Reisziekte hond

Hoe voorkom ik reisziekte bij mijn hond?
Net als mensen, kunnen honden wagenziek worden. Een hond met reisziekte (wagenziekte) is misselijk. Dit komt doordat het evenwichtsorgaan tijdens het reizen andere signalen krijgt dan wat de hond aan bewegingen waarneemt. Dit leidt tot desoriëntatie en daarmee misselijkheid en braken. Het komt voor op alle leeftijden, maar we zien het vooral bij jonge honden. Bijna 20% van de honden heeft er wel eens last van. Het kan een ritje voor zowel hond als baas erg onaangenaam maken. Gelukkig is er wel wat aan te doen!

Wat zijn de symptomen?

Typische symptomen die wijzen op reisziekte zijn hijgen, rusteloosheid, angst, trillen, misselijkheid, overmatig kwijlen, smakken, kokhalzen en braken.  

Hoe stellen we de diagnose?

Aan de hand van de symptomen die optreden tijdens het reizen wordt het waarschijnlijk dat het om reisziekte gaat.

Waar uit bestaat de behandeling?

Er zijn medicijnen voor dieren op de markt die reisziekte kunnen voorkomen. Deze zijn alleen bij de dierenarts verkrijgbaar. De tabletten worden 1 uur voor het reizen ingegeven en werken gedurende minimaal 12 tot wel 24 uur. In het verleden werden ook wel tabletjes voor mensen gegeven. De effectiviteit van deze medicijnen is bij de hond echter erg wisselend. Er zijn ook natuurlijke middelen verkrijgbaar die kunnen helpen om een dier te laten ontspannen. Denk hierbij aan Adaptil, Bach rescue druppels pets, etc. Deze doen niets aan de misselijkheid, maar zouden ondersteuning kunnen geven om de stress gepaard met het reizen te verminderen. Naast medicijnen is het ook belangrijk om de hond te leren dat reizen niet erg is. Dit kan soms erg lastig zijn. Sommige honden beginnen al te kwijlen en onrustig te worden als ze in een stilstaande auto zitten, omdat ze eerder misselijkheid ervaren hebben. De stress die hiermee gepaard gaat, maakt het alleen maar erger. Heel veel geduld en het opdoen van positieve ervaringen zijn dan belangrijk. Is uw hond echt bang tijdens het rijden? Neem dan contact op met een ervaren gedragstherapeut. Besteed tijdens het rijden geen aandacht aan uw hond als deze misselijk wordt. Ga hem niet troosten of aaien, want daarmee kan je zijn gedrag bevestigen. Zet de auto op tijd aan de kant, dus voordat de hond gaat braken. Houdt de motor het liefst wel draaiend en blijf dan in de auto tot de misselijkheid wat is afgenomen. Dan leert uw hond niet zo’n sterke associatie tussen de auto en de misselijkheid.

Hoe wordt het reizen zo aangenaam mogelijk?

Om misselijkheid te voorkomen, hebben we voor u een aantal tips:
  • Vervoer uw hond op een veilige manier, dus in een kennel of met een reistuigje.
  • Rijd voorzichtig en vermijd plotseling optrekken of remmen.
  • Zorg voor een aangename temperatuur in de auto. Laat een hond ook nooit alleen achter in een auto! De temperatuur kan ontzettend snel oplopen.
  • Laat de hond altijd eerst aan de auto wennen. Begin in een stilstaande auto en ga pas een klein stukje rijden als de hond op zijn gemak is. Maak zeker de eerste reizen voor een pup zo leuk mogelijk en rijdt bijvoorbeeld alleen een klein stukje naar leuke plek als een park of bos.
  • Stop regelmatig voor een pauze om de hond wat te laten bewegen en drinken.
  • Laat eventueel de ramen een klein stukje open, zodat er frisse lucht binnenkomt. En rook ook niet in de auto.
  • Geef geen maaltijd binnen 1-2 uur voor het reizen, door een volle maag kan uw hond eerder last krijgen van misselijkheid.

Vragen?

Neem gerust contact met ons op: info@dierapotheker.nl Robin-Holle-Dierenarts-Dierapotheker.nl Drs. Robin Holle Dierenartsenpraktijk Horst Thuisbezorgservice: www.dierapotheker.nl

Is uw dier door een bij, wesp of hornaar gestoken?

U heeft het vast weleens gezien. Uw hond of kat hapt naar een insect. Honden en katten spelen nu eenmaal graag met iets dat beweegt. Dat kan gevolgen hebben.

Is uw dier gestoken door een wesp?

Een wesp is een stekend insect met een onbehaard lichaam en een slanke “wespentaille”. Alleen de vrouwtjes steken, zonder angel maar met gif, vooral bij de ingang van hun grondnest.

Is uw dier gestoken door een bij of hommel?

Een bij is een stekend insect met een behaard lichaam. Alleen de vrouwtjes steken, met angel en gif, en alleen als ze in gevaar is. Wanneer de angel vastzit in een dier en de bij rukt zich los dan scheurt de gifblaas. Einde bijenleven. Het gif blijft werkzaam tot een minuut na de bijensteek. Haal dus de angel met een pincet direct uit de huid van het gestoken dier.

Is uw dier gestoken door een hornaar?

Een hornaar lijkt op een wesp, maar is flink wat groter. Hornaars worden steeds vaker in Nederland gezien. Een hornaar, die ook wel paardenwesp wordt genoemd, is minder agressief en hun gif is niet zo krachtig. Toch is een steek van een hornaar wel pijnlijk.

Is uw dier gestoken door een mug, muskiet of vlieg?

Een hond of kat kan, net zoals wij, gestoken worden door een mug, muskiet of vlieg. Zo’n muggen- of muskietenbeet heeft vaak weinig gevolgen, maar de mug en muskiet zuigen ook bloed. Daardoor kunnen zij ziekten en ziekteverwekkende parasieten overbrengen zoals hartworm.

Wat te doen wanneer mijn hond of kat gestoken is door een insect?

  • Steek op lijf, poten of staart?
    Koel de steekplek af met een nat washandje of doek met ijsklontjes en een scheut azijn of een coldpack. Haal  voorzichtig de angel uit de huid wanneer het een bijensteek is. Desinfecteer het wondje. Door het koelen zal binnen een paar uur de zwelling minderen, is dit niet het geval, bel dan uw dierenarts.
  • Steek in bek of keelholte?
    Door zwelling van de mond, lip, tong of keelholte van uw dier kan acute ademnood ontstaan. Bel direct uw dierenarts.
  • Heeft uw dier een allergische reactie op de insectenbeet?
    U ziet dan dat uw hond of kat een heftige zwelling heeft op de steekplek en dat uw dier slomer en shockerig wordt. Hij raakt afwezig. Bel direct uw dierenarts.
  • Wilt u uw dier verlichten na een insectenbeet?
    Wanneer uw dier een insectenbeet heeft opgelopen en u heeft geconstateerd dat het eigenlijk wel goed met hem gaat, dan kunt u op de plek van de insectenbeet wat honingzalf of honinggel aanbrengen. Honing verlicht en verzacht. Wij adviseren de Remedy+ ByeBugBite, de honingzalf van Vetramil en de honinggel van Maxani.
  • Insectensteken voorkomen?
    Dat gaat nooit geheel lukken. Er zijn wel effectieve anti insectensprays verkrijgbaar, die gericht ingezet in de omgeving van uw dier het aantal insectensteken sterk kan verminderen. Met name de Tedax spray is geschikt voor hond, paard en mens en werkt ook tegen teken.

Vragen?

Neem gerust contact met ons op: info@dierapotheker.nl
Robin-Holle-Dierenarts-Dierapotheker.nl

Drs. Robin Holle
Dierenartsenpraktijk Horst
Thuisbezorgservice: www.dierapotheker.nl

Botulisme bij de hond

Klein nat donzig vogeltje op mensenhand

Bij warm weer komt er meer Botulisme voor. Wat is dat ook al weer Botulisme?

Enkele feiten over Botulisme op een rij

  • Botulisme komt zelden voor bij de hond en nog minder bij de kat. Paard en koe zijn gevoeliger en ook de mens kan botulisme oplopen.
  • Botulisme wordt veroorzaakt door een zenuwgif van de Clostridium bacterie. Dit gif blokkeert de signaaloverdracht van zenuw naar spier waardoor het dier verlamd raakt. Botox behandelingen bij de mens zijn ook op basis van dit gif.
  • De bacterie komt normaal voor in de darm van watervogels en vissen. Bij stijging van de temperatuur en dood van de vogel of vis gaan deze bacteriën zich enorm vermenigvuldigen en vormen zo de bron voor Botulisme bij andere dieren.

    De Botulisme bacterie gedijt het best in stilstaand ondiep water met een temperatuur boven de 20 graden Celsius.

  • Besmetting van de hond komt door het eten van besmette kadavers (dode vogel of vis) en door de opname van besmet water.  Let op: de gifstoffen kunnen maandenlang in de kadavers aanwezig blijven.
  • Binnen 3 dagen na opname van de Botulisme gifstoffen zijn de symptomen zichtbaar: zwakte, braken, diarree, stijf lopen, verlamming, uitdroging, moeilijk ademen en overlijden. Er is geen koorts.
  • De diagnose Botulisme bij uw hond wordt gesteld door de dierenarts aan de hand van de symptomen (spierzwakte, verlamming, afwezigheid reflexen, geen koorts) en aan dat wat de hond kort daarvoor heeft meegemaakt. De opname van kadavers en zwemmen is een belangrijke.
  • Kort na de opname van kadavers kan de dierenarts de hond laten braken, de maag spoelen en Norit geven. Dat kan mogelijk erger voorkomen.
  • Een hond met symptomen van Botulisme moet verpleegd worden totdat de hond weer zelf kan eten en drinken.
  • De meeste honden met Botulisme herstellen binnen enkele weken volledig.

    Tip: laat uw hond niet zwemmen in ondiep, stilstaand water. Zeker niet als het warm is. Let op kadavers van watervogels en vissen en waarschuw uw gemeente. Deze kadavers moeten zo snel mogelijk worden opgeruimd. 

Vragen?

Neem gerust contact met ons op: info@dierapotheker.nl
Robin-Holle-Dierenarts-Dierapotheker.nl

Drs. Robin Holle
Dierenartsenpraktijk Horst
Thuisbezorgservice: www.dierapotheker.nl

Vetramil wondzalf dier

vetramil honingzalf dieren

100% natuurlijk

Vetramil® is een wondzalf op basis van honing en essentiële oliën voor oppervlakkige en diepe wonden bij kleine en grote huisdieren. De goed smeerbare crème kan direct op de wond worden aangebracht, of op een verbandgaasje. Door de vette samenstelling blijft de zalf ook in een natte omgeving goed op de huid en het wondoppervlak gefixeerd. De zalf is gemaakt van 100% natuurlijke grondstoffen en bevat geen conserveringsmiddelen of residuen van toxische stoffen. Voor extra veiligheid wordt de honing gammabestraald.

Honing

Vetramil is ontwikkeld in samenwerking met de Universiteit van Wageningen. Vetramil bevat zuivere honing voor medische toepassingen. Deze honing wordt geproduceerd onder volledig gecontroleerde omstandigheden en heeft daardoor een reproduceerbare kwaliteit en samenstelling. De honing bevat enzymen die zorgen voor een lage pH en in een vochtig wondmilieu voor een slow-relase van kleine hoeveelheden waterstofperoxide. Hierdoor worden geïnfecteerde wonden snel schoon. Door de werking van honing komt de wond tot rust en wordt het wondhelingsproces gestimuleerd.

Essentiële oliën

Vetramil® bevat essentiële oliën die een verzorgende werking hebben op de beschadigde huid. Bovendien houden de essentiële oliën vliegen op afstand en door de bittere smaak van de essentiële oliën likken de dieren niet aan de zalf.

Toepassingen

Ondersteuning van de conditie en natuurlijke weerstand van de huid.

Vetramil Honingzalf 10, 30 en 180 gram
Goed smeerbare zalf op basis van honing en etherische oliën.
Vetramil Derma shampoo
Shampoo voor een geprikkelde huid.
Vetramil Paw Wax
Wax ter bescherming van voetzolen en bij kloven.
Vetramil Spoelvloeistof/Clean
Spoelvloeistof op basis van honing en propyleenglycol voor lokale toepassing.

Direct bestellen

U kunt de Vetramil hier bestellen

Video | Het gebit van uw hond

De dierenarts laat u zien hoe u gemakkelijk het gebit van uw hond kunt controleren. Daarbij krijgt u tips he u het beste het gebit van uw hond gezond kunt houden.

Kijkt u mee met de dierenarts naar het gebit van de hond?

Video | Teek verwijderen bij uw hond

Honden producten van Dierapotheker.nl

Teken komen steeds meer voor in Nederland.

Heeft uw hond een teek?

Wanneer u een teek bij uw hond ziet, dan kunt u deze het beste direct verwijderen. Onze dierenarts laat u zien hoe.

Kijkt u mee hoe u het beste een teek kunt verwijderen bij uw hond?

Toxoplasmose en Neospora hond

Toxoplasma gondii en Neospora caninum zijn ziekteverwekkers die bij de hond leiden tot infecties van het zenuwstelsel en de spieren. Honden worden besmet door opname van besmette oöcysten (eitjes) uit de omgeving, bijvoorbeeld door het eten van kattenpoep, en door het eten van rauw of onvoldoende verhit vlees. Puppy’s kunnen in de baarmoeder al besmet worden met Neospora. Honden scheiden Neospora oöcysten met hun ontlasting uit, waarna ze na 2-3 dagen besmettelijk zijn. Een besmetting kan op alle leeftijden voorkomen, maar zien we vooral bij jonge dieren en dieren met een verminderde weerstand.  

Wat zijn de symptomen?

We zien soms algemene symptomen, zoals sloomheid, verminderde eetlust, koorts en diarree. Vaker zien we een aantasting van het zenuwstelsel of de spieren met een acuut verloop. Voorbeelden van symptomen zijn: epileptische aanvallen, gedragsveranderingen, verminderd bewustzijn, spiertrillingen/trekkingen, ‘dronkemansgang’ en verlamming. Ook kunnen oogontstekingen en blindheid optreden. Bij pups die al in de baarmoeder besmet zijn, kan er een typisch beeld gezien worden waarbij de achterpoten overstrekken, de spiermassa snel afneemt en een steeds erger wordende verlamming optreedt.  Vaak zal dit bij meerdere pups uit hetzelfde nest zo zijn.

Hoe stellen we de diagnose?

Op basis van de verschijnselen en het verhaal kunnen we soms al een infectie vermoeden.  Zeker wanneer een hond rauw vlees te eten krijgt. Vaak kunnen de verschijnselen ook door andere oorzaken komen, dus is verder onderzoek nodig. Met bloedonderzoek kunnen antistoffen worden aangetoond. Bij aanwezigheid van antistoffen weten we alleen dat de hond ergens in zijn leven Toxoplasma of Neospora heeft opgelopen. We kunnen dus niet met zekerheid zeggen of de symptomen hier ook door worden veroorzaakt. Onderzoek van weefsel (bijvoorbeeld een spierbiopt) is nodig om dit aan te kunnen tonen.  Ook een goede reactie op de therapie versterkt het vermoeden van een actieve infectie.  

Waaruit bestaat de behandeling?

Toxoplasma en Neospora kunnen worden behandeld met verschillende soorten antibioticum die vaak wekenlang gegeven moeten worden. Tegen de pijn worden vaak pijnstillers of ontstekingsremmers gegeven. Afhankelijk van de symptomen kunnen nog verdere ondersteunende maatregelen worden getroffen, zoals fysiotherapie en medicijnen tegen epilepsie.

Wat is de prognose?

Wanneer de hersenen of het ruggenmerg zijn aangetast, is de kans op herstel klein. Een vroegtijdige diagnose en behandeling zijn essentieel. Honden kunnen soms ‘anders zijn’ na het doormaken van een infectie.

Voorkomen van een infectie

  • Geef uw hond geen rauw of onvoldoende verhit vlees.
  • Verwijder honden- en kattenpoep dagelijks en gooi dit bij het restafval om verspreiding te voorkomen.
  • Een teef die pups heeft gekregen met Neospora, kan beter niet meer ingezet worden voor de fokkerij.
  • Laat honden niet poepen in weides waar koeien lopen, omdat koeien zo besmet kunnen worden en een abortus kunnen krijgen.

Vragen?

Neem gerust contact met ons op: info@dierapotheker.nl Robin-Holle-Dierenarts-Dierapotheker.nl Drs. Robin Holle Dierenartsenpraktijk Horst Thuisbezorgservice: www.dierapotheker.nl Binnengekomen vragen: 1. Verdwijnen de toxoplasmose symptomen als je er snel genoeg bij bent? – De behandeling van toxoplasmose hangt af van de verschijnselen en de organen die aangedaan zijn. Soms zijn bv medicijnen tegen epilepsie nodig of alleen antibioticum. Het antibioticum slaagt er doorgaans niet in om de parasiet uit het lichaam te halen, maar kan wel leiden tot verbetering van de symptomen. Neurologische verschijnselen blijven vaak wel in meer of mindere mate aanwezig. 2. Qua prognose zegt u dat wanneer hersenen of ruggenmerg zijn aangetast de kans op herstel klein is, maar hoe weet je wat er is aangetast? Op een mri is niets te zien? – Onderzoek naar toxoplasmose kan onder andere door hersenvocht af te tappen en na te laten kijken. Indien daar ontsteking in aanwezig is, is waarschijnlijk dat toxoplasma ook in hersenen of ruggenmerg zit. 3. Ten aanzien van een vroegtijdige prognose, hoe weet je wanneer je er vroeg genoeg bij bent? De parasiet kan immers 2 jaar in een lijf overleven. – Het is erg lastig om te bepalen of je ‘vroeg genoeg’ bent. Vaak wordt er niet snel aan toxoplasmose gedacht en ook per patiënt zal verschillen hoe snel de ziekte zich verspreid en welke organen aangedaan zijn.

Ziekte van Addison

Een literatuurstudie door co-assistente Chantalle Metekohy in opdracht van Dierenartsenpraktijk Horst

Wat is hypoadrenocorticisme/de ziekte van Addison?

Hypoadrenocorticisme, oftewel de ziekte van Addison is een aandoening van de bijnieren. Dit zijn kleine organen die bij de nieren liggen. De bijnieren zorgen normaal gesproken voor de productie van glucocorticoïden, zoals cortisol, en mineralocorticoïden, zoals aldosteron. Glucocorticoïden dragen bij aan het op peil houden van de ‘suiker’ spiegel (= glucose) in het bloed. Dit doen ze onder andere door de opname van glucose door organen te verminderen en eiwit en vet af te breken, die op hun beurt kunnen dienen als grondstof voor glucose. Daarnaast beïnvloeden glucocorticoïden bijna alle weefsels en vele processen in het lichaam, waaronder bloedcellen en het immuunsysteem. Mineralocorticoïden reguleren onder andere de hoeveelheid vocht in het lichaam, de elektrolyten (natrium, kalium en chloride) balans en de bloeddruk. Bij de aandoening hypoadrenocorticisme ontstaat een tekort aan deze stoffen.

Bij primair hypoadrenocorticisme wordt de bijnier vernietigd. Men denkt dat dit komt door het immuunsysteem van het dier, zoals het bij de mens bekend is. Hierbij vallen de cellen van de afweer, de cellen van de bijnier aan. De productie van de gluco- en mineralocorticoïden door deze cellen stopt, en er ontstaat een tekort aan deze stoffen.

Wat zijn de symptomen?

De verschijnselen worden met name veroorzaakt door het tekort aan mineralocorticoïden. Vaak zijn de eerste verschijnselen zeer mild (zwakte, uitputting, braken, niet willen eten) en worden over het hoofd gezien. De meeste patiënten worden aangeboden met ernstige depressie, zwakte en uitdroging, ten gevolge van verlies van zouten (elektrolyten).

Hoe stellen we de diagnose?

Een verandering van de elektrolyten balans (natrium en kalium) in het bloed is een sterke aanwijzing voor de ziekte. Om de diagnose ‘Addison’ te bevestigen wordt een zogenaamde ACTH stimulatie test uitgevoerd. Hierbij wordt een synthetische vorm van het stofje ACTH toegediend door middel van een injectie en meet men direct en na een uur het cortisolgehalte in het bloed. Bij gezonde honden zien we een grote stijging van cortisol en bij honden met de ziekte van Addison zien we geen of een heel kleine stijging. Zo kunnen we de ziekte bevestigen.

Hoe kun je het beste behandelen?

Als de ziekte eenmaal gediagnosticeerd is moeten de uitdroging en de elektrolytenbalans hersteld worden door middel van infusen en het geven van glucocorticoïden en mineralocorticoïden. Zodra de hond weer gaat eten kan de medicatie (gluco-, mineralocorticoïden en zout) via de bek worden gegeven. Daarna moeten de elektrolyten regelmatig gecontroleerd worden en de dosering indien nodig worden aangepast. Als de juiste dosering van de medicatie bereikt is, is de prognose voor honden met hypoadrenocorticisme goed.

De secundaire vorm van deze aandoening

Naast de primaire vorm van adrenocorticisme, bestaat er ook een secundaire vorm. Hierbij gaat er iets mis met de aansturing van de bijnieren. De afgifte van de gluco- en mineralocorticoïden wordt normaal aangestuurd door een orgaan dat bij de hersenen ligt, de hypofyse, die het stofje ACTH afgeeft. Als deze afgifte vermindert, zullen de bijnieren ook minder gluco- en mineralcorticoïden afgeven.

Verminderde afgifte van ACTH kan bijvoorbeeld voorkomen bij een tumor van de hypofyse of hersentrauma. Daarnaast kan het ook optreden bij langdurige toediening van corticosteroïden (bv. prednison). De bijnieren zijn dan zo onderdrukt, dat bij plotseling stoppen van de medicijnen een tekort aan glucocorticoïden ontstaat en de hond de symptomen van Addison krijgt. Op den duur zal de hypofyse weer voldoende ACTH gaan afgeven en de bijnieren opnieuw voldoende stimuleren. Maar dit betekent dat nooit zomaar met de medicijnen gestopt mag worden!

Chantalle Metekohy, co-assistent Dierenartsenpraktijk Horst e.o.

Literatuur
– Bell J. Managing Polygenic Disease www.vin.com/proceedings.plx?CID=TUFTSBG2003&PID=5115&O=Generic
– Burton S., DeLay J., Holmes A., Somerville C., Eye J., Shaw D., Wack O., Hanna P., Hypoadrenocorticism in young related Nova Scotia duck Tolling retrievers. Canadian Veterinary Journal (1997) 38, 231-4
– Chase K., Sargan D., Miller K. Ostrander E.A., Lark K.G., Understanding the genetics of autoimmune disease: two loci that regulate late onset Addison’s didease in Portuguese Water Dogs. International Journa of immunogenetics (2006) 33, 179-184
– Famula T.R., Belanger J.M., Oberbauer A.M. Heritability and complex segregation analysis of hypoadrenocorticism in the standard poodle. Journal of small Animal Practice (2003) 44, 8-12
– Oberbauer A.M. Genetics: Epilepsy & Addison’s Disease. Tufts’ Canine and Feline Breeding and Genetics Conference (2005)
– Oberbauer A.M., Benemann K.S., Belanger J.M., Wagner D.R., Ward J.H., Famula T.R. Inheritance of hypoadrenocorticism in bearded collies. American Journal of Veterinairy Research (2002) 63, 643-7
– Oberbauer A.M., Bell J.S., Belanger J.M., Famula T.R., Genetic evaluation of Addison’s disease in the Portuguese Water dog. BMC Veterinary Research (2006) 2:15 (doi:10.1186/1746-6148-2-15)
– Rijnberk A., Kooistra H.S., Clinical Endocrinology of Dogs and Cats. (2010) 103-9
– Smallwood L.J. Barsanti J.A. Hypoadrenocorticism in a family of leonbergers. Journal American Animal Hospital Association (1995) 31, 301-5

Kennelhoest voorkomen

Kennelhoest, iedere hondenbezitter heeft hier wel eens van gehoord. Maar wist u dat deze naam eigenlijk achterhaald is? Besmettelijke hondenhoest is de nieuwe naam voor de infectie die tot nog toe kennelhoest werd genoemd. Deze naam is veranderd omdat kennelhoest suggereert dat deze infectie alleen in kennels opgelopen kan worden en dat is zeker niet het geval. Daarom hebben wij voor u de meest actuele informatie op een rij gezet.

Wat is besmettelijke hondenhoest?

Besmettelijke hondenhoest is een acute ontsteking van de voorste luchtwegen, dit zijn het strottenhoofd, de luchtpijp, de bronchiën en soms de neus. Het is een erg besmettelijke infectie die door meerdere ziekteverwekkers kan worden veroorzaakt. Naast de bacteriën en virussen die deze infectie veroorzaken, spelen ook stress, huisvesting en hygiëne een rol. De belangrijkste bacterie die deze aandoening veroorzaakt is Bordetella bronchiseptica (Bb) en het belangrijkste virus is het Para-influenzavirus (Pi).

Er bestaan twee vormen van besmettelijke hondenhoest, de ongecompliceerde en de gecompliceerde vorm. Indien een hond besmettelijke hondenhoest heeft opgelopen, zal de hond meestal gaan hoesten. Het hoesten kan zeer intensief zijn en soms zelfs ook andere luchtwegproblemen veroorzaken zoals longontsteking en bronchitis. Dit is zeker een risico wanneer de besmettelijke kennelhoest lang aanhoudt en chronisch wordt. Sommige honden krijgen koorts, worden slomer en gaan minder eten. We spreken dan van de gecompliceerde vorm. Als de dieren wel de harde, droge hoest hebben, maar niet algemeen ziek zijn, spreken we van de ongecompliceerde vorm. Soms gaan honden ook braken en kokhalzen van het hoesten.

Waar loopt uw hond besmettelijke hondenhoest op?

De infectie kan door de hond worden opgelopen als deze (snuffel-)contact met een andere hond heeft. Deze hond hoeft niet altijd duidelijke kenmerken van besmettelijke hondenhoest te hebben, soms is een snotneus al genoeg om een andere hond te besmetten. Op plekken waar veel honden samenkomen, zoals uitlaatveldjes, populaire hondenshows, hondenscholen en trimsalons hebben honden een groter risico om deze infectie op te lopen. In de afbeelding kunt u zien waar de hond de grootste risico’s loopt om besmettelijke hondenhoest te krijgen. De hond kan deze infectie dus ook zeker oplopen op andere plekken dan alleen de kennel! Een hond met besmettelijke hondenhoest is enkele weken besmettelijk voor andere honden. Sommige kleine en kortsnuitige honden en honden die minder afweer hebben, zoals oude, jonge of zieke honden hebben een groter risico om besmettelijke hondenhoest op te lopen.

Wat kunt u doen als uw hond mogelijk besmettelijke hondenhoest heeft?

Wacht niet te lang met naar de dierenarts gaan! Als u te lang wacht, kan het hoesten chronisch worden of leiden tot een longontsteking. De diagnose besmettelijke hondenhoest wordt door de dierenarts gesteld op basis van het klinische beeld en het verhaal van de eigenaar. Eventueel kan er nadere diagnostiek gedaan worden naar het type ziekteverwekker dat een rol speelt, maar dit is vrijwel nooit noodzakelijk. De behandeling van besmettelijke hondenhoest is vooral ondersteunend. Zo is het belangrijk dat de hond in plaats van een halsband een borsttuig gaat dragen en voldoende blijft eten en drinken. Ook zijn een goede ventilatie en hygiëne belangrijk. In sommige gevallen worden antibiotica, ontstekingsremmers of hoestonderdrukkende voorgeschreven. Zorg er zelf voor dat uw hond niet in contact komt met andere honden!

Hoe kan besmettelijke hondenhoest worden voorkomen?

Er bestaat een vaccin tegen Bordetella bronchiseptica (Bb) en Para-influenzavirus (Pi).  Deze vaccinatie moet jaarlijks herhaald worden voor een goede bescherming. Er zijn twee typen vaccins: een vaccin dat wordt toegediend als neusdruppel (intranasaal) en een die met een injectie wordt gegeven. Het intranasale vaccin geniet in de meeste gevallen de voorkeur. Dit vaccin geeft namelijk een goede bescherming van de slijmvliezen, dus op de plek waar de infectie binnenkomt. Daarnaast geeft een enkele vaccinatie al na 3 weken voldoende bescherming en houdt deze een jaar aan. De vaccins die met een injectie gegeven worden, geven wel bescherming op het niveau van de longen, maar niet bij de slijmvliezen. Daarnaast is bij de eerste vaccinatie na 3-4 weken een herhaling nodig en is de bescherming maar voor 3 maanden geregistreerd. Toch wordt deze wel gegeven, bijvoorbeeld als een hond de toediening van een intranasaal vaccin niet toelaat.

Geen enkele vaccinatie biedt 100% bescherming. Als een hond gevaccineerd is, kan deze nog steeds besmettelijke hondenhoest krijgen. Het verloop van de ziekte zal dan veel milder zijn en de kans op een longontsteking is vele malen kleiner dan bij niet gevaccineerde honden. Vraag uw dierenarts gerust om advies.

L. Schmitz (co-assistent DAP Horst)

Bronnen:
http://www.honden-msd-animal-health.nl/actie/besmettelijkehondenhoest

 

Knobbels en bobbels in de hondenhuid

Knobbels en bobbels in de hondenhuid zoals talgkliercysten, mastocytomen en melanomas.

Als dierenartsen zien wij het bijna dagelijks, bulten in of vlak onder de huid bij honden. Vaak gaat het om onschuldige talgcysten of vetbulten, maar soms is er meer aan de hand.

Wat moet ik doen als mijn hond een bult heeft?

Wanneer u een bultje voelt bij uw hond, is het altijd verstandig om naar de dierenarts te gaan. Deze kan er vervolgens met een naald in prikken om zo wat cellen uit de bult op te zuigen (dunne naald biopsie). De cellen worden vervolgens opgestuurd naar een laboratorium en bekeken onder een microscoop. Soms kiest de dierenarts ervoor om een groter stukje van de bult of zelfs de hele bult weg te halen en te laten onderzoeken.

Hoe weet ik of mijn hond een tumor heeft?

In het laboratorium wordt door specialisten vervolgens de aard van de bult bepaald en vastgesteld of dit een goed- of kwaadaardige tumor is. Goedaardig wil zeggen dat deze niet uitzaait naar andere organen. Toch kunnen goedaardige tumoren voor problemen zorgen door bijvoorbeeld de locatie of de grootte van de bult. Daarom is het soms verstandig deze tumoren helemaal (liefst in een vroeg stadium) te verwijderen. Het verwijderen van tumoren in of onder de huid gebeurt in het algemeen onder algehele anesthesie. Kwaadaardige tumoren moeten altijd verwijderd worden maar soms is het hiervoor te laat en zijn er al uitzaaiingen naar bijvoorbeeld de longen of de lever.

Vetbulten

Meer dan een kwart van alle huidtumoren bij de hond zijn vetbulten. Deze goedaardige tumoren komen vooral voor op de borstkast bij oudere teven die vaak aan de zware kant zijn maar ook bij reuen worden deze vetbultjes vaak gevonden. Deze bulten geven zelden problemen maar sommige lipomen kunnen ingroeien in de onderliggende spieren of bindweefsel en zo voor bijvoorbeeld kreupelheden zorgen. In heel zeldzame gevallen kunnen vetbulten ook kwaadaardig zijn (liposarcomen).

Hoe voelt een vetbult aan bij een hond?

Een vetbult voelt vaak aan als een zachte, ronde bult die net onder de huid van de hond ligt. Kenmerken van een vetbult bij honden zijn:

  • Ligt net onder de huid.
  • Voelt zacht aan.
  • Is vrij te bewegen onder de huid.
  • Is niet pijnlijk.

Insectenbeet bulten

Uw hond kan natuurlijk gestoken worden door een wesp, bij, hommel, hornaar, mug , muskiet of vlieg. Dat kan op allerlei plekken op het lichaam en ook op de huid. Dan kan een bult ontstaan. U leest hier meer over insectensteken bij huisdieren. Wanneer uw hond een insectenbeet heeft opgelopen en u heeft geconstateerd dat het eigenlijk wel goed met hem gaat, dan kunt u op de plek van de insectenbeet wat honingzalf of honinggel aanbrengen. Honing verlicht en verzacht. Wij adviseren de Remedy+ ByeBugBitede honingzalf van Vetramil en de honinggel van Maxani.

Steelwratten en andere wratten

Steelwratten (adenomen) zijn bloemkoolachtige woekeringen die vaak voor wratjes worden aangezien. Het zijn gesteelde tumoren die uitgaan van talgklieren en zijn meestal groter dan 1cm. Ze komen vaak voor op de kop (oogleden) maar ook elders op het lichaam. Ze komen veel voor bij oudere honden. Echte wratten (ook wel papillomen genoemd) zijn onder te verdelen in twee groepen. De eerste vorm komt voornamelijk voor bij puppy’s en jonge honden en wordt veroorzaakt door het papilloma virus. Dit papilloma virus is diersoort specifiek en dus alleen besmettelijk voor de hond. De tijd tussen infectie en het verschijnen van de ziekteverschijnselen is 1 tot 2 maanden. De tweede groep wratten komt vooral voor bij oudere honden en ontstaan spontaan. Het virus speelt geen rol bij deze wratten die steelvormig, bloemkoolachtig of draadvormig kunnen zijn. Ze verschijnen meestal aan de kop (ook aan de oogleden) en poten. Het aantal kan variëren van één enkele tot grote aantallen afzonderlijke papillomen. Gewoonlijk zijn ze kleiner dan 0,5 cm.

Mastocytomen

mastocytoma hond

Mastocytomen zijn tumoren uitgaande van zogenaamde mestcellen. Dit zijn met blaasjes gevulde cellen die een rol spelen in het afweersysteem van de hond. Tumoren van mestcellen worden regelmatig gezien bij honden van alle leeftijden maar vooral bij honden tussen de 8 en 10 jaar. Van alle in dit artikel genoemde bulten, zijn mastocytomen de gevaarlijkste!  Ze kunnen overal op en in het lichaam voorkomen en vertonen zich meestal als zachte niet pijnlijke dikten in of onder de huid. Ze kunnen dan ook makkelijk worden verward met vetbulten of met zachte bindweefseltumoren.  De groeisnelheid van mastocytomen is erg variabel, soms groeien ze heel traag (jaren), soms zeer snel (weken). Laat u dus niet geruststellen door een langzaam groeiende zachte dikte. Wanneer de diagnose is gesteld, moet gekeken worden of de tumor nog te verwijderen is. Mastocytomen groeien namelijk met lange onzichtbare uitlopers in de omgeving en dus  moet er ruim om de tumor heen  worden gesneden om hem geheel te verwijderen.  In een vroeg stadium volstaat het ruim verwijderen van de tumor.

Melanomas

Melanoom hond

Melanomen zijn donker gekleurde huidtumoren die meestal goedaardig zijn. Ze kunnen vlak op de huid liggen of erboven uit groeien. Kwaadaardige melanomen komen voor bij oudere honden en worden meestal gevonden op de lippen, mond, het nagelbed, onderaan de buik aan het scrotum. Nagelbedmelanomen zijn lastig van de buitenkant te zien. Meestal is aan de buitenkant slechts een zwelling van de teen zichtbaar terwijl binnenin de tumor het bot wegvreet. De kwaadaardige melanomen groeien erg snel en zaaien makkelijk uit naar andere organen. Bij twijfel van een donker plekje is het daarom altijd verstandig er een dierenarts naar te laten kijken. Een snelle chirurgische verwijdering is essentieel voor een goede afloop wanneer het plekje een kwaadaardig melanoom betreft.

Talgkliercysten

Talgkliercysten zijn geen tumoren maar verstopte en ingekapselde talgklieren. Deze cysten komen veel voor bij honden van middelbare tot oudere leeftijd. Vaak worden ze gezien op de rug of in de nek. Deze cysten ontstaan doordat de afvoergang van de talgklier verstopt raakt. Hierdoor ontstaat een holte gevuld met een vieze talgachtige substantie die ingekapseld wordt. Het heeft weinig nut om deze cysten uit te knijpen aangezien hierdoor de oorzaak niet weggenomen wordt en de cyste snel weer volloopt. Door het uitknijpen kunnen ook bacteriën hun weg banen naar de cyste en zo voor nog meer problemen zorgen (talgklierabces). In principe hoeven de cysten niet voor problemen te zorgen en kunnen ze onbehandeld blijven. Wanneer de cyste ontstoken raakt, de huid boven de cyste vaak beschadigd of de eigenaar een dergelijke bobbel een vervelend gezicht vindt, kan de cyste verwijderd worden.

Conclusie

Bovengenoemde tumoren en cysten zijn de meest voorkomende bulten in of onder de huid bij de hond. Toch zijn er ook nog een groot aantal andere oorzaken die bulten kunnen veroorzaken. Daarom is het altijd verstandig om een dierenarts te raadplegen wanneer u iets voelt

Knobbels en bobbels in de hondenhuid

Dit artikel is geschreven door mij, Anouk Meuwissen, co-assistent bij dierenartspraktijk Horst e.o.. In het laatste jaar van de studie dierengeneeskunde mogen studenten praktijkervaring opdoen in een paar, door de Universiteit geselecteerde, praktijken.  DAP Horst is hier een van en ik ben ontzettend blij dat ik hier een aantal weken mag meelopen. Het is een grote praktijk die diergeneeskundige zorg op hoog niveau verleent en bijna alle diagnostische mogelijkheden in huis heeft.