaal. Naast een plug kan het ook zijn dat de plasbuis erg gezwollen en verkrampt is en dat zo een verstopping optreedt.

Wat zijn de oorzaken?

In ongeveer 65 % van de gevallen is er sprake van een blaasontsteking (cystitis) die een verdikking en beschadiging van de blaaswand geeft. Uit onderzoek is gebleken dat met name stress een belangrijke factor is. Stress is alleen niet altijd goed te herkennen bij een kat. Ook overgewicht en te weinig beweging kunnen een rol spelen. Een tweede belangrijke oorzaak van FLUTD is blaasstenen of blaasgruis.

Wat zijn de symptomen?

Een kater die vaak naar de kattenbak gaat en veel zit te persen zonder dat er urine geproduceerd wordt of er slechts enkele druppels verschijnen, kan wel eens last hebben van een verstopte plasbuis. Dit kan veel pijn geven, waardoor de kater mogelijk niet wil eten, erg onrustig is of soms zelfs braakt. Het is zaak zo snel mogelijk met de kat naar de dierenarts te gaan, om de verstopping weer op te heffen. De blaas blijft zich namelijk vullen en uiteindelijk kan de blaas zelfs knappen.

Hoe stellen we de diagnose?

Met lichamelijk onderzoek kan bepaald worden hoe sterk de blaas gevuld is en worden andere afwijkingen opgespoord. Met behulp van urineonderzoek kan worden aangetoond of gruis/ kristallen een rol spelen.

Waaruit bestaat de behandeling?

Katers met een verstopte plasbuis moeten in de kliniek worden opgenomen. Er zal een urinekatheter in de plasbuis worden aangebracht om de verstopping op te heffen. Meestal wordt de kat hiervoor even onder narcose gebracht, omdat de verstopping vaak erg pijnlijk is. De katheter zal er vaak meerdere dagen in moeten blijven zitten. Gedurende die tijd zal de kat infuus krijgen en wordt de blaas gespoeld. Afhankelijk  van de ernst van de verstopping zal aanvullende therapie nodig zijn. Wordt blaasgruis in de urine gezien, dan is het noodzakelijk de voeding aan te passen en een speciaal dieet te voeren. Wanneer er geen kristallen in de urine worden gevonden, kan de dierenarts pijnstillers of blaasontspanners voorschrijven.

Hoe kan FLUTD voorkomen worden?

Enkele tips om te voorkomen dat uw kat (weer) plasproblemen krijgt:
  • Zorg voor dagelijks vers, schoon drinkwater. Biedt verschillende drinkbakjes aan omdat katten voorkeur voor een bepaald bakje kunnen hebben.
  • Zorg voor voldoende bewegen, bijvoorbeeld door regelmatig te spelen met de kat.
  • Maak de kattenbak zo aantrekkelijk mogelijk. Zet deze op een rustige plaats in huis en plaats 1 kattenbak meer dan het aantal katten dat er is. Zet de bakken op verschillende plekken neer en maak deze regelmatig schoon.

Denkt u dat uw kater verstopt zit?

Neem dan zo snel mogelijk contact op met een dierenarts. Wacht niet tot de volgende dag!

Vragen?

Neem gerust contact met ons op: info@dierapotheker.nl Robin-Holle-Dierenarts-Dierapotheker.nl Drs. Robin Holle Dierenartsenpraktijk Horst Thuisbezorgservice: www.dierapotheker.nl

Blaasontsteking kat

Antwoorden op veelgestelde vragen over de kat

Wat is het?

Een blaasontsteking bij de kat komt zeer vaak voor. In tegenstelling tot bij de hond is bij katten de blaasontsteking bijna nooit het gevolg van een bacteriële infectie. Veel vaker zien we een ‘idiopathische’ blaasontsteking. Dit betekent dat we de oorzaak niet precies weten, maar stress speelt waarschijnlijk een rol. Ook blaasgruis/stenen is een veel voorkomende oorzaak van blaasontsteking bij katten.

Wat zijn de symptomen?

Symptomen die passen bij een (simpele) blaasontsteking zijn: moeilijk of vaak kleine beetjes plassen, pijn bij het plassen, in huis plassen of urine die er anders uit ziet of ruikt. Als de kat ook meer algemeen ziek is, braakt, slomer is, niet kan plassen of poepen of andere symptomen heeft, kan er meer aan de hand zijn. Vooral bij katers met blaasontsteking/gruis kan een verstopping van de plasbuis ontstaan. Dit leidt tot een levensbedreigende situatie! Neem bij de minste verdenking dan ook contact op met de dierenarts.

Hoe stellen we de diagnose?

Met lichamelijk onderzoek en urine onderzoek kan een blaasontsteking worden vastgesteld. De urine dient voor het onderzoek zo ‘vers’ mogelijk te zijn (<1 uur oud). Soms zijn aanvullend bloedonderzoek, bacteriekweek en/of beeldvorming van de blaas nodig.

Waaruit bestaat de behandeling?

Dit hangt af van de oorzaak. Bij een simpele blaasontsteking volstaat doorgaans een kuur met ontstekingsremmers. Wanneer de symptomen snel terugkeren of de blaasontsteking niet overgaat, zal verder onderzoek worden gedaan. Bij een duidelijke onderliggende oorzaak, zal deze aangepakt moeten worden. Denk bijvoorbeeld aan een speciaal blaasgruisdieet of het verwijderen van blaasstenen met een operatie. Bij een juiste aanpak is de kans op volledig herstel groot.

Vragen?

Neem gerust contact met ons op: info@dierapotheker.nl Robin-Holle-Dierenarts-Dierapotheker.nl Drs. Robin Holle Dierenartsenpraktijk Horst Thuisbezorgservice: www.dierapotheker.nl

Blaasgruis en blaasstenen kat

Wat is het?

Blaasgruis is te vergelijken met zand in de blaas. Blaasstenen kunnen enkele millimeters tot centimeters groot zijn. Er zijn verschillende soorten gruis en stenen, die allen een andere samenstelling en oorzaak hebben. Bij de kat komen vooral struviet en oxalaat voor. We weten niet precies waarom de ene kat wel en de andere kat geen blaasgruis ontwikkelt. We zien het vooral bij katten met overgewicht.

Wat zijn de symptomen?

De verschijnselen zijn vaak vergelijkbaar met die van een blaasontsteking: moeilijk of vaak kleine beetjes plassen, bloed bij de urine, pijn bij het plassen, likken aan de penis, in huis plassen of urine die er anders uit ziet of ruikt. Als een dier niet kan plassen (er komt geen of weinig urine uit), dan kan er sprake zijn van een verstopping. Dit is een spoedgeval! Als er niets aan wordt gedaan, kan de kat binnen een dag overlijden.

Hoe stellen we de diagnose?

Door urine onderzoek kan vastgesteld worden of en welk type blaasgruis aanwezig is. Met echografisch onderzoek en/of röntgenfoto’s kunnen blaasstenen worden opgespoord. Het type steen kan soms alleen worden vastgesteld door de steen operatief te verwijderen en op te sturen voor onderzoek.

Waaruit bestaat de behandeling?

Struviet kan vaak worden opgelost met een speciaal dieet. De andere typen gruis en stenen moeten vaak operatief verwijderd worden, gevolgd door medicijnen of een dieet. Daarnaast adviseren wij goede pijnstillers. Katers met een verstopte plasbuis moeten in de kliniek worden opgenomen

Hoe kunt u blaasgruis voorkomen?

De samenstelling en concentratie van de urine zijn sterk van invloed op de vorming van gruis en stenen. Hoe meer een dier drinkt, hoe kleiner de kans op gruisvorming. Dit kan worden gestimuleerd door natvoer, drinkwaterfonteintjes en blaasgruisdieet. Zorg er ook voor dat de kattenbak aantrekkelijk is, zodat katten hun urine niet te lang ophouden. Dit kan door altijd net zoveel kattenbakken te plaatsen als er katten in huis zijn, plus één extra. Zet ze op een rustige plaats neer en maak ze dagelijks schoon. Elk type blaasgruis en -steen vereist een andere aanpak. Dit kan variëren van een speciaal dieet tot medicijnen. Dit is vaak levenslang nodig, maar katten kunnen er in het algemeen prima mee leven.

Vragen?

Neem gerust contact met ons op: info@dierapotheker.nl Robin-Holle-Dierenarts-Dierapotheker.nl Drs. Robin Holle Dierenartsenpraktijk Horst Thuisbezorgservice: www.dierapotheker.nl