De laatste tijd horen we meer over mensen met schurft. Ook bij huisdieren komt schurft voor. Schurft, ook wel Scabies genoemd, wordt veroorzaakt door de Sarcoptes mijt bij de hond en door Notoedres bij de kat. Hier enkele feiten over schurft.
Feiten over schurftmijten
1. Schurft bij de mens wordt veroorzaakt door een schurftmijt die alleen bij de mens voorkomt. De schurftmijten van onze huisdieren kunnen zich bij de mens niet voortplanten, ze kunnen wel tijdelijk op de mens leven.
2. De schurftmijt volgt bij mens en dier dezelfde route: de schurftmijt komt op de huid, graaft zich in en het mannetje bevrucht het vrouwtje en sterft. Het vrouwtje graaft gangetjes en legt iedere dag eieren waar na enkele dagen al larven uitkomen, die weer uit de huid kruipen en zo anderen weer kunnen besmetten.
3. De schurftmijt veroorzaakt vooral jeuk en huidklachten en wordt vooral door lichamelijk contact overgedragen. Maar ook besmette materialen kunnen schurft overbrengen. Schurftmijten kunnen enkele weken overleven in borstels, dekens, kleding en beddengoed.
4. Schurft is zeer besmettelijk maar goed behandelbaar en is ongevaarlijk voor gezonde dieren. De Sarcoptes mijt komt vaker voor bij import (zwerf-)honden.
5. De diagnose schurft wordt meestal gesteld door een goede reactie op de behandeling. Onder de microscoop is de mijt in huidafkrabsels namelijk moeilijk te vinden en bloedonderzoek duurt lang en is niet altijd specifiek (stofmijt).
6. Schurft bij de hond is goed te behandelen met bijvoorbeeld Selamectine of Moxidectine (o.a. Advocate, Stronghold). Overleg dit met uw dierenarts. Daarbij is wassen met een antibacteriële shampoo (Pyoderm) aan te raden.
7. Behandel minimaal 3 weken door na het verdwijnen van de jeuk en huidklachten + maak alles in de omgeving van de hond goed schoon. Klachten bij de eigenaar van de hond verdwijnen dan vanzelf.
Grasaren kunnen dieren behoorlijk dwars zitten. Enkele feiten over het gevaar van grasaren voor uw hond en kat op een rijtje.
Wat is een grasaar?
Grasaren komen voor in het voorjaar en de zomer wanneer het gras gaat bloeien. De groene grasaren worden dan meer geel van kleur door uitdroging en vallen in losse zaden uit elkaar. Aan die zaden zitten weerhaakjes waarmee de grasaren in de vacht van dieren blijven zitten. Zo worden de zaden over grote afstanden verspreid. Door de weerhaakjes kunnen de grasaren in de vacht naar voren kruipen, vandaar hun bijnaam kruipers.
Grasaar problemen
Een grasaar kan bij onze huisdieren problemen geven. Zo kunnen de grasaren in het oor terecht komen, of in het oog en de neus. Ook kunnen ze door de dierenhuid dringen vooral tussen de tenen en aan hoofd en hals. Gevolg is dan vaak een vervelende ontsteking, fistels of een abces. Helemaal vervelend wordt het wanneer de grasaar gaat zwerven door het lichaam van de hond of kat nadat de grasaar is opgegeten. De grasaar kan dan zelfs weer door de huid van dat zelfde dier naar buiten komen. Ze kunnen zich zo gemakkelijk verplaatsen door die weerhaakjes en richten tijdens het transport veel schade aan in het lichaam van het dier.
Symptomen huisdier met grasaar
De symptomen die een dier met een grasaar laat zien zijn afhankelijk van de plaats waar de grasaar zich in het dier heeft genesteld. Zit de grasaar in het oor: kopschudden en piepen, neus: heftig niezen, oog: heftig knijpen met het oog, keel: hoesten, tussen de tenen: bijten aan de poot, mank lopen, huid: zwelling en pijn.
Grasaar in oog hond
Oog verwijderd
Genezing oog na verwijdering
Geheel verwijderen grasaar
Verwijderde grasaar bij elleboog hond Jessy van Paula Sloenhek
Waar de grasaar zich ook bevindt in het dier, geheel en direct verwijderen is altijd geboden. Uw dierenarts heeft de ervaring om dit snel te doen en zo kan erger leed voorkomen worden. Zeker wanneer de grasaar in het oog zit moet deze vlot verwijderd worden. De kans bestaat dan dat het hoornvlies wordt doorboord en dat het oog verloren gaat.
Grasaar niet geheel verwijderd
Wanneer het niet lukt om de grasaar in zijn geheel te verwijderen dan kan dat problemen geven. De achtergebleven resten kunnen lastige ontstekingen veroorzaken. Lukt het, ook operatief onder narcose, niet om de grasaar in zijn geheel te verwijderen dan kan uw dierenarts er voor kiezen om eventueel onder antibiotica de grasaar “uit te laten zweren”. Maar als het even kan: verwijderen die grasaar.
Check uw hond na iedere wandeling
Uw dier loopt de meeste kans om een grasaar op te lopen in de randen van gras, van tuintjes, langs stoepen, dijken in voorjaar en zomer. Midden in het lange gras zie je ze minder vaak. Check uw hond dan ook na iedere wandeling bij de eerder genoemde lichaamsdelen op grasaren. Wel zo verstandig.
Ingezonden bericht 15072019 van Mirjam Niemans, natuurgids:
Kruipertjes bedreiging voor honden!
Haal ze weg!
Hoewel ik een groot voorstander ben van Natuurlijk tuinieren, en allerlei inheemse planten van mij naar hartenlust en dan vooral ten bate van insecten, hun gang mogen gaan, is er toch eentje bij, die ik als dierenliefhebber graag geëlimineerd zou willen zien.
Het Kruipertje. Ofwel Hordeum murinum.
Hoe zit dat dan?
Het kruipertje is een inheemse grassoort, op zich aardig om te zien, vanwege de bloeiwijze: hij maakt mooie platte aren. Maar op die aar zitten allemaal weerhaakjes. Daar werden vroeger leuke spelletjes mee gedaan door dorpskinderen, iemand dan zo’n aar onder zijn of haar trui stoppen en de aar kroop dan vanzelf naar boven. Haha, wat een lol!
Je ziet het kruipertje steeds vaker. Het plantje groeit vaak aan de rand van tuinen, langs huizen, dijken, bermen… Want het heeft zandige grond nodig. En het moet voortdurend bemest worden. Bijvoorbeeld door uitgelaten honden.
Zo staat dit op de site van Flora van Nederland.
Gevaarlijk!
Jammer genoeg zijn die honden lang niet allemaal meer zo uitgelaten, als zij in contact zijn gekomen met dit plantje. Hoewel zij dagelijks hun best doen om de plantjes te bemesten krijgen zij daarvoor in ruil, als zij een beetje pech hebben, ernstige verwondingen. Het kruipertje zoekt door middel van die weerhaakjes zich een weg in hondenpootjes, tussen de tenen (dit overkwam de hond van mijn moeder, die heeft maanden lang met ontstoken tenen rond moeten lopen totdat de halm eindelijk uit zijn voet was gezweerd), kan in de oren gaan zitten en nog erger, de halmen van de aren kunnen in een hondenoog terechtkomen. Er is dan geen redden meer aan. Nadat dan eindelijk, na diverse bezoekjes aan de dierenarts, gebleken is dat er een halm van zo’n kruipertjes-aar in het oog van de hond terecht is gekomen, is het al te laat. Het oog van de hond gaat etteren, het dier heeft een verschrikkelijke pijn, wordt blind en tenslotte moet het oog eruit.
Dit overkwam de hond van goede vrienden van mij. Zie hieronder de foto’s. Je zou er een waarschuwing bij moeten doen, het zijn schokkende beelden. Vooral voor een dierenliefhebber, en helemaal als je zelf een hond hebt! Zij vroegen aan de dierenarts die hen uiteindelijk geholpen heeft om het oog van hun hond operatief te verwijderen, of die vaker te maken had gehad met letsel ten gevolge van dit akelige plantje. O ja, zo vaak, was het antwoord!
Gemeente, Help!
Dat is erg. Heel erg. Dat het zo vaak voorkomt. Letsel ten gevolge van dit plantje. Want met alle bouwactiviteiten in Amsterdam, waarbij voor een droge, zandige bodem wordt gezorgd, stijgt het aantal Kruipertjes explosief!
Ik doe hierbij een dringend beroep op de Gemeente, om niet alleen op de Eikenprocessierups en de Japanse duizendknoop in te grijpen. Haal alsjeblieft bij het onderhoud van het algemene groen die gevaarlijke gemene Kruipertjes weg. Liefst voor de bloei! Want als je na de bloei met je bosmaaier die plantjes afmaait en ze niet direct grondig verwijdert, blijven de zaden, inclusief de halmen met weerhaakjes alsnog achter.
U kunt zelf ook wat doen
Ik hoop van harte dat hier gehoor aan wordt gegeven. En tot die tijd, mensen, heeft u een tuin of terras, haal dit plantje dan alsjeblieft weg. Voor de honden, maar ook voor de kinderen, want die kunnen ook de dupe worden.
We hebben tien belangrijke tips voor het chippen van uw huisdier op een rijtje gezet:
1 Iedere hond in Nederland moet sinds 2013 gechipt en geregistreerd zijn. Dit is een verplichting voor de hond, voor katten wordt het aangeraden.
2 Iedere nieuwe geboren pup moet voordat hij 7 weken oud is gechipt zijn. Registratie moet door de fokker zelf worden gedaan voor de leeftijd van 8 weken.
3 U mag een pup dus niet kopen zonder chip + registratie.
4 Een nieuwe pup moet <14 dagen na aankoop geregistreerd op uw naam staan + iedere wijziging moet <14 dagen door u doorgevoerd worden. Dit geldt ook voor honden uit het asiel en buitenland.
5 Kies voor de registratie een 24/7 bereikbare databank waarbij u zelf de gegevens kunt inzien en wijzigen.
6 Op chipnummer.nl kunt u direct vinden waar een huisdier is geregistreerd + alle aangewezen databanken.
7 Chippen + registreren geldt niet als eigendomsbewijs.
8 U kunt uw woonplaats en telefoonnummer in de databank op verborgen zetten (privacy), maar dan kan het langer duren voordat uw gevonden huisdier wordt terug gebracht.
9 U kunt uw huisdier niet opsporen met behulp van de chip. Deze zendt namelijk geen informatie uit.
Hondenziekte, ook wel de ziekte van Carré genoemd is een zeer besmettelijke ziekte voor de hond en ook voor vossen en fretten. Er is geen gevaar voor mens en kat.
Virus verspreidt zich makkelijk
Een hond met het hondenziektevirus verspreidt dit virus snel en gemakkelijk naar andere honden. Het virus bevindt zich o.a. in het vocht uit neus en oren en komt van daar uit in de lucht. Ook honden die de infectie overleven kunnen nog wel 4 maanden lang het virus overbrengen. Buiten de hond gaat het virus gauw dood, maar ook via bijvoorbeeld de mens (handen) en kleding kan het worden overgebracht.
Symptomen hondenziekte
Kort na de infectie heeft de hond kortdurend koorts. Dit is 3 tot 6 dagen na infectie en noemen we de incubatietijd. Daarna komt de koorts, 1 tot 4 weken later, terug en houdt langer aan. Nu kunnen we 2 vormen van hondenziekte zien bij de hond, namelijk de lichte en de ernstige vorm.
Bij de lichte vorm is de hond wat slomer, er kan wat uitvloeiing uit neus en ogen zijn (tranen) en mogelijk een hoestje. Ze zijn wel een besmettingsbron voor de onbeschermde hond.
Bij de ernstige vorm krijgt de hond moeite met ademhalen en ook longontsteking kan voorkomen. Braken en diarree wordt gezien en de huid van de neus en zoolkussens kan hard en droog (hardpad disease) worden. Daarbij kunnen toevallen komen en spier samentrekkingen en verlamming van de ledematen. Vaak hoor je dan ook een piepende hoest en zie je flink tranende ogen.
Hoe weet je dat het hondenziekte is?
Uw dierenarts kan de diagnose meestal stellen aan de hand van de symptomen die de hond laat zien. Ter bevestiging kan een neusswab (oog kan ook) worden genomen en daar kan al dan niet het hondenziekte virus met de PCR test worden aangetoond. 100% betrouwbaar is de test niet.
Behandeling hondenziekte
Aangezien hondenziekte door een virus wordt veroorzaakt is een echte behandeling niet mogelijk. Ondersteunende verpleging (opname in quarantaine) met infusen, antibraakmiddel, dwangvoeding en medicatie kan de hond helpen bij het doorstaan van het virus.
Beschermen tegen hondenziekte
De enting tegen hondenziekte, de ziekte van Carré, werkt binnen enkele uren. De hond is na een paar dagen volledig beschermd.
De enting is ook bijzonder effectief om verspreiding van het virus te voorkomen. Hoe meer honden voldoende antistoffen tegen het virus bij zich hebben, hoe minder kans dat het virus zich verspreidt en honden besmet.
Wanneer de teef is gevaccineerd tegen hondenziekte dan zijn de pups via de moedermelk beschermd. Daarna gaat de pup zelf weerstand opbouwen. In die tussenliggende periode zijn pups vatbaar voor de ziekte. Een enting kan dan helpen maar antilichamen uit de moedermelk zorgen er soms voor dat het vaccin onvoldoende werkt. Deze enting wordt meestal tussen 9 en 12 weken leeftijd gegeven.
Is mijn hond beschermd tegen hondenziekte?
In het dierenpaspoort van uw hond kunt u zien of uw hond gevaccineerd is en waartegen. Staat de D (van distemper = hondenziekte) op de sticker vermeld dan is uw hond tegen hondenziekte geënt. Deze enting geeft bescherming gedurende 3 jaar.
Met een bloedtest, de Vaccicheck, kan de hoeveelheid antistoffen tegen het hondenziekte virus worden bepaald en zo kan bekeken worden of een enting noodzakelijk is.
Prognose hondenziekte
Volledige genezing van hondenziekte is mogelijk. Maar het komt ook dat de hond overlijdt of wordt geëuthanaseerd vanwege de gevolgen van de infectie. Een hond met oogklachten of hardpad disease heeft een slechte prognose. Een hond met klachten van het zenuwstelsel raakt die niet meer kwijt, maar een goed leven is mogelijk.
Honden kunnen niet zweten en hebben maar weinig mogelijkheden om hun warmte kwijt te raken: via hun tong door te hijgen en via de voetzooltjes. Logisch dus dat honden heel snel oververhit raken. Vooral bij zomerse temperaturen is het opletten geblazen. Oververhitting is voor een hond al snel levensbedreigend.
Hoe herken ik oververhitting van mijn hond?
Houd uw hond op hete dagen goed in de gaten. De volgende symptomen wijzen op oververhitting:
Veel hijgen en kwijlen
Braken
Uitputting
Sloom
Warme oren
Rode slijmvliezen
Temperatuur boven de 40°C
Wat doe ik bij oververhitting van mijn hond?
Als uw hond de deze symptomen vertoont neem dan meteen zijn temperatuur op. De normale temperatuur ligt tussen de 38°C en 39°C. Neem daarboven contact op met uw dierenarts. Als de temperatuur flink verhoogd is (42°C) begin dan zelf al direct met koelen. Giet koel water over zijn buik en hals. Beter is nog om de buik en hals eerst te scheren.
Hoe houd ik mijn hond koel?
Vermijd inspanning bij hoge temperaturen. Wandel op de koelste momenten van de dag. Dus ‘s morgens vroeg en ‘s avonds.
Zorg voor een koele ligplek in de schaduw of houd de hond binnen.
Laat een hond NOOIT achter in een afgesloten kleine ruimte zoals een auto, caravan of een hok. De temperaturen lopen hier al snel op tot dodelijke hoogtes voor uw hond.
De ziekte Babesiose is een infectie bij de hond die wordt overgedragen door een teek. Vooral honden die terug komen van Zuid-Europese landen hebben kans op een infectie met deze parasiet. Maar ook in de Noord-Europese landen zelf neemt de kans op een infectie toe.
Teek ook in België
De teek, Dermacentor reticulatus, die Babesiose kan veroorzaken komt in Nederland al langer voor en sinds 2017 ook in België. In 2018 is in België bij 2 honden, die niet in het buitenland zijn geweest, Babesiose vastgesteld. Deze honden hebben gewandeld in een natuurgebied in West-Vlaanderen. In Nederland is een nieuw onderzoek gestart naar de verspreiding van en de ziekten bij teken.
We zijn er altijd van uit gegaan dat voor de overdracht van Babesiose de teek een bloedmaaltijd van tenminste 48 uur nodig heeft. Nieuw onderzoek laat zien dat dit al binnen 8 uur kan. Dat komt vooral door de onderbroken bloedmaaltijden waarbij teken van de ene naar de andere gastheer gaan.
Adequate tekenpreventie
Het adequaat voorkomen en bestrijden van teken bij de hond is dus steeds meer van belang om de verspreiding van de ziekte Babesiose tegen te gaan. De voorkeur gaat dan uit naar een tekenmiddel met een snelle + werende (repellende) werking.
Niet iedereen weet het maar ringworm is een infectie met een schimmel. Deze schimmel geeft bij de mens ringvormige huidontstekingen, bij hond en kat echter niet.
Wat zien we bij hond en kat wel?
Ofwel een hond laat niets zien en heeft toch de schimmel bij zich ofwel de hond heeft kale, schilferende plakken. Jeuk ontbreekt meestal. Voor de kat geldt hetzelfde. Bij hond en kat is de ringworm schimmel infectie een hardnekkige infectie, die ook soortgenoten kan besmetten.
Hoe kom je aan een ringworm besmetting?
Een ringworm besmetting komt vanuit de omgeving of van soortgenoten. De voortplanting van schimmels gaat via sporen en die sporen kunnen jarenlang blijven bestaan en zijn lastig af te doden. Ringworm besmettingen komen het meeste voor bij dieren met minder weerstand, dus bij jonge, oude en zieke dieren.
Hoe weten we dat het om ringworm gaat?
Een ringworm infectie bij de mens is dus vrij herkenbaar. Bij hond en kat niet. De veelgebruikte Woodse lamp geeft maar in 50% van de gevallen een positief resultaat. Uw dierenarts kan de diagnose stellen door het kweken van de schimmel op haren en huidschilfers, maar de nu beschikbare PCR test is het meest betrouwbaar.
Behandeling ringworm
1. De plekken ruim scheren en behandelen met shampoo’s of zalven op basis van Ketoconazole die schimmels doden. Zo wordt nieuwe sporenvorming voorkomen.
2. Alle andere dieren + mensen in huis controleren en zo nodig mee behandelen.
3. Kat en hond behandelen met een schimmeldodend middel op basis van Itraconazole. Itraconazole (Itrafungol®, Itradrops®) is een wat duurder diergeneesmiddel maar wel zo veilig voor uw dier.
4. Omgeving van hond en kat behandelen. In de omgeving zijn altijd heel veel sporen aanwezig van de schimmel. Dus flink blijven stofzuigen en de omgeving behandelen met verdunde bleek en een middel op basis van Ketoconazole.
De behandeling dient minimaal 4-6 weken te worden ingezet waarna een 1e controle met de PCR test kan gebeuren. Blijven door behandelen en 4 weken later een 2e PCR test. Uitslag 2x negatief, dan behandeling stoppen.
Hoe kan de omgeving schoongemaakt worden?
De omgeving moet het liefst dagelijks goed schoongemaakt worden. Het beste kan eerst goed gestofzuigd (met HEPA filter) en daarna geschrobt worden met water en een normaal schoonmaakmiddel. Daarnaast wordt geadviseerd om 2 keer per week te desinfecteren met een 1 op 10 verdunde bleekoplossing. Alle kleedjes/zachte materialen moeten (het liefst 2 keer achter elkaar) in de wasmachine op 60 graden. Vraag uw dierenarts om verder advies.
Steeds vaker hoor je over de hartworm bij huisdieren. Hoe zit dat nou eigenlijk? Een draadvormige worm veroorzaakt hartwormziekte. De hartworm kan diep in het lichaam doordringen. Ze komen tot in de lichaamsholten en de bloedvaten en bevinden zich dan vooral in de longslagader. Door bloedzuigende insecten worden ze overgebracht op andere dieren en veroorzaken zo een besmetting. Het zijn vooral muggen die de rol van tussengastheer spelen.
Besmettelijke larven
Volwassen hartwormen produceren larven, die wel tot 2.5 jaar lang in het bloed kunnen blijven. Er zit zo’n ½ jaar tussen besmet raken en symptomen gaan vertonen. De volwassen hartworm zelf kan ruim 6 jaar oud worden en deze komt voor in Latijns- en Noord-Amerika, Afrika, Azië, Australië en Zuid- en Midden-Europese landen, tot in Noordoost-Frankrijk.
Risico neemt toe
Ook in Noord-Europese landen zijn muggen aanwezig die de hartworm kunnen overbrengen, maar het warme seizoen is (nog) te kort voor de ontwikkeling van de besmettelijke larvale stadia van de hartworm. Door het steeds vaker voorkomen van warmere zomers neemt de kans echter wel toe dat hartworm ook hier een keer zal worden overgebracht. De in Nederland tot nu toe beschreven gevallen waren honden die afkomstig waren uit de eerder genoemde gebieden.
Vooral de hond
Vooral de hond is gevoelig voor een hartworminfectie. De kat is dat veel minder. Bij een hartworminfectie vertonen de honden in eerste instantie een licht hoestje en zijn ze sneller moe. Bij een acute en een ernstige chronische infectie zijn de symptomen veel meer uitgesproken. Acute sterfte is dan ook mogelijk.
Preventie staat voorop
De diagnose hartwormziekte is lastig te stellen en de behandeling is complex. Belangrijk is dat wanneer de hond of kat wordt meegenomen naar gebieden waar hartworm voorkomt, dat er dan een preventieve behandeling wordt ingesteld. Hiervoor kan maandelijks bij zowel hond als kat de werkzame stof selamectine, moxidectine of milbemycine worden gebruikt. Producten die dit bevatten zijn o.a. Milbemax en Milpro. Door de toepassing van deze goed werkzame middelen is het voorkomen van hartworm bij de hond in een land als Italië inmiddels gedaald van 50% naar 17%. In Nederland wordt hartwormziekte nog weinig gemeld. Dat kan door onbekendheid zijn, maar ook doordat de ziekte niet zo snel wordt overgebracht tijdens een verblijf van enkele weken in een gebied waar de hartworm voorkomt.
Hartworm bij de mens
Ook de mens kan besmet raken met de hartworm. Dit is echter een uitzondering, de mens is dan een oneigenlijke gastheer waar de hartworm zijn levenscyclus niet voltooid. Ze kunnen zich dan inkapselen in de longen en uiteindelijk verkalken.
Uw hond kan besmet worden met verschillende soorten wormen. In Nederland is het vaak de spoelworm die zich nestelt in uw hond. Andere wormsoorten die de hond belagen zijn de lintworm, de zweepworm, de haakworm en de Franse hartworm. De symptomen die wormen bij een hond kunnen veroorzaken variëren van geen symptomen tot ernstige klachten afhankelijk van de soort worm en de mate van besmetting.
Gelukkig is er meestal een adequate behandeling mogelijk wanneer honden wormen al hebben opgenomen, maar het voorkomen van wormbesmetting staat altijd voorop. Ook voor de gezondheid van de mens en vooral kinderen.
De spoelworm bij de hond
De bekendste worm in Nederland is de spoelworm(Toxocara spp). De volwassen wormen zien eruit als dunne ronde slierten en kunnen lijken op elastiekjes. Ze komen overal in de omgeving voor en een groot deel van de honden en katten in Nederland raakt besmet.
Alle pups zijn besmet met spoelwormen
Wist u dat 100% van de pups spoelwormen heeft? En dat 5% van de volwassen honden spoelwormen met zich meedraagt? In kennels is maar liefst 1 op de 3 honden besmet met spoelwormen.
Veel mensen denken dat je bij een wormbesmetting wormen in de ontlasting moet zien. Helaas zien we op het spreekuur nog erg vaak dieren die (bijna) nooit ontwormd worden omdat de eigenaar nog nooit wormen in de ontlasting heeft gezien. Helaas is dat geen garantie! Alleen bij een massale wormbesmetting zullen de wormen spontaan naar buiten komen. Ze kunnen in de ontlasting of in het braaksel te zien zijn. In de meeste gevallen gaat het echter alleen om de eitjes. Deze kunnen we met het blote oog niet zien. Eventueel kunt u een ontlastingsonderzoek laten uitvoeren om deze eitjes vast te stellen.
Pups al in de baarmoeder besmet met spoelwormen
Pups kunnen al in de baarmoeder besmet raken met spoelwormen, en ook via moedermelk kan een teef spoelwormen doorgeven aan haar puppy’s. Goed om te weten is dat hierdoor vrijwel iedere pup besmet is met spoelwormen. Spoelwormen komen niet alleen in de darmen voor, maar ook in de longen. Ook mensen kunnen besmet worden met spoelwormen (zoönose). Spoelwormen kunnen de lever en longen van de mens bereiken en daar schade aanrichten. Zelfs de ogen en hersenen van mensen kunnen worden aangetast door spoelwormen.
Hoe komt mijn hond aan spoelwormen?
Spoelwormen komen overal in de omgeving voor. Honden nemen de besmettelijke eitjes op door bijvoorbeeld het likken aan hun vacht of poten. Uit die eieren komen larven die door de darmwand in het lichaam kunnen komen. Ze ‘reizen’ door het lichaam (larva migrans) en worden via de longen weer opgehoest en komen zo in de darm terecht. Daar ontwikkelen ze zich tot volwassen wormen die eitjes zullen leggen. Eén spoelworm kan wel 200.000 eitjes per dag produceren. De eitjes komen met de ontlasting in de omgeving terecht, waar ze jarenlang kunnen blijven leven en ze een volgend dier kunnen besmetten.
Bij de reis door het lichaam komen de wormlarfjes in verschillende organen terecht, waar ze in ‘rust’ (inhibitie) gaan. Daar kunnen ze levenslang blijven zitten. Tijdens de dracht kunnen de larven bij de hond al in de baarmoeder de pups besmetten. Bij kittens kan dat niet. Na de geboorte kunnen de wormlarven via de moedermelk overgaan op de pups en kittens.
Wordt mijn dier ziek van de spoelwormen?
Tijdens de reis door het lichaam (larva migrans) kunnen de larven schade aan verschillende organen geven. Vooral jonge dieren zijn hiervoor gevoelig. De symptomen van een spoelwormbesmetting bij een jonge hond zijn vooral hoesten en in ernstiger gevallen longontsteking. Ook kunnen ze braken, diarree en een dik ‘wormbuikje’ krijgen. Verder kunnen ze vermageren of minder goed groeien. Bij volwassen dieren zien we minder vaak klinische problemen.
Wat is het spoelworm risico voor de mens?
Spoelwormen (Toxocara) zijn een zoönose. Dat betekent dat ze besmettelijk zijn voor mensen. Na opname van de wormeitjes komen de larven uit en die ‘reizen’ dan door uw lichaam (larva migrans). Vaak merkt u niets van een besmetting, maar soms ontstaan ziekteverschijnselen als buikgriep, hoesten, spierpijn of algemeen ziek zijn. Een zeer ernstige vorm, die we vooral bij jonge kinderen kunnen zien, is de ‘larva migrans’ in het oog. Dit kan tot blindheid leiden.
Kinderen met spoelwormen hebben vaker astma
Het zijn juist de kinderen die graag buiten spelen, in de tuin, in het park en in de zandbak. Daarbij wroeten zij met hun handjes in de aarde en het zand en steken dan vaak die handjes ongewassen in hun mond. Kinderen die geïnfecteerd zijn met spoelwormen hebben vaker astma dan niet-geïnfecteerde kinderen. Astma is één van de meest voorkomende chronische ziektebeelden bij kinderen met een grote sociale en economische impact. Daarbij kunnen de spoelwormen ook andere aandoeningen bij kinderen geven. Professor Wim van Aalderen, Emeritus Hoogleraar Kindergeneeskunde deelt interessante inzichten hierover in een artikel over kinderen en het spoelworm gevaar.
Voorkomen van spoelwormen bij kinderen
Kinderen die een spoelworm infectie hebben opgelopen zijn lastig te behandelen. In veel gevallen is er geen aanwijzing dat de behandeling van de worminfectie zal leiden tot verminderen van de ernst of het verdwijnen van de ziektesymptomen. Vandaar dat preventie, het voorkomen van een besmetting, een must is.
Hoe weet ik of mijn hond spoelwormen heeft?
Spoelwormen kunt u soms in het braaksel van een hond aantreffen, vooral bij pups en ook een enkele keer in de ontlasting. Maar meestal zijn spoelwormen en ook andere wormen niet zo maar te zien. De onzichtbare eitjes zitten in de ontlasting. Door microscopisch ontlasting onderzoek kunnen wij deze eitjes wel zien. Dit betekent dus dat wanneer u geen wormen ziet uw hond wel degelijk (zwaar) besmet kan zijn.
Wat kan ik zelf doen?
Na het geven van een ontwormingsmiddel is het belangrijk om goed op de ontlasting van uw dier te letten. Spoelwormen zien er uit als witte ronde sliertjes (soort ‘spaghetti’). Ziet u wormen in de ontlasting, dan betekent het dat uw dier last heeft van wormen en is het belangrijk om de ontworming na 2 weken te herhalen.
De lintworm
Lintwormen zijn lange platte dunne wormen die uit verschillende ‘stukjes’ (segmenten) bestaan. Een segment kan soms lijken op een rijstkorrel. Er bestaan verschillende soorten lintwormen, zoals Dypilidium caninum, Taeniae spp en Echinococcus multilocularis (vossenlintworm). De meeste infecties met lintwormen verlopen zonder symptomen, al wordt soms wel jeuk bij de anus gezien (‘sleetje rijden’).
Lintworm overdracht via vlo en muis
Volwassen lintwormen leven in de darm van honden en katten. De eitjes komen in de omgeving terecht en worden opgenomen voor de zogenaamde ‘tussengastheren’, zoals vlooien of muizen. In die tussengastheren ontwikkelt de lintworm zich tot een ‘blaasworm’. Wanneer een hond zo’n tussengastheer opeet, komt hieruit weer een lintworm. Zorg dus voor een goede vlooienbestrijding. Rauw vlees voeding vormt eveneens een risico op het krijgen van lintwormen.
Rijstkorrels in de ontlasting
Lintwormen zitten met weerhaakjes in de darmwand van de hond. Lintwormen laten daar steeds samengebundelde eitjes los in de vorm van rijstkorrels. Die eitjes verlaten het lichaam van de hond via de anus en kunnen dan jeuk veroorzaken. Op de ontlasting van uw hond ziet u dan kleine witte stukjes (maden) of de opgedroogde vorm die wat bruiner is (rijstkorrel). Een hond gaat dan vaak “sleetje rijden” en is er verder niet ziek van. De lintworm kan via de vlo worden overgedragen op honden. Besmetting van mensen met de lintworm komt vrijwel niet voor.
De Vossenlintworm
Naast de honden lintworm is er ook een vossenlintworm die de hond kan besmetten. Honden hebben daar geen last van, maar de vossenlintworm is wel gevaarlijk voor de mens. De vossenlintworm kan namelijk de lever, botten, longen en hersenen van de mens ernstig aantasten.
De zweepworm
De zweepworm, ook wel kennelworm of Trichuris vulpis genoemd, leeft in de darm en kan bloederige en slijmerige ontlasting veroorzaken. De eieren zijn zeer besmettelijk en kunnen lang in de omgeving aanwezig blijven. Vooral in kennels met een matige hygiëne zien we nogal eens zweepwormen. Zweepwormen geven bloederige diarree bij de hond.
De haakworm
Ook de haakwormen, Uncinaria stenocephala en Ancylostoma caninum, komen overal voor. Haakwormen, zoals de mijnworm, kunnen bloederige diarree, bloedarmoede en vermagering bij de hond veroorzaken. De vos is meestal de besmettingsbron, maar ook moedermelk kan pups besmetten met de mijnworm. Bij honden in kennels, windhonden en jachtmeutes zien we soms dergelijke besmettingen.
De Franse hartworm
De Franse hartworm is een andere naam voor de worm Angiostrongylus vasorum. In tegenstelling tot wat de naam doet vermoeden, komt deze niet alleen in Frankrijk voor. Ook in Nederland kan een hond besmet raken met deze worm. De worm leeft in het hart en de bloedvaten van de longen en kan leiden tot ernstige longproblemen.
De Franse hartworm leeft in slakken en kikkers. Wanneer zij een hond besmetten dan gaan zij door de darmwand naar het hart en de longslagader waar ze eieren leggen die vastlopen in de long. De Dirofilaria, een andere hartworm, komt niet In Nederland voor, maar wel in bijvoorbeeld Italië en Frankrijk en andere Middellandse zee-landen. Deze hartworm wordt overgebracht door de mug en richt veel schade aan in hart en longen van de hond. Het ontwormen van een hond met Dirofilaria is niet eenvoudig, daarom is het vooral zaak om besmetting met deze hartworm te voorkomen.
Alles over wormen bij Esccap
Voor onafhankelijke informatie over worm infecties bij huisdieren kunt u terecht op de website van het ESCCAP. Dit is een Europese organisatie van parasitologen die richtlijnen uitbrengt om u te helpen de juiste strategie te kiezen voor uw dier. U vindt hier de complete richtlijn Wormbestrijding bij hond en kat van april 2020.
Maandelijks ontwormen?
Er gaan steeds meer geluiden op om honden maandelijks te ontwormen. Waarom? Met name omdat kinderen vatbaar zijn voor de spoelworm, de Toxocara. Kinderen kunnen van de spoelworm vervelende aandoeningen krijgen zoals astma en eczeem. Ook epileptische aanvallen, buikpijn, oogproblemen, hersenaandoeningen en gedragsafwijkingen kunnen het gevolg bij kinderen zijn. Honden en katten zijn overbrenger van de spoelworm naar kinderen en aangetoond is dat maandelijks ontwormen van de hond en kat er voor zorgt dat er geen spoelworm besmetting naar kinderen meer kan optreden.
Waarom maandelijks ontwormen?
Overal waar honden en katten poepen, kunnen zij spoelworm eieren achterlaten. Die wormeieren vormen weer een besmettingsrisico voor andere dieren, kinderen en volwassenen. Die ei-uitscheiding moet dus geheel voorkomen worden.
En dat kan door maandelijks ontwormen van hond en kat. Bij 4x per jaar ontwormen is aangetoond dat de wormei uitscheiding afneemt. Echter we willen de ei uitscheiding geheel voorkomen. Nu heeft onderzoek laten zien dat dit kan door maandelijks te ontwormen. De prepatent fase is voor de spoelworm namelijk iets meer dan 4 weken. Door binnen die prepatent periode te ontwormen voorkom je dat hondenToxocara wormeieren uitscheiden. Zo wordt de volksgezondheid beschermd, aldus de ESCCAP-richtlijn. Het advies is dan om maandelijks hond en kat te ontwormen bij verblijf in een familie met kleine kinderen waarbij het dier regelmatig in de tuin of elders buiten komt.
Ontwormen van pups
Pups kunnen in de baarmoeder van de teef al besmet worden met de spoelworm, Toxocara canis. Ook door de moedermelk worden ze besmet. Dit kan bij de pups zelf ernstige problemen geven. Het advies is dan ook om pups iedere 2 weken te ontwormen tot een leeftijd van 8-10 weken, daarna maandelijks.
Ontworm advies voor uw hond van onze dierenartsen
Ontworm uw volwassen hond minimaal 4x per jaar met een ontwormingsmiddel dat werkt tegen zowel spoel- als lintwormen, zoals Milbemax®. Honden die in een gezin leven kunnen het beste maandelijks ontwormd worden. Pups tot 8 weken leeftijd iedere 2 weken ontwormen, daarna maandelijks tot ze een half jaar zijn en dan 4x per jaar.
Wormhygiëne advies voor hondeneigenaren
Zorg voor een goede persoonlijke hygiëne (handen wassen).
Houdt de nagels van uw kinderen kort.
Laat honden niet uit op plaatsen waar kinderen spelen of, nog beter, deponeer de ontlasting in de grijze vuilniscontainer. Hondenpoep is overigens restafval. Dek de zandbak af.
Wormen en huisdieren lijken onlosmakelijk verbonden aan elkaar. Er leven vele misverstanden over deze krioelende beestjes bij en in onze honden en katten. We krijgen hier dan ook nogal eens vragen over in onze klinieken.
Vijf veel voorkomende vragen hebben we op een rijtje gezet:
1. Wordt mijn huisdier dunner als hij een lintworm heeft?
Dit is vrijwel nooit het geval. Een lintworm geeft vooral jeuk bij de anus. Alleen in zeer uitzonderlijke gevallen kan uw huisdier diarree krijgen van de lintworm en dan ook wat gewicht verliezen. Een lintworm wordt meestal opgenomen door het inslikken van een vlo. Ook rauw (niet ingevroren) vlees is een risico. Lintwormen komen voor bij honden en katten, maar ook bij kinderen.
2. Is ontwormen een forse belasting voor mijn huisdier?
Er worden vrijwel nooit bijverschijnselen gezien bij het ontwormen van huisdieren. De geregistreerde ontwormingsmiddelen (REG NL) zijn vooraf uitvoerig getest en mocht er zich toch wat voordoen dan kunt u dit melden.
3. Zijn worminfecties te voorkomen door het voeren van vers vlees?
Dit is natuurlijk niet waar, want dan waren de maagdarmwormen al lang verdwenen in de evolutie. Vers vlees kan bijvoorbeeld lintwormen bevatten, maar ook Neospora en Toxoplasma. Deze parasieten worden gedood door temperaturen boven de 70 °C en onder -12 °C voor minimaal 2 dagen. Overigens worden bacteriën niet gedood door invriezen, wel door verhitten.
4. Is het opruimen van hun poep beter voor mijn hond en kat?
De beste manier om het risico op krijgen van wormen te verminderen is het opruimen van hondenpoep (veelal verplicht). Ook kattenpoep is een bedreiging voor de volks- en kattengezondheid. Deze poep valt overigens onder het restafval.
5. Kan mijn hond wormen hebben als ik geen wormen zie?
Alleen wanneer uw hond of kat vol spoelwormen zit dan kunt u mogelijk een spoelworm zien. Het is een feit dat vrijwel 100% van alle kittens en puppy’s spoelwormen heeft. Toch zien we die spoelwormen vrijwel nooit. Wanneer we de ontlasting onder de microscoop leggen dan zijn de wormeieren wel te zien.