Arthroscopie paard

Dierentips van de dierartsen van Dierapotheker.nl

Arthroscopie is het kijken met een minicamera in een gewricht of peesschede.

Redenen voor arthroscopie

Arthroscopieën kunnen om verschillende redenen uitgevoerd worden.

De meest voorkomende is het verwijderen van losse botfragmentjes (chipjes of OCD fragmenten) uit een gewricht. Ook na trauma waarbij gewrichten of peesschedes geopend zijn, kan door middel van arthroscopie de schade beter beoordeeld worden en eventueel mechanisch ingegrepen worden.

Arthroscopie in beeld

Vragen?

Maarten van Dijck paarden dierenarts

Neem gerust contact met ons op,

Drs. Maarten van Dijck
Dierenartsenpraktijk Horst
Thuisbezorgservice: www.dierapotheker.nl

Spierpijn bij hond, kat en paard

Wist u dat ons lichaam voor bijna 50% bestaat uit spierweefsel? Dat geldt ook voor onze dieren, afhankelijk van de soort en de conditie. Ja en als je spieren hebt dan kunnen die spieren natuurlijk ook weleens pijn doen.

Wat is spierpijn bij het dier?

We kennen 2 soorten spierpijn:

1. Vroege spierpijn
Opgestapeld melkzuur in de spier prikkelt de zenuwuiteinden waardoor een brandend gevoel ontstaat. Dit gebeurt tijdens of kort na de inspanning en dit kan ook leiden tot kramp.

2. Verlate spierpijn
Er zijn mini scheurtjes in de spiervezels. De spierpijn komt dan pas 1 tot 2 dagen na de inspanning. Deze vorm van spierpijn leidt tot extra aanmaak spiervezels.

Hoe ontstaat spierpijn?

Vaak ontstaat spierpijn door de spieren net iets meer te belasten dan ze gewend zijn. Bij dieren kan dat zijn door bepaalde (over-)trainingen.  Dat doen dieren vrijwel nooit uit zichzelf, maar altijd onder leiding van ons.  Of het nu een paard is of een hond, wij zijn het die iets van ze vragen. Een kat of konijn heeft om deze reden dan ook maar zeer zelden spierpijn (bijvoorbeeld wel na extreem opjagen bij angst). Een andere vorm van spierpijn die bij dier en mens kan voorkomen, is door schade aan de spieren bij een onverwachte beweging. Dit soort spierpijn komt plotseling op en de eerder genoemde spierpijn door overbelasting heeft tijd nodig om zich te ontwikkelen.

Hoe kun je eigenlijk zien of een dier spierpijn heeft?

Best lastig om aan je dier te zien, of hij spierpijn heeft. Veel dieren zijn kampioen in het verbergen van pijn. Toch zijn er een aantal signalen die er op wijzen dat een dier spierpijn heeft.

  • Mijden aanraking
    Wanneer aaien en borstelen ineens niet meer gewaardeerd wordt door het dier dan is er iets loos.
  • Ander gedrag
    Pijn maakt chagrijnig. Dat geldt ook voor dieren, die vaak eerder geïrriteerd zijn wanneer ze flink spierpijn hebben. Ze zonderen zich af en worden slomer.
  • Andere houding
    Een bolle of een holle rug, scheef staan, vaak verandert de houding van een dier bij pijn.
  • Andere beweging
    De beweging van een dier zegt veel over het dier zelf. Een dier zonder pijn heeft altijd zijn  normale manier van bewegen, maar wanneer er sprake is van pijn dan kan het dier een andere gang vertonen. Mank lopen, hinken, stijf lopen zijn hier voorbeelden van. Soms zijn het maar hele subtiele veranderingen die alleen door kenners wordt gezien.
  • Andere richting van de haren
    De haren die op de huid boven een spier liggen, liggen daar volgens een vast patroon. Wanneer nu die spier niet goed werkt door pijn, dan kan die spier gespannen raken (soms ook voelbaar).  Die strakke spier trekt aan de huid en dat zie je dan weer in het patroon van de haren op die huid. Duurt de spierblessure lang dan kan door een mindere doorbloeding de huid en vacht droog worden en zijn er schilfertjes zichtbaar.

Wat helpt een dier met spierpijn?

Rust en aangepaste beweging zijn van belang bij een dier met spierpijn. Afhankelijk van de oorzaak van de spierpijn kan het herstel vlot gaan of wat langer duren. Bent u niet zeker van de oorzaak van het ongemak bij uw dier, vraag dan altijd uw dierenarts om raad.
Bepaalde voedingsstoffen kunnen ondersteunend werken om het lichaam te helpen herstellen bij spierpijn. Doel is dan om de spieren te versterken en vitaal te houden. Zo spelen aminozuren, vitamines (C en E), anti-oxidanten en magnesium een rol.

Vragen?

Neem gerust contact met ons op: info@dierapotheker.nl
Robin-Holle-Dierenarts-Dierapotheker.nl

Drs. Robin Holle
Dierenartsenpraktijk Horst
Thuisbezorgservice: www.dierapotheker.nl

Botbreuk kat


Wat is het?

We zien regelmatig katten met een botbreuk. Vaak is dit een gevolg van trauma, zoals een val uit een raam of aanrijding. Naast een botbreuk kan er nog meer (levensbedreigend) letsel aanwezig zijn, dat van buitenaf niet altijd goed te zien is. Neem in geval van trauma of het vermoeden van een botbreuk dan ook altijd contact op met de dierenarts. Denk daarnaast altijd aan uw eigen veiligheid! Door de pijn en stress kan uw dier soms onverwachts reageren middels bijten of krabben.

Wat zijn de symptomen?

Een gebroken bot is erg pijnlijk. Bij een gebroken poot zal de kat meestal niet op de poot staan. De poot is vaak wat verdikt en soms is de stand van de poot anders of steken er zelfs botten door de huid heen. Bij een breuk van de schedel kan het dier buiten bewustzijn zijn en bij een breuk in de wervelkolom kan een dier (deels) verlamd zijn. Een gebroken onderkaak zien we ook regelmatig bij katten die naar beneden gevallen zijn.

Hoe stellen we de diagnose?

Met lichamelijk onderzoek kan soms een duidelijke botbreuk gevonden worden. In andere gevallen is aanvullend röntgenonderzoek noodzakelijk. Dit is tevens van belang om het soort breuk en de exacte locatie vast te stellen.

Waaruit bestaat de behandeling?

Dit verschilt per patiënt. In de meeste gevallen is een operatie noodzakelijk. Hierbij kunnen de losse botdelen weer aan elkaar gezet worden. In sommige gevallen is de breuk zo ernstig dat besloten wordt tot amputatie van een lichaamsdeel (bv. teen, staart of poot). Soms kan de breuk ook door middel van een spalkverband en/of rust worden behandeld. Een goed voorbeeld hiervan is een kat met een gebroken bekken, waarbij de botdelen nog op hun plek zitten. Met hokrust geneest dit vaak volledig. In alle gevallen is een adequate pijnstilling essentieel.

Vragen?

Neem gerust contact met ons op, bel 077-3982169 of email: dierenarts@daphorst.com

Drs. Daphne Boet
Dierenartsenpraktijk Horst
Thuisbezorgservice: www.dierapotheker.nl

Artrose kat

Wat is het? Artrose komt zeer vaak voor bij (oudere) katten. Meer dan 90% van de katten ouder dan 12 jaar heeft enige vorm van artrose! Bij artrose is er slijtage in een gewricht waarbij het kraakbeen is aangetast. Er kan sprake zijn van woekeringen van bot en bindweefsel. Een gewricht kan hierdoor minder soepel bewegen. Het kan ook leiden tot een ontstekingsreactie in een gewricht, welke pijnlijk is voor de kat. Het kan in alle gewrichten voorkomen. Het ontstaan van artrose is een zeer complex proces. Als er eenmaal artrose in een gewricht zit, zal dit altijd verergeren. Met de juiste behandeling kunnen we dit proces wel remmen en het dier zonder pijn door het leven laten gaan.

Wat zijn de symptomen?

Vaak wordt door de eigenaar niet duidelijk opgemerkt dat de kat artrose heeft. De kat beweegt minder en ligt meer. Vaak zullen katten ook minder goed springen, opstaan of bewegen. Ze kunnen ook mank lopen en soms zijn de gewrichten verdikt. De symptomen van artrose bij katten op een rijtje gezet Helaas denken veel eigenaren dat het minder bewegen en meer slapen gewoon door ‘ouderdom’ komt en zien het onderliggende probleem niet. Dit is zeer jammer, want veel katten moeten hierdoor dagelijks (onnodig) met pijn leven, terwijl hier vaak heel goed wat aan te doen is.

Hoe stellen we de diagnose?

Door middel van lichamelijk onderzoek en het bewegen van de gewrichten kan artrose worden vermoed. Doorgaans zijn voor de definitieve diagnose röntgenfoto’s nodig. Hiermee kan ook gezocht worden naar een eventuele onderliggende oorzaak.

Waaruit bestaat de behandeling?

De behandeling bestaat uit meerdere onderdelen, die er samen voor moeten zorgen dat de artrose geremd wordt en uw dier pijnvrij wordt. Samen met u zal worden gekeken welke behandeling het best bij uw dier past. U kunt hierbij denken aan: aanpassing van de voeding, gewichtsreductie (afvallen), aangepaste beweging, fysiotherapie, supplementen en medicijnen. In enkele gevallen zal zelfs voor een operatie worden gekozen.

Vragen?

Neem gerust contact met ons op: info@dierapotheker.nl Robin-Holle-Dierenarts-Dierapotheker.nl Drs. Robin Holle Dierenartsenpraktijk Horst Thuisbezorgservice: www.dierapotheker.nl

Voorste kruisband laesie (VKL) hond

Bestel-voor-uw-hond-bij-de-Dierapotheker


Wat is het?

Het kniegewricht is eigenlijk een scharniergewricht dat slechts in één richting beweegt, voorwaarts en achterwaarts. Hoewel het gewricht door veel banden wordt ondersteund, worden de bewegingen vooral bepaald door twee sterke bindweefselbanden in het gewricht: de voorste en achterste kruisband. Zij vormen de belangrijkste verbinding tussen het boven- en onderbeen.

Kruisbandletsel ontstaat door een sterke draaibeweging in het scharniergewricht. Het wordt  gezien bij honden die op volle snelheid een plotselinge draaibeweging maken. Hierdoor ontstaat een korte, zeer sterke overbelasting van het kniegewricht en de voorste kruisband, waarbij deze gedeeltelijk of geheel kan scheuren. Ook kan kruisbandletsel makkelijker ontstaan bij de dikkere hond, als hij/zij struikelt of zich verstapt.

De chronische vorm van kruisbandletsel zien we als de kruisband verzwakt is als gevolg van leeftijd of ziekte. De kruisband kan dan overrekt zijn of gedeeltelijk gescheurd. De kreupelheid kan dan licht en wisselend zijn. De situatie verslechtert echter in de tijd.

Wat zijn de symptomen?

Het klinisch beeld is vaak al heel duidelijk. Het verhaal gaat meestal zo dat de hond tijdens een spel plotseling kreupel wordt, één achterpoot optrekt en deze niet meer belast of de poot zover optrekt dat deze net de grond raakt, zonder er gewicht op te zetten.

Hoe stellen we de diagnose?

Tijdens het lichamelijk onderzoek wordt getracht het ‘schuiflade fenomeen’ op te wekken. Hierbij wordt onderzocht hoe ver het onderbeen naar voren te schuiven is t.o.v. het bovenbeen. Dit lukt meestal goed zonder de hond te verdoven, maar als het erg pijnlijk is of er is twijfel aan de betrouwbaarheid van de test, wordt er alsnog een roesje gegeven. De spieren ontspannen zich dan beter en kan de test nogmaals herhaald worden. Dikwijls worden er ook röntgenfoto’s van de normale en beschadigde knie gemaakt. Soms is de meniscus ook beschadigd. De meniscus is een maanvormige kraakbeenschijf die als stootkussen en glijoppervlak in de knie werkt.

Waaruit bestaat de behandeling?

Soms verdwijnt de kreupelheid na langdurige immobilisatie van het gewricht. We zien dan na verloop van tijd artrose in het gewricht optreden, waardoor de hond een chronisch probleem heeft gekregen en hij/zij verder moet leven met pijnstillers.

Meestal is echter een operatie noodzakelijk. Het doel van de operatie is om het gewricht weer stabiel te maken. Dit is belangrijk want door de instabiliteit van het gewricht ontstaat artrose en kan snel de binnenste meniscus kapot gaan. Bovendien is een afgescheurde kruisband zeer pijnlijk. Wij gebruiken bij voorkeur de TTA of de MMT techniek. Bij kleine honden passen we de imbricatietechniek toe met eventueel een kunststof bandje.

Bij de TTA of MMT techniek wordt een ‘kooi’ geplaatst in een deel van het scheenbeen. Hierdoor neemt de knieschijfband de functie van de voorste kruisband over. Het verschil tussen de MMT en TTA techniek is dat er bij de laatste techniek nog een extra steunplaat gezet wordt.

Bij de imbricatietechniek wordt het gewrichtskapsel van de knie strakker gemaakt en wordt getracht de knie zo wat stabiliteit te geven. 3-4 dagen na de operatie wordt het verband verwijderd en de wond geïnspecteerd. Tien dagen na de operatie worden de hechtingen verwijderd.

Na de operatie wil de hond al gauw de knie weer belasten. Het is echter heel belangrijk dat de hond de eerste zes weken na de operatie zoveel mogelijk rust houdt. Daarna kan geleidelijk, in overleg met de dierenarts en bij voorkeur in samenwerking met een fysiotherapeut, de beweging opgebouwd worden. Wij werken samen met dierfysiotherapeute Marion van Hoof.

Hoe belangrijk is het gewicht van de hond? 
Zoals al eerder vermeld, kan overgewicht mede oorzaak zijn, doordat de kruisbanden verzwakken. Ook na operatie is het belangrijk het gewicht van de hond te normaliseren. Al het extra gewicht vormt immers alleen maar een extra belasting voor de gewrichten. Onze gespecialiseerde paraveterinairen kunnen u daarbij adviseren.

Daphne Toebes en Gerard de Muinck, dierenartsen gezelschapsdieren

Mocht u nog vragen hebben na het lezen van deze informatie, neem dan gerust contact met ons op.


De kruisbandoperatie in beeld

Er zijn 2 technieken die wij veel gebruiken, te weten de MMT techniek en die met het nylonbandje met imbricatie.

1. De MMT techniek


De hond ligt op de operatietafel. Alle bewakingsapparatuur, om de ademhaling en hartslag van de hond te controleren, is aangesloten. De hond is afgedekt met steriele doeken.


Er is een huidsnede gemaakt, het knie gewricht wordt geïnspecteerd. Met een speciale zaag wordt een fragment van de tibia ofwel scheenbeen gezaagd.


Een metalen ‘kooi’ wordt tussen het scheenbeen en het fragment geplaatst. Daarnaast wordt er cerclage ofwel metaaldraad aangebracht om de constructie extra stevigheid te geven.


De kooi wordt vastgezet met schroeven.


Al het weefsel wordt weer netjes naar elkaar gebracht met oplosbare hechtingen.


Röntgenfoto’s van de knie na de operatie. De kooi met schroeven en het cerclage zijn duidelijk zichtbaar.

2. Het nylonbandje met imbricatie


De hond ligt op de operatietafel. Alle bewakingsapparatuur wordt aangesloten.


De hond ligt afgedekt met steriele doeken. Alleen het pootje dat geopereerd moet worden is zichtbaar.


Er wordt een snede gemaakt ter hoogte van de knie.


Als u goed kijkt ziet u het kunststof bandje lopen, dit is achter de fabel (een klein botje in het kniegewricht) gehaakt.


Het bandje wordt verder aangebracht en vastgemaakt met een metalen busje. Zo wordt de stabiliteit verkregen. Nu kan het gewrichtskapsel gehecht worden.


Ook de huid wordt natuurlijk netjes gesloten met hechtingen.

Vragen?

Neem gerust contact met ons op, bel 077-3982169 of email: dierenarts@daphorst.com


Drs. Daphne Boet
Dierenartsenpraktijk Horst
Thuisbezorgservice: www.dierapotheker.nl

Röntgenonderzoek hond

Hoe socialiseer ik mijn pup tijdens de Corona crisis?


Wat is het?

Met behulp van röntgenfoto’s kunnen we zien hoe het skelet van een dier eruit ziet. We kunnen röntgenfoto’s maken om te beoordelen waar de kreupelheid van een dier vandaan komt. Daarnaast worden ze gemaakt om sommige aandoeningen in een vroeg stadium op te sporen, bijvoorbeeld wanneer dieren ingezet zullen worden voor de fokkerij of sport.

Hoe worden röntgenfoto’s gemaakt?

Op alle drie de klinieken is een digitaal röntgenapparaat aanwezig. Indien uw dier dit toelaat, zullen de foto’s vaak zonder sedatie (roesje) gemaakt worden. Bij dieren die erg pijnlijk of onrustig zijn of bij sommige officiële onderzoeken zullen we wel sedatie toepassen. Op die manier kunnen we kwalitatief goede foto’s maken, zonder dat we te veel stress veroorzaken bij het dier. De röntgenfoto’s worden veelal direct beoordeeld en na afloop kunt u een kopie krijgen van de foto’s op CD of via de mail.

PennHip™- methode

De meest betrouwbare methode om in een vroeg stadium HD (heupdysplasie) op te sporen is de zogenoemde PennHIP™-methode. Voor dit onderzoek moet de dierenarts gecertificeerd zijn. Dierenarts Drs. G.R.P. de Muinck van Dierenkliniek Horst beschikt over dit certificaat en mag deze foto’s dus maken.

Voor het PennHIP™-onderzoek worden onder narcose 3 verschillende foto’s gemaakt.


Foto 1: Een gewone heupfoto (in het tot nu toe gangbare HD-onderzoek is dit de enige foto die wordt gemaakt). Met deze foto kan goed de aanwezige HD worden beoordeeld, maar dit geeft geen goed beeld van de aanleg voor HD.


Foto 2: Een compressiefoto. Hierbij worden de heupen, met weinig kracht, in de kom gedrukt.


Foto 3: Een distractiefoto. Hierbij worden, met behulp van een speciaal ontwikkeld apparaat, de heupkoppen zover mogelijk uit de heupkommen geduwd.

Aan de hand van het verschil tussen de distractie- en compressie-opname, kan de laxity (=speling) van de heup berekend worden. Een hond met veel speling heeft een zeer grote kans op het ontwikkelen van HD op latere leeftijd. Deze speling wordt uitgedrukt in Distractie Index (DI) in een cijfer tussen 0 en 1. Hoe hoger het getal, hoe losser de heupen en hoe meer kans op HD.

Beoordeling

Alle PennHIP™- foto’s die wereldwijd gemaakt worden, worden centraal beoordeeld in het PennHIP™-centrum in de Verenigde Staten. Alle foto’s worden dus altijd op dezelfde manier beoordeeld en de DI wordt altijd op dezelfde manier berekend. De DI waarde wordt daar vergeleken met de DI –waarden van alle honden van hetzelfde ras. Als de hond bij de beste 50% van zijn ras hoort is het een goede fokkandidaat. Het doel van PennHIP™ is de raslijnen te verbeteren, maar in Nederland is het PennHIP™-onderzoek nog vrijblijvend. Het is dus aan de fokker om te besluiten wat hij met de resultaten van het onderzoek doet. De uitslag van het onderzoek is na ca. 3 weken bekend.

Voordelen

Behalve dat deze PennHIP™-methode de meest betrouwbare onderzoeksmethode is, heeft het nog als groot voordeel dat het onderzoek al vanaf een leeftijd van 4 maanden uitgevoerd kan worden. De fokker kan met deze informatie zo gaan selecteren dat hij al binnen enkele generaties een enorme verbetering kan doorvoeren. Voor de eigenaar is het onderzoek van belang zodat hij op tijd de levensstijl van de hond kan aanpassen en eventueel een chirurgische heupcorrectie kan overwegen die op zo’n jonge leeftijd een veel beter resultaat heeft.

Vragen?

Neem gerust contact met ons op, bel 077-3982169 of email: dierenarts@daphorst.com

Dierenarts orthopedie hond Gerard de Muinck

Drs. Gerard de Muinck
Dierenartsenpraktijk Horst
Thuisbezorgservice: www.dierapotheker.nl

PennHIP gewrichtsonderzoek hond

Hoe socialiseer ik mijn pup tijdens de Corona crisis?

Heupdysplasie (HD) is een ernstige erfelijke orthopedische aandoening. Vooral grotere hondenrassen zijn hier gevoelig voor. Bij sommige rassen is zelfs meer dan 50% van de honden erfelijk belast. Onderzoek naar de heupen is daarom vaak een vereiste voor fokhonden. De meest betrouwbare methode om in een vroeg stadium HD op te sporen is de zogenoemde PennHIP™-methode. Voor dit onderzoek moet de dierenarts gecertificeerd zijn. Dierenarts Drs. G.R.P. de Muinck van Dierenkliniek Horst beschikt over dit certificaat en mag deze foto’s dus maken.

PennHIP™.

Voor het PennHIP™-onderzoek worden onder narcose 3 verschillende foto’s gemaakt.


Foto 1: Een gewone heupfoto (in het tot nu toe gangbare HD-onderzoek is dit de enige foto die wordt gemaakt). Met deze foto kan goed de aanwezige HD worden beoordeeld, maar dit geeft geen goed beeld van de aanleg voor HD.


Foto 2: Een compressiefoto. Hierbij worden de heupen, met weinig kracht, in de kom gedrukt.


Foto 3: Een distractiefoto. Hierbij worden, met behulp van een speciaal ontwikkeld apparaat, de heupkoppen zover mogelijk uit de heupkommen geduwd.

Aan de hand van het verschil tussen de distractie- en compressie-opname, kan de laxity (=speling) van de heup berekend worden. Een hond met veel speling heeft een zeer grote kans op het ontwikkelen van HD op latere leeftijd. Deze speling wordt uitgedrukt in Distractie Index (DI) in een cijfer tussen 0 en 1. Hoe hoger het getal, hoe losser de heupen en hoe meer kans op HD.

Beoordeling

Alle PennHIP™- foto’s die wereldwijd gemaakt worden, worden centraal beoordeeld in het PennHIP™-centrum in de Verenigde Staten. Alle foto’s worden dus altijd op dezelfde manier beoordeeld en de DI wordt altijd op dezelfde manier berekend. De DI waarde wordt daar vergeleken met de DI –waarden van alle honden van hetzelfde ras.

Als de hond bij de beste 50% van zijn ras hoort is het een goede fokkandidaat. Het doel van PennHIP is de raslijnen te verbeteren, maar in Nederland is het PennHIP™-onderzoek nog vrijblijvend. Het is dus aan de fokker om te besluiten wat hij met de resultaten van het onderzoek doet. De uitslag van het onderzoek is na ca. 3 weken bekend.

Voordelen

Behalve dat deze PennHIP™-methode de meest betrouwbare onderzoeksmethode is, heeft het nog als groot voordeel dat het onderzoek al vanaf een leeftijd van 4 maanden uitgevoerd kan worden. De fokker kan met deze informatie zo gaan selecteren dat hij al binnen enkele generaties een enorme verbetering kan doorvoeren. Voor de eigenaar is het onderzoek van belang zodat hij op tijd de levensstijl van de hond kan aanpassen en eventueel een chirurgische heupcorrectie kan overwegen die op zo’n jonge leeftijd een veel beter resultaat heeft.

Vragen?

Neem gerust contact met ons op, bel 077-3982169 of email: dierenarts@daphorst.com


Drs. Daphne Boet
Dierenartsenpraktijk Horst
Thuisbezorgservice: www.dierapotheker.nl

Patella luxatie hond

Wat is het?

Een patella luxatie is een ‘te losse knieschijf’. Het kniegewricht bestaat uit meerdere botten, kraakbeen, pezen en banden die er samen voor zorgen dat de knie kan buigen en strekken. De knieschijf (patella) beweegt hierbij heen en weer in een soort geultje (trochlea). Bij afwijkingen aan de geul, het kapsel of de botten, dan kan de knieschuif uit de geul schieten. Dan spreken we van een patella luxatie.

Patella luxatie komt vooral voor bij honden van kleine rassen, zoals de Chihuahua, Yorkshire Terrier en Pekingees. Het wordt echter ook bij grotere rassen gezien. Het is vaak een aangeboren aandoening die vaak al op jonge leeftijd naar voren komt. Bij katten wordt patella luxatie vooral gezien bij de Maine Coon, Abessijn en Devon rex.

Wat zijn de symptomen?

Wanneer de knieschijf van zijn plek schuift, zal de hond hinkelen of mank gaan lopen (kreupel). Dit kan aan 1 achterpoot zijn, maar het komt in ongeveer de helft van de honden beiderzijds voor. De patella luxaties worden ingedeeld van graad 1 t/m 4, afhankelijk van de ernst.

Hoe stellen we de diagnose?

Met lichamelijk onderzoek kan de aanwezigheid en ernst van patella luxatie worden vastgesteld. Röntgenfoto’s kunnen nodig zijn om andere aandoeningen op te sporen mate van artrose te beoordelen en om een prognose en behandelplan vast te stellen.

Waaruit bestaat de behandeling?

Zonder behandeling zal de aandoening altijd verergeren en artrose in de knie ontstaan. De hond zal hier hinder en pijn van ondervinden. Het is dus belangrijk om op tijd een behandeling in te stellen.

Behandeling bestaat uit chirurgie. Hiervoor zijn verschillende opties, afhankelijk van de patiënt en de ernst van de patella luxatie. Zo kan de geul verdiept worden (trochlea plastiek), het kapsel strakker gezet worden (imbricatie), extra bandjes worden geplaatst of zelfs de aanhechting van de pees van de knieschijf verplaatst worden. Na de operatie is een revalidatie met rust en pijnstilling zeer belangrijk voor een goed resultaat.

Vragen?

Neem gerust contact met ons op, bel 077-3982169 of email: dierenarts@daphorst.com

Drs. Daphne Boet
Dierenartsenpraktijk Horst
Thuisbezorgservice: www.dierapotheker.nl

Kruisbandletsel hond

Het kniegewricht is eigenlijk een scharniergewricht dat slechts in één richting beweegt, voorwaarts en achterwaarts. Hoewel het gewricht door veel banden wordt ondersteund, worden de bewegingen vooral bepaald door twee sterke bindweefselbanden in het gewricht: de voorste en achterste kruisband. Zij vormen de belangrijkste verbinding tussen het boven- en onderbeen.

Hoe ontstaat letsel aan de kruisband?

Kruisbandletsel ontstaat door een sterke draaibeweging in het scharniergewricht. Het wordt  gezien bij honden die op volle snelheid een plotselinge draaibeweging maken. Hierdoor ontstaat een korte, zeer sterke overbelasting van het kniegewricht en de voorste kruisband, waarbij deze gedeeltelijk of geheel kan scheuren. Ook kan kruisbandletsel makkelijker ontstaan bij de dikkere hond, als hij/zij struikelt of zich verstapt.

De chronische vorm van kruisbandletsel zien we als de kruisband verzwakt is als gevolg van leeftijd of ziekte. De kruisband kan dan overrekt zijn of gedeeltelijk gescheurd. De kreupelheid kan dan licht en wisselend zijn. De situatie verslechtert echter in de tijd.

Hoe wordt de diagnose gesteld?

Het klinisch beeld is vaak al heel duidelijk. Het verhaal gaat meestal zo dat de hond tijdens een spel plotseling kreupel wordt, één achterpoot optrekt en deze niet meer belast of de poot zover optrekt dat deze net de grond raakt, zonder er gewicht op te zetten.

Tijdens het onderzoek wordt getracht het ‘schuifladen fenomeen’ op te wekken. Hierbij wordt onderzocht hoever het onderbeen naar voren te schuiven is t.o.v. het bovenbeen. Dit lukt meestal goed zonder de hond te verdoven, maar als het erg pijnlijk is of er is twijfel aan de betrouwbaarheid van de test, wordt er alsnog een roesje gegeven. De spieren ontspannen zich dan beter en kan de test nogmaals herhaald worden. Dikwijls worden er ook röntgenfoto’s van de normale en beschadigde knie gemaakt.

Is er nog meer schade in het kniegewricht?

Soms is de binnenste meniscus beschadigd. In het kniegewricht zitten twee menisci. Dit zijn maanvormige kraakbeenschijfjes, die als stootkussentjes en glijoppervlak werken. Ze zitten daar, waar het bot van het bovenbeen contact maakt met het bot van het onderbeen. Tijdens de operatie worden de menisci grondig geïnspecteerd en eventueel gedeeltelijk verwijderd.

Is opereren noodzakelijk?

Soms verdwijnt de kreupelheid na langdurige immobilisatie van het gewricht. We zien dan na verloop van tijd artrose in het gewricht optreden, waardoor de hond een chronisch probleem heeft gekregen en hij/zij verder moet leven met pijnstillers.

Wat houdt de operatie in?

Het doel van de operatie is om het gewricht weer stabiel te maken. Dit is belangrijk want door de instabiliteit van het gewricht ontstaat artrose en kan snel de binnenste meniscus kapot gaan. Bovendien is een afgescheurde kruisband zeer pijnlijk.
Wij gebruiken bij voorkeur de TTA of de MMT techniek. Bij kleine honden passen we de imbricatietechniek toe met eventueel een kunststof bandje.
Bij de TTA of MMT techniek wordt een ‘kooi’ geplaatst in een deel van het scheenbeen. Hierdoor neemt de knieschijfband de functie van de voorste kruisband over. Het verschil tussen de MMT en TTA techniek is dat er bij de laatste techniek nog een extra steunplaat gezet wordt.
Bij de imbricatietechniek wordt het gewrichtskapsel van de knie strakker gemaakt en wordt getracht de knie zo wat stabiliteit te geven.
3-4 dagen na de operatie wordt het verband verwijderd en de wond geïnspecteerd. Tien dagen na de operatie worden de hechtingen verwijderd.
Na de operatie wil de hond al gauw de knie weer belasten. Het is echter heel belangrijk dat de hond de eerste zes weken na de operatie zoveel mogelijk rust houdt. Daarna kan geleidelijk, in overleg met de dierenarts en bij voorkeur in samenwerking met een fysiotherapeut, de beweging opgebouwd worden. Wij werken samen met dierfysiotherapeute Marion van Hoof.

Hoe belangrijk is het gewicht van de hond?

Zoals al eerder vermeld, kan overgewicht mede oorzaak zijn, doordat de kruisbanden verzwakken. Ook na operatie is het belangrijk het gewicht van de hond te normaliseren. Al het extra gewicht vormt immers alleen maar een extra belasting voor de gewrichten. Onze gespecialiseerde paraveterinairen kunnen u daarbij adviseren.

Vragen?

Neem gerust contact met ons op, bel 077-3982169 of email: dierenarts@daphorst.com


Drs. Daphne Boet
Dierenartsenpraktijk Horst
Thuisbezorgservice: www.dierapotheker.nl

Kruisband operatie hond

Honden producten van Dierapotheker.nl

De kruisbandoperatie in beeld. Er zijn 2 technieken, te weten de MMT techniek en die met het nylonbandje met imbricatie.

De MMT techniek

De hond ligt op de operatietafel. Alle bewakingsapparatuur, om de ademhaling en hartslag van de hond te controleren, is aangesloten. De hond is afgedekt met steriele doeken.

Er is een huidsnede gemaakt, het knie gewricht wordt geïnspecteerd. Met een speciale zaag wordt een fragement van de tibia ofwel scheenbeen gezaagd.

Een metalen ‘kooi’ wordt tussen het scheenbeen en het fragment geplaatst. Daarnaast wordt er cerclage ofwel metaaldraad aangebracht om de constructie extra stevigheid te geven.

De kooi wordt vastgezet met schroeven.

Al het weefsel wordt weer netjes naar elkaar gebracht met oplosbare hechtingen.

Röntgenfoto’s van de knie na de operatie. De kooi met schroeven en het cerclage zijn duidelijk zichtbaar.

Het nylonbandje met imbricatie

De hond ligt op de operatietafel. Alle bewakingsapparatuur wordt aangesloten.

De hond ligt afgedekt met steriele doeken. Alleen het pootje dat geopereerd moet worden is zichtbaar.

Er wordt een snede gemaakt ter hoogte van de knie.

Als u goed kijkt ziet u het kunststof bandje lopen, dit is achter de fabela (een klein botje in het kniegewricht) gehaakt.

Het bandje wordt verder aangebracht en vastgemaakt met een metalen busje. Zo wordt de stabiliteit verkregen. Nu kan het gewrichtskapsel gehecht worden.

Vragen?

Neem gerust contact met ons op, bel 077-3982169 of email: dierenarts@daphorst.com


Drs. Daphne Boet
Dierenartsenpraktijk Horst
Thuisbezorgservice: www.dierapotheker.nl