Influenza griep paard

Dierentips van de dierartsen van Dierapotheker.nl

Het paardeninfluenzavirus veroorzaakt een infectie van de bovenste ademhalingswegen en de longen bij gevoelige dieren van alle leeftijden (voornamelijk jonge en oude paarden).

De virusverspreiding onder paarden gebeurt vooral via direct contact. Om die reden zijn verzamelplaatsen dikwijls een belangrijke infectiebron. Virusuitscheiding gebeurt snel en via neussecreet tot maximaal 5-6 dagen na de infectie.

Wat zijn de symptomen?

Typisch zijn de hoge koorts, suf / verminderde prestaties, weinig eetlust, waterige neusvloei ing en een droge hoest. Indien bacteriën bij de infectie betrokken zijn, wordt de neusvloei dikker (slijm + etter) en horen we een meer ‘rochelende’ hoest.

Bij normaal verloop bedraagt de ziekteduur 2 tot 10 dagen. In het geval van bacteriële complicaties kan het de ziekte langer aanhouden.

Waaruit bestaat de therapie?

Een koortsremmer in combinatie met antibiotica gedurende enkele dagen kan aangewezen zijn. Daarnaast is rust in een luchtige omgeving (weide) een absolute must.

Hoe kan het worden voorkomen?

Vaccinatie beschermt paarden tegenover de ziekte, maar niet tegenover infectie. Dit maakt dat gevaccineerde dieren nog altijd een infectiebron kunnen zijn voor gevoelig paarden. Vaccineer dus steeds alle paarden bij u op stal!

De vaccinatie

De basisvaccinatie bestaat uit twee injecties met 3 tot 12 weken tussentijd. Daarna is een jaarlijkse hervaccinatie voldoende. Alleen bij (internationale) sportpaarden is een 6-maandelijkse hervaccinatie vereist.

Veulens nemen normaal via de biest gedurende 4 tot 6 maanden de nodige antistoffen op. Indien de merrie niet of gedurende de eerste 7 maand van de dracht werd geënt, kan men de basisvaccinatie bij het veulen best starten op 4 maand. Indien de merrie tijdens de laatste 4 maand van de dracht werd geënt, kan men vanaf 6 maand beginnen met de basisvaccinatie.
Voor alle dieren treedt bescherming pas op 2 weken na de basisvaccinatie!

Lees hier meer over vaccineren in de Vaccinatiewijzer paard.

Vragen?

Maarten van Dijck paarden dierenarts

Neem gerust contact met ons op,

Drs. Maarten van Dijck
Dierenartsenpraktijk Horst
Thuisbezorgservice: www.dierapotheker.nl


African Horse Sickness paard

Het is een virus dat door knutten (culicoides imicola) wordt overgebracht. Deze mugjes zijn al in Europa aanwezig en brengen ook het blauwtongvirus over. Ziekteverschijnselen bij paarden tot nu toe beperkt geweest tot Afrika, het Midden Oosten en een enkele uitbraak in Zuid Spanje. De ziekte is in de EU aangifteplichtig en bestrijdingsplichtig.

Muggen

Het virus is niet rechtstreeks besmettelijk van paard naar paard (wel over te brengen via bloedtransfusies). Het zijn echt de muggen die voor verspreiding zorgen, kleine beetjes virusopname bij steken van de gastheer is voldoende om het virus over te brengen.

Paarden zijn de meest gevoelige diersoort, ezels en muildieren minder en zebra’s zijn redelijk goed resistent tegen ziekteverschijnselen. Reservoir voor het virus vormen in ieder geval zebra’s, wilde honden en olifanten. Mogelijk zelfs meer diersoorten. Het virus bestaat uit 9 subtypes die allen een extreme lekkage van eiwitrijke vloeistof uit de bloedvaten veroorzaken. Een besmet paard kan maximaal 21 dagen actief virus in zijn bloed bij zich dragen. Bij ezels en zebra’s is dat veel langer.

Wat zijn de symptomen?

Er zijn 4 vormen van ziekte:

  1. De koortsvorm
    Deze vorm is de vorm die voornamelijk bij zebra’s voorkomt en bij paarden die zijn gevaccineerd. Symptomen zijn koorts, algehele malaise en dikke benen gedurende 1-6 dagen.
  2. De dunkop of longvorm
    Deze vorm treedt peracuut op en binnen 4 uur tot 4 dagen sterft 95% van de dieren. Deze vorm komt voornamelijk voor bij paarden die nog nooit met het virus in contact zijn geweest. Dit is dan ook de vorm die de meeste bedreiging voor Europa vormt. Symptomen zijn zweten, koorts, hoesten, extreme benauwdheid en in de eindfase schuimachtig vocht uit de neusgaten. Deze dieren verdrinken als het ware in hun eigen vloeistof die wordt uitgescheiden in de longen.
  3. De dikkop of hartvorm
    Deze vorm treedt met name bij paarden op die al eens in contact zijn geweest met het virus. Deze vorm treedt subacuut op en ongeveer 50 % van de dieren sterft binnen 1 week. Symptomen zijn koorts, zwelling van hoofd, oogleden, nek, borstkas en schouders.Tevens roodheid van slijmvliezen en koliek. De paarden blijven over het algemeen wel eten. Paarden die deze vorm overleven hebben ongeveer een jaar hersteltijd nodig.
  4. De gemengde vorm
    Dit is de meest voorkomende vorm in Afrika. De ziekte treedt acuut op en ongeveer 70 % van de besmette dieren sterft binnen 3 dagen.

Symptomen zijn een combinatie van bovenstaande.

Hoe wordt de diagnose gesteld?

De diagnose kan worden gesteld aan de hand van de symptomen, het snelle verloop, eventueel bloedonderzoek en op sectie.

Waaruit bestaat de therapie?

Er bestaat geen therapie voor deze ziekte.

Hoe kan het worden voorkomen?

Preventie bestaat uit het weren van de mugjes die het virus overbrengen en uit vaccinatie.
Vaccinatie is in de EU nog niet toegestaan. Vaccinatie in Afrika bestaat uit een dubbele enting met 4 weken tussentijd. Na deze zware enting, waar de meeste dieren een tijd ziek van zijn, dienen de paarden voor 4-6 weken op rust gezet te worden. Vaccinatie beschermt nooit 100%, maar vermindert wel de ernst van de symptomen.

Indien er zich een uitbraak in de EU voordoet, vereist het huidige beleid nog een “stamping out” zoals bij MKZ en varkenspest. Dit betekent dus het ruimen van aangetaste en verdachte dieren en mogelijk zelfs bedrijven. Tevens ringvaccinatie rondom verdachte bedrijven. En een acute stillegging van alle paarden (sport) activiteiten in een straal van 200 km.

De overheid is nog bezig om te kijken of er een aangepast draaiboek gemaakt kan worden waarbij paarden al van te voren geënt kunnen worden en schade bij een uitbraak beperkt kan blijven.

Vragen?

Maarten van Dijck paarden dierenarts

Neem gerust contact met ons op,

Drs. Maarten van Dijck
Dierenartsenpraktijk Horst
Thuisbezorgservice: www.dierapotheker.nl

West Nile virus paard

De ziekte wordt veroorzaakt door een flavivirus, wordt overgebracht door muggen en plant zich voort in wilde vogels. De ziekte is gevaarlijk voor paarden, mensen en vogels.

Update 23 september 2020

In Nederland is op 16 september 2020 een grasmus positief getest op het Westnijlvirus. Deze vogel is bij toeval ook in de lente gevangen en negatief getest op dit Westnijlvirus. Hierdoor is het meer dan waarschijnlijk dat de grasmus hier in Nederland is besmet door een geïnfecteerde mug. Het is nu dus een feit dat er in Nederland muggen met het Westnijlvirus rondvliegen, een potentieel gevaar voor paarden.

Recent in Duitsland

Mensen en paarden kunnen elkaar niet rechtstreeks besmetten. De ziekte is al langer bekend bekend in Afrika, het midden oosten en sinds 1999 ook in de hele USA. Ook in Frankrijk, Roemenie, Rusland en Israel zijn in de jaren 90 uitbraken geweest. In 2008 zijn ook enkele gevallen beschreven in Italië.

Recent, in 2019, zijn er in Duitsland 3 bevestigde besmettingen bij paarden geconstateerd.

Wat doet het West Nile virus?

Het virus beschadigt zenuwcellen in de hersenen en het ruggenmerg.

Wat zijn de symptomen?

Symptomen bij het paard zijn koorts, depressie, ataxie, zwakte, spiertrillingen, anorexie, hersenverschijnselen en plotselinge dood (in ongeveer 30% van de gevallen).

Symptomen bij de mens komen maar in 20% van de besmette mensen voor en bestaan voornamelijk uit hoofdpijn, vermoeidheid, misselijkheid en wat pijnlijke gewrichten. Een enkele patiënt krijgt ook last van hersenverschijnselen en hersenvliesontsteking.Hoe wordt de diagnose gesteld?

De diagnose kan worden gesteld door middel van bloedonderzoek of onderzoek van hersenvocht.
Een echte therapie voor deze ziekte bestaat niet. Als ondersteuning kan men ontstekingsremmers en hyperimmuun plasma geven.

Hoe kan West Nile Virus bij paarden worden voorkomen?

Preventie van de ziekte bestaat uit het weren van muggen en uit vaccinatie. Het weren van muggen kan door uw paard een insectendeken om te doen, met repellents of door opstallen. Voorkom ook broedplaatsen van muggen in stilstaand water in emmers, autobanden en dakgoten e.d. En wist u dat muggen maar slecht kunnen vliegen? Hang daarom een ventilator in de stal of boven de paardenbox.

Paarden vaccineren tegen het Westnijlvirus

Deze vaccinatie (alleen voor paarden!) is in 2009 ook in Nederland beschikbaar gekomen. Om een goede immuun status te verkrijgen dienen de paarden 2 x geënt te worden met 3-6 weken tussentijd, waarna jaarlijkse hervaccinatie dient plaats te vinden. De paarden hebben na de 2e vaccinatie nog ongeveer 4 weken nodig om immuniteit tegen de ziekte op te bouwen. Het beste kan in maart-april begonnen worden met de 2 basis vaccinaties en dan vervolgens ieder voorjaar met 1 vaccinatie herhalen. Op die manier is de bescherming in de zomer en nazomer optimaal.

Vragen?

Maarten van Dijck paarden dierenarts

Neem gerust contact met ons op,

Drs. Maarten van Dijck
Dierenartsenpraktijk Horst
Thuisbezorgservice: www.dierapotheker.nl

Equine Infectieuze Anemie paard

Equine infectieuze anemie

Equine infectieuze anemie (EIA) is een virale infectieziekte die voornamelijk ernstige bloedarmoede veroorzaakt bij paarden, ezels en muildieren. De ziekte gaat gepaard met terugkerende vermoeidheid, koortsperioden en zwelling onder de buik en in de benen. Paarden kunnen, ondanks goede eetlust, ernstig vermageren. Drachtige dieren kunnen aborteren.

Levenslang infectieus      


De ziekte wordt door bloedzuigende insecten verspreid (o.a. stalvliegen, dazen), maar kan ook door bloed, melk en sperma overgebracht worden. Het equine infectieuze anemie-virus is een lentivirus, behorende tot dezelfde familie als het HIV virus bij de mens. Wanneer een paard eenmaal is geïnfecteerd met het virus, blijft het bloed levenslang infectieus.

Hoe wordt de diagnose gesteld?

De diagnose wordt gesteld aan de hand van de symptomen (m.n. koorts die niet op therapie reageert en vermageren ondanks zeer goede eetlust) en bloedonderzoek (Coggins test)..

Waaruit bestaat de therapie?

Er bestaat geen vaccin of therapie voor de ziekte. Het is vaak moeilijk om EIA van andere met koorts gepaard gaande ziekten te onderscheiden. De ziekte is meldingsplichtig. Besmette dieren worden geeuthanaseerd.

De verspreiding van EIA is wereldwijd

In Europa werden in 2009 haarden vastgesteld in Frankrijk, Duitsland, Italië, Slovenië en Kroatië. In Roemenië komt de ziekte veelvuldig voor. Zowel in België als in Engeland zijn begin 2010 enkele paarden gevonden die uit Roemenië afkomstig waren en die ziek zijn geworden van het EIA virus.
In september 2014 zijn, 3 uit Roemenië geïmporteerde, paarden in Duitsland gevonden, die de ziekte bij zich droegen. Ook is er in september 2014 een positief paard in Engeland gevonden dat geïmporteerd was uit Nederland (Ede)!

Inmiddels zijn er strengere Europese voorschriften gekomen voor de handel in uit Roemenië afkomstige paarden.

Vragen?

Maarten van Dijck paarden dierenarts

Neem gerust contact met ons op,

Drs. Maarten van Dijck
Dierenartsenpraktijk Horst
Thuisbezorgservice: www.dierapotheker.nl

Tetanus paard, hond en kat

Tetanus paard

Tetanus wordt veroorzaakt door een bacterie genaamd Clostridium Tetani. Deze produceert een neurotoxine welke ervoor zorgt dat de spieren volledig kunnen verkrampen. Alle zoogdieren zijn gevoelig voor deze bacterie, maar de gevoeligheid verschilt evenwel. Zo zijn het paard, schaap en geit zeer gevoelig. Honden en katten zijn veel minder gevoelig en daar komt tetanus dan ook vrij weinig bij voor.

Bodem is het tetanus reservoir

Een dier met tetanus vormt geen infectiebron voor andere dieren of voor de mens. Het belangrijkste reservoir is de bodem. De infectie treedt dus vooral op bij dieren met een vuile (steek)wonden of eventueel langs de navel bij pasgeboren veulens.

Wat zijn de symptomen?

Gemiddeld genomen zien we symptomen optreden 2 tot 10 dagen na infectie. Typisch voor tetanus is de steeds toenemende stijfheid van de spieren. Vaak begint dit ter hoogte van de kauwspieren, waarna een verdere uitbreiding plaatsvindt. Ook het verschijnen van het derde ooglid (wit vlies thv. binnenste ooghoek) wordt vaak opgemerkt. Sterfte kan optreden door spasmen van ademhalingsspieren.

Waaruit bestaat de therapie?

Een goede wondverzorging en verwijderen van necrotische delen is belangrijk. Daarnaast is een antibioticum-therapie en het toedienen van antitoxines noodzakelijk. Er is één specifieke behandeling bij tetanus en dat is de toediening van een tetanus antitoxine. Dit tetanusserum kan het nog niet gebonden toxine in het bloed neutraliseren met antilichamen, maar het kan er niet voor zorgen dat dat de binding van het toxine met de zenuwuiteinden ongedaan wordt gemaakt. Verder dient ervoor gezorgd te worden dat de dieren niet geëxciteerd geraken door ze licht te sederen. Excitatie kan namelijk spasmen uitlokken. Ook is het belangrijk dat de dieren steeds kunnen blijven eten en drinken.

Hoe kan tetanus worden voorkomen?

Vaccinatie biedt een goede bescherming. Vaak is deze vaccinatie gecombineerd met de jaarlijkse Influenza vaccinatie en gelden dezelfde opmerkingen ivm. drachtige merries en hetzelfde vaccinatieschema.
Bij pasgeboren veulens afkomstig van een niet gevaccineerde merrie kan het toedienen van antitoxines aangewezen zijn. 

Indien uw paard dus een wond opgelopen heeft, is het steeds belangrijk te weten of de vaccinaties in orde zijn.

Vragen?

Maarten van Dijck paarden dierenarts

Neem gerust contact met ons op,

Drs. Maarten van Dijck
Dierenartsenpraktijk Horst
Thuisbezorgservice: www.dierapotheker.nl

Enten paarden

Paarden kunnen weerstand tegen een ziekte opbouwen door met (een deel van) een ziektekiem in aanraking te komen. Het lichaam maakt na contact met de ziektekiem een soort geheugencellen aan die er voor zorgen dat als de ziektekiem nogmaals binnenkomt, deze snel en grondig wordt vernietigd voordat er ziekteverschijnselen kunnen optreden.

Enting paard

Deze natuurlijke reactie kunnen we nabootsen door een deel van deze ziektekiem in de vorm van een enting aan het paard toe te dienen. De ziektekiem in een enting is meestal of volledig stuk gemaakt of ernstig verzwakt, zodat de kiem geen ziekteverschijnselen meer kan opwekken maar nog wel een weerstandsreactie veroorzaakt.
Komt het paard, nadat deze geënt is, toch de echte ziektekiem tegen dan zal het lichaam er voor klaar staan om deze snel en efficiënt te doden zonder dat het paard er ziek van wordt.

Entbare aandoeningen

Aandoeningen bij paarden waar in Nederland tegen gevaccineerd kan worden:

  • Influenza
  • Tetanus
  • Rhinopneumonie
  • Droes
  • Schimmels
  • West Nile Virus

Entschema
 

ZiekteBasisvaccinatieGeldigheidVanafBijzonderheden
Influenza2x met 3-12 weken tussentijd1 jaar4-6 maandenCombinatie enting met tetanus
Tetanus2x met 3-12 weken tussentijd1 jaar4-6 maandenCombinatie enting met tetanus
Rhinopneumonie2x met 4-6 weken tussentijd6 maanden5 maandenBij dracht 5e, 7e en 9e maand
Droes2x met 2 weken tussentijd6-9 maanden4 maandenNeusenting
Schimmels2x met 2 weken tussentijd6-9 maanden5 maanden
West Nile virus2x met 3-5 weken tussentijd1 jaar6 maanden

Vragen?

Maarten van Dijck paarden dierenarts

Neem gerust contact met ons op,

Drs. Maarten van Dijck
Dierenartsenpraktijk Horst
Thuisbezorgservice: www.dierapotheker.nl

Levenskwaliteit kat

We willen allemaal dat onze kat zo gezond mogelijk oud wordt. We geven ze eten, drinken, een slaapplaats, diergeneeskundige zorg en ruimte om hun natuurlijke gedrag uit te kunnen voeren. Ook is het onze taak om stress en angst te voorkomen. Maar wat nou als een kat bejaard en/of ziek is? Dan moeten we onszelf de vraag stellen of de kwaliteit van leven nog wel goed is, om onnodig lijden te voorkomen.

Wat is kwaliteit van leven voor de kat?

Met kwaliteit van leven wordt ook wel iemands ‘welbevinden’ bedoeld. Dit is een subjectief begrip. Het is namelijk lastig te meten en wordt deels bepaald door iemands perspectief. Een goede levenskwaliteit betekent dat er veel positieve ervaringen en weinig of geen negatieve ervaringen zijn. En deze ervaringen worden weer bepaald door lichamelijke gezondheid, psychische gezondheid en relaties met de omgeving. U als katteneigenaar, zult dus voor uw eigen kat moeten bedenken of de kwaliteit van leven voor uw kat nog goed is. U kent de normale gedragingen van uw kat immers het beste. Uiteraard kan uw dierenarts helpen om deze inschatting te maken.

Wat kunt u zelf doen?

Het is uw en onze taak om ervoor te zorgen dat katten op zo’n manier kunnen leven, dat de levenskwaliteit nog ruim voldoende is. Het moet ‘het waard zijn om voor te leven’. U kunt uw kat op verschillende manieren helpen:
  • Voedsel en water. Bij sommige ziektes is een speciaal dieet gewenst en geef oudere katten (>8 jaar) senior voeding. Natvoeding kan soms een uitkomst zijn om zowel de voedsel- als wateropname te verhogen. Stimuleer drinken door meerdere grote waterbakken te plaatsen (weg van de voer/kattenbak).
  • Oudere katten kunnen soms moeilijker bij de kattenbak en vinden het vaak vervelend als er een deurtje in zit dat steeds tegen hun pijnlijke lijf aankomt als ze erin of eruit stappen. Zorg dus voor een kattenbak met een lage instap en het liefst zonder kap.
  • Slaap- en rustplek. Geef uw kat een fijne rustige ligplek en zorg ervoor dat deze goed bereikbaar is. Katten houden vaak van hoge plekjes. Zorg voor een opstapje als uw kat er niet meer goed in kan springen.
  • Bij sommige ziektes of pijn door bijvoorbeeld artrose, is het wenselijk om medicatie in te geven. Dit kan soms op verschillende manieren, waardoor we samen kunnen zoeken naar een manier die voor u en uw kat het beste werkt.

Keuze voor euthanasie

Het is onvermijdelijk dat er een moment komt waarop u afscheid zult moeten nemen. Het is uw taak om uw kat het beste leven te geven wat mogelijk is en lijden te voorkomen. Het wordt lijden wanneer de negatieve ervaringen de positieve ervaringen overheersen. Denk dan bijvoorbeeld aan een kat die alleen nog maar in zijn mandje slaapt en eet, terwijl het eerst een hele vrolijke actieve kat was die graag op schoot klom. En dat betekent dat u soms voor de keuze komt te staan om uw kat te laten inslapen. Dit is een lastige beslissing die u altijd met uw dierenarts kunt bespreken.

Wat gebeurt er bij euthanasie?

Uw dierenarts zal uw kat met een injectie eerst onder narcose (in slaap) brengen. Het is fijn als u erbij bent om uw kat te steunen en op zijn/haar gemak te stellen. Als uw kat diep in slaap is, zal de dierenarts een tweede injectie geven met een sterk middel dat ervoor zorgt dat er een hartstilstand optreedt en uw kat komt te overlijden. Hier zal uw kat helemaal niets van merken! Alle spieren zullen ontspannen en soms laat uw kat zijn urine en/of ontlasting lopen. In tegenstelling tot in films, zullen de ogen open blijven. U heeft altijd de gelegenheid om afscheid te nemen van uw kat.

Wat gebeurt er daarna?

U kunt kiezen voor begraven, crematie of destructie. Ook kan het fijn zijn om een pootafdruk of plukje haar te bewaren. U kunt uw wensen kenbaar maken.

Vragen?

Neem gerust contact met ons op: info@dierapotheker.nl Robin-Holle-Dierenarts-Dierapotheker.nl Drs. Robin Holle Dierenartsenpraktijk Horst Thuisbezorgservice: www.dierapotheker.nl

Vlooienmiddel vergiftiging kat (permethrin)

Een kat is geen kleine hond! 

Wat is een vlooienmiddel vergiftiging bij de kat?

Het komt regelmatig voor dat eigenaren een vlooienmiddel voor de hond, ook aan hun kat geven. Ook al is dit goedbedoeld, het kan vervelende gevolgen hebben. Pipetten voor de hond bevatten namelijk wel eens de stof permethrin of amitraz. De hond kan hier prima tegen, maar de kat absoluut niet! De stof werkt in op het zenuwstelsel. Honden kunnen deze stof in hun lichaam snel afbreken, waardoor het niet giftig is. De lever van katten werkt echter net een beetje anders. Ze missen een bepaald enzym (glucuronosyltransferase) in de lever. Hierdoor wordt het niet goed afgebroken en stapelt de giftige stof zich op.

Wat zijn de verschijnselen?

We zien vooral neurologische verschijnselen, zoals: spiertrillingen, krampen, wijde pupillen, epileptische aanvallen en bewustzijnsverlies. Ook kunnen we kwijlen, braken en een verhoogde lichaamstemperatuur zien. De kat kan zelfs sterven. De ernst van de verschijnselen hangt af van de opgenomen hoeveelheid.

Hoe stellen we de diagnose?

Afhankelijk van uw verhaal en de verschijnselen, kunnen we een vermoeden uitspreken van een vergiftiging. Met bloedonderzoek kunnen we beoordelen of er schade is opgetreden aan de organen.

Waaruit bestaat de therapie?

Verdere opname van de stof dient te worden voorkomen door de kat grondig te wassen met water en zeep. Er wordt infuus gegeven om de stof zo snel mogelijk uit het lichaam te krijgen en de kat te ondersteunen. Bij ernstige vergiftiging kan een speciale vetoplossing (lipidenemulsie) gegeven worden. Afhankelijk van de ernst zien we vaak dat een kat na 1-3 dagen weer opknapt. Wanneer sprake is van epileptische aanvallen, wordt vaak medicatie gegeven om deze te onderdrukken.

Wat is de prognose?

De prognose is afhankelijk van de ernst en de snelheid waarmee een behandeling wordt ingesteld. Helaas zal zo’n 10 tot 40% van de katten sterven. Geef dus nooit een vlooienmiddel dat bedoeld is voor honden, aan uw kat!

Vragen?

Neem gerust contact met ons op: info@dierapotheker.nl Robin-Holle-Dierenarts-Dierapotheker.nl Drs. Robin Holle Dierenartsenpraktijk Horst Thuisbezorgservice: www.dierapotheker.nl

Lelie vergiftiging kat

Lelie vergiftiging kat

Bij veel mensen staan wel eens lelies in huis, op zichzelf of in een mooi boeket. Het is echter oppassen geblazen als er een kat in huis is, want ze zijn erg giftig voor katten! Alle delen van de lelie zijn giftig, dus zowel de bloem, meeldraden/stuifmeel, de blaadjes en de stengel. Zelfs het bloemenwater kan giftig zijn! Zelfs een klein stukje van een blad kan al dodelijk zijn. En wanneer een kat vlak langs de lelie loopt en zo stuifmeel in zijn vacht krijgt, kan de kat door het schoonlikken van zijn vacht al een giftige dosis binnenkrijgen! 

Wat zijn de symptomen?

De giftige stof in lelies veroorzaakt ernstige nierschade. De nieren kunnen zelfs helemaal stoppen met functioneren, waardoor de afvalstoffen niet meer worden afgevoerd en geen urine meer geproduceerd wordt. Als dit niet gauw behandeld wordt, is het dodelijk. Verschijnselen van een vergiftiging zijn bijvoorbeeld kwijlen, braken, minder/niet eten en sloomheid.

Hoe stellen we de diagnose?

Dit gaat op basis van een vermoeden. Neem direct contact op met de dierenarts indien u denkt dat uw kat in contact is geweest met lelies. Hoe eerder we maatregelen nemen, hoe beter.

Waaruit bestaat de therapie?

We zullen proberen om de kat te laten braken, indien het nog maar kort geleden is dat deze van de lelie gegeten heeft. Daarnaast wordt een therapie ingesteld met medicijnen en infuus om de verdere opname van de gifstof te beperken. Wanneer de behandeling wordt gestart vóórdat er nierfalen is opgetreden, is de prognose goed. Wanneer er al nierschade aanwezig is, dan is de prognose veel slechter.

Wat kunt u zelf doen?

Haal geen lelies in huis (of tuin) als u een kat heeft! Voorkomen is in dit geval écht beter dan genezen. Ziet u stuifmeel in de vacht? Was de kat dan zo snel mogelijk, om oplikken te voorkomen.

Vragen?

Neem gerust contact met ons op, email: info@dierapotheker.nl

Dierenarts drs. Robin Holle kijkt u aan

Drs. Robin Holle
Thuisbezorgservice: www.dierapotheker.nl

Dier in de kou in de winter

Hond in de winter en kou
In de winter gaan we naar buiten met een dikke jas, shawl, muts en handschoenen. Maar betekent dit dat we onze huisdieren ook extra moeten beschermen?

Honden

In huis is het meestal lekker warm. Dat betekent dat de honden die in huis leven, geen echte wintervacht meer opbouwen. Gelukkig is dat meestal niet zo’n probleem. Buiten zijn ze vaak zo actief, dat ze zichzelf warm houden. Een extra jas is dan niet nodig. Bij oude of zieke honden, bij honden met een zeer dunne of geschoren vacht en bij hele kleine honden is een jas vaak wel aan te raden. Als uw hond buiten aan het rillen is, dan is het te koud. Zorg ervoor dat de vacht van uw hond droog is als deze naar buiten gaat. Een natte vacht isoleert slecht en ze koelen dan snel af. Denk hier dan ook aan bij het sneeuwballen gooien. Bovendien kan sneeuw eten leiden tot maag- en darmklachten. Laat uw hond niet alleen achter in de auto als het vriest. Het wordt daar dan al gauw net zo koud als buiten.

Katten

De meeste katten houden van warme plekjes. Ze zullen deze vaak zelf al opzoeken. In de winter mag uw kat gerust naar buiten als hij/zij dat gewend is. Zorg er wel voor dat uw kat altijd een warm en beschut plekje kan vinden, bijvoorbeeld door een kattenluikje. Als uw kat niet naar binnen kan, dan loopt u het risico dat uw kat bijvoorbeeld gaat schuilen in iemand anders zijn schuur of garage en daar per ongeluk opgesloten raakt. Denk er ook aan dat een warm motorblok van de auto een heerlijke schuilplaats is. Controleer in de winter dan ook altijd uw auto voordat u wegrijdt. Een ander gevaar vormen de bevroren sloten. Katten kunnen door het ijs zakken en daarmee snel onderkoeld raken. Ook wanneer het regent of sneeuwt en de vacht nat wordt, kunnen ze erg snel afkoelen. Wanneer het vriest kan het dan ook raadzaam zijn om de kat binnen te houden.

Konijnen

Volwassen konijnen die gewend zijn om het hele jaar buiten te leven, kunnen ook bij de vrieskou buiten blijven. Ze hebben dan een goede wintervacht ontwikkeld. Zorg er wel voor dat het nachthok goed beschut en uit de wind staat en dat er een extra dikke laag stro in ligt. Het beste is ook om meerdere konijnen samen te houden. Zo houden ze elkaar gezelschap en ook lekker warm. Wanneer er een buitenren aan vastzit, vinden konijnen het zelfs in de sneeuw vaak lekker om buiten te lopen. Zolang ze ook maar weer een warm plekje op kunnen zoeken, is dat helemaal prima. Haal buitenkonijnen in de winter niet mee naar binnen. Konijnen kunnen slecht tegen temperatuurswisselingen en kunnen dan ziek worden. Controleer wel minimaal 2 keer per dag of het drinkwater niet bevroren is. Een bakje in het nachthok bevriest het minst snel.

Cavia’s

Net als voor konijnen, geldt dat cavia’s buiten gehouden kunnen worden als ze dit gewend zijn. Ze kunnen wel iets minder goed tegen de vrieskou dan konijnen. Als het erg koud wordt, kan het hok dan bijvoorbeeld tijdelijk enkele dagen in een schuur gezet worden.

Paarden en pony’s

Pony’s en koudbloedige paarden hebben meestal geen deken nodig als ze gewend zijn het hele jaar dag en nacht buiten te staan. Warmbloedige paarden hebben vaker wel een deken nodig. Zorg er altijd voor dat er een schuilstal aanwezig is bij de weide met bijvoorbeeld een dikke laag stro. Omdat in de winter amper gras groeit, moet er bijgevoerd worden met hooi. Biedt dit bij voorkeur aan vanuit een ruif. Als het op de grond ligt, dan loopt u het risico dat uw paard/pony met het eten tegelijk veel zand binnenkrijgt. En dat kan weer leiden tot zandkoliek. Controleer meerdere keren per dag dat er (niet bevroren) drinkwater aanwezig is. Bron: LICG 

Vragen?

Neem gerust contact met ons op: info@dierapotheker.nl Robin-Holle-Dierenarts-Dierapotheker.nl Drs. Robin Holle Dierenartsenpraktijk Horst Thuisbezorgservice: www.dierapotheker.nl