Regelmatig krijgen wij urine van honden en katten aangeleverd in ons lab voor onderzoek. Een urine onderzoek is nuttig wanneer de volgende klachten zich bij hond of kat voordoen:
Vaak kleine beetjes plassen
Urine niet op kunnen houden
Afwijkende kleur
Niet kunnen plassen
Veel drinken/plassen
Passief urine verlies
Concentratie urine
Wanneer we een onderzoek mogen uitvoeren bepalen we het soortelijk gewicht door middel van een refractometer. Deze bepaling kan ons duidelijkheid geven over de concentratie van de urine. Met deze informatie weten we iets meer over de nierfunctie en of het dier inderdaad meer drinkt en/of plast.
Zuurgraad pH meten
Met een teststrip bekijken we of er een afwijkende hoeveelheid eiwit of glucose in de urine zit en kunnen we de pH (zuurgraad) meten.
Sediment bekijken
Vervolgens centrifugeren we de urine. Hierdoor zakken de zwaardere deeltjes naar beneden. De opeenhoping die hierdoor ontstaat, bestaat uit cellen en soms ook kristallen en/of bacteriën. Dit noemen we het sediment en dit bekijken we onder de microscoop.
Op kweek zetten
Ook kunnen we de urine op kweek zetten. Wanneer er bacteriën in de urine zitten kan dit voor een infectie zorgen. We kunnen de bacteriestam en de meeste gevallen determineren en we maken een antibiogram. Op deze manier weten we welk soort bacterie de oorzaak van de problemen zijn en weten we middels het antibiogram voor welk antibioticum de bacterie gevoelig is. Bij dit onderzoek moet de urine steriel afgenomen zijn om er voor te zorgen dat er geen andere bacteriën in de urine komen.
Vragen?
Heeft u vragen over het urine onderzoek bij hond en kat, neem dan contact met ons op. Email naar vetlab@daphorst.com of bel ons op 0773030067 (vragen naar het lab).
Katten drinken graag vers water: uit een bak of kom die ze prettig vinden, uit de vijver of rechtstreeks uit de kraan. Hoeveel een kat drinkt, verschilt per dier. Het is hoe dan ook belangrijk dat de kat altijd water kan drinken en toegang heeft tot vers water.
Hoe kunt u een kat meer laten drinken?
Soms is het noodzakelijk om de vochtinname te verhogen. Met de volgende tips zorgt u ervoor dat uw kat meer gaat drinken: • Probeer te onderzoeken welke vorm drinkbak uw kat het prettigst vindt. Experimenteer bijvoorbeeld met een hoge kan, brede schaal of een lage kom. Katten drinken het liefst uit een glazen, metalen of keramische bak die tot de rand gevuld is in plaats van een kunststoffen bak. • Voeg water toe aan het droog- of natvoer. Sommige katten eten de voeding zelfs op als het de dikte van soep heeft. • Sommige katten drinken graag uit een stromende waterbron, zoals een druppelende kraan. Er bestaan speciale waterfonteintjes voor katten. • Laat een laagje water in de douchebak of in het bad staan. Er zijn katten die hier graag uit drinken. • Bied water met een smaakje aan. Bijvoorbeeld water waarin (ongezouten) vis of kip is gekookt of vermeng het drinkwater met een beetje vocht uit een blikje (ongezouten) vis. • Probeer verschillende soorten water: kraanwater, regenwater, mineraalwater en water dat iets warmer is.
Hoe kunt u een kat het beste voeren?
Katten zijn carnivoren: ze hebben meerdere keren per dag vlees nodig. Een volwassen kat voert u minimaal twee keer per dag zodat dit goed aansluit op zijn natuurlijke eetpatroon. U kunt kiezen voor brokjes, natvoer, vers voer of voer uit de diepvries. Kittens kunt u het beste het voer geven dat ze bij de fokker of bij de eigenaar van de moederpoes al kregen. Geef katten nooit kleine botjes, want hier kunnen ze in stikken. Ook rauw varkensvlees is niet goed voor ze door de mogelijk aanwezige parasieten. Er is speciaal voer voor kittens en katten die binnen leven. Naarmate katten ouder worden, hebben ze ook ander voer nodig. Ze bewegen immers minder en hun voedingsbehoefte verandert. Neem contact op met uw dierenarts voor een advies op maat voor uw kat.
Moet u een te dikke kat op dieet zetten?
Uw dierenarts kan adviseren over leefstijlveranderingen die helpen om uw kat gezond te houden. Hij kan voer adviseren dat speciaal is samengesteld voor katten met gewichtsproblemen. Ook kan hij de oorzaak verder onderzoeken.
Wat kunt u doen als een kat het voorgeschreven dieet niet wil eten?
Dieetvoer kan soms minder smakelijk zijn voor je kat. Zet uw kat daarom geleidelijk over op het dieet, gedurende een periode van enkele dagen tot enkele weken. Start niet met een dieet als uw kat zich ziek voelt, want dan bestaat de kans dat de kat het voer associeert met ziek zijn. Volg verder de volgende tips: • Meng eerst een kleine hoeveelheid dieetvoer met normaal voer. Vergroot in een periode van enkele dagen tot weken het aandeel dieetvoer. • Geef eerst kleine hoeveelheden met de hand. • Maak het voer een beetje warm (niet warmer dan lichaamstemperatuur). • Voeg vocht aan het voer toe; natvoer vindt de kat vaak lekkerder. Ga tijdens het eten bij de kat zitten en beloon hem als hij het voer eet door extra aandacht te geven. Bijvoorbeeld door hem aan te halen of met hem te spelen.
Verzorging van uw kat
Hoe kunt u een kat het beste wegen?
Om de gezondheid van uw kat in de gaten te houden, kunt u hem het beste regelmatig wegen. Gewichtsafname kan betekenen dat het minder goed gaat met uw kat. Gewichtstoename is ook iets waar u alert op moet zijn. U kunt uw kat wegen met bijvoorbeeld een weegschaal voor baby’s. De kat in uw armen houden terwijl u op de weegschaal staat, is niet altijd even betrouwbaar. Wel kunt u een kattenreistas of -mand met en daarna zonder de kat op een personenweegschaal plaatsen. Het verschil in beide gewichten is het lichaamsgewicht van de kat.
Wat kunt u doen als een kat vlooien heeft?
Jeuk is erg onprettig voor uw kat en veelvuldig krabben leidt tot haarverlies. Wanneer uw kat ook nog eens allergisch is, dan loopt hij een vervelende huidaandoening op. Vlooienbesmetting is eenvoudig te voorkomen door regelmatig een vlooienwerend middel te gebruiken op elke kat en hond in uw huishouden. Stofzuig ook regelmatig uw woning en was dierenkussens en -kleden heter dan 60 graden.
Is het nodig om een kat te kammen?
Katten kunnen zichzelf over het algemeen goed schoonhouden. Ze verzorgen hun vacht door zichzelf regelmatig te wassen met hun tong. Om klitten en vervilting van de vacht te voorkomen, is het belangrijk om katers en poezen te kammen of borstelen. Zeker als ze langharig zijn. In de herfst en in de lente zijn katten in de rui: zij verliezen dan hun haar voor een deel. Door in deze periodes te borstelen kun je haarballen voorkomen. Kortharige katers en poezen hoeven buiten de ruiperiode om niet veel geborsteld te worden.
Kattengedrag
Waarom sproeit een kat in huis?
Bij een kat is er een groot verschil tussen sproeien en plassen. Sproeien doet hij staand met de staart omhoog, soms trappelend met de achterpoten. De urine wordt recht naar achteren gespoten. Een sproeiende kat wil zijn territorium afbakenen. Een andere reden kan zijn dat hij zijn geur wil achterlaten om zo een partner te vinden. Wat veel mensen niet weten, is dat poezen ook sproeien. Bijvoorbeeld wanneer zij willen paren. Als de sproeiende kat gecastreerd is, is er vaak sprake van stress. Het sproeien is dan meestal niet hormonaal gedreven. De stress kan voortkomen uit:
Angst voor de omgeving
Verandering van de gezinssamenstelling
Andere (buur)katten in huis
Verbouwing of andere onrust in de leefomgeving
Straf die de (sproeiende) kat krijgt van zijn baasjes
Onderzoek de bron van de stress om de beste oplossing te vinden. Installeer bijvoorbeeld een kattenluik als er andere katten ongewenst in huis komen of geef katten die samenleven hun eigen plekjes in huis. De oorzaak van het sproeien kan ook medisch zijn. De dierenarts kan hierover uitsluitsel geven.
Waarom plast een kat in huis?
Als uw kat in huis plast, dan kan dit door verschillende oorzaken komen. Het is belangrijk om hem zo snel mogelijk te helpen zijn behoefte op de bak te doen. Hoe langer het gedrag duurt, hoe moeilijker het voor de kat te veranderen is. De kat plast in huis dus dat betekent dat hij echt een probleem heeft, zoals blaasgruis, een blaasontsteking, stress of angst. Een kat die lijdt heeft een veilige omgeving nodig, straf hem dus niet. Straffen werkt juist averechts. Als uw kat voorheen wel netjes op de bak ging, kun u zich afvragen of er in huis iets is veranderd. Bijvoorbeeld:
Ander merk kattengrind?
Ander schoonmaakmiddel?
Kattenbak op andere plek gezet?
Ander type kattenbak in gebruik genomen?
Nieuwe kat in huis zonder een extra kattenbak te plaatsen?
Probeer de oude situatie te herstellen om te zien of de kat dan nog steeds in huis plast. Het is nodig om de kattenbak dagelijks schoon te maken, zodat u uw kat aanmoedigt om deze te gebruiken. Maak de plasplekken goed schoon, maar niet met azijn. Dat bevat stoffen die ook in kattenurine zitten en nodigt juist uit om opnieuw op die plek te plassen.
Zieke kat
Waar kunt u aan herkennen dat een kat misschien ziek is?
Uw kat kan verschillende ziekteverschijnselen vertonen, die erop wijzen dat hij niet gezond is. De kat: • Eet niet • Slaapt veelt • Valt af • Drinkt en plast meer dan normaal • Heeft een doffe en vervilte vacht • Is zwak • Heeft een vieze adem • Heeft doffe ogen
Deze verschijnselen kunnen door verschillende aandoeningen veroorzaakt worden. Uw dierenarts kan op basis van onderzoek de oorzaak proberen te achterhalen.
Heeft mijn kat pijn?
Er zijn twee soorten pijn: chronisch en acuut. Chronische pijn is pijn die langer dan 3 maanden duurt. Dan is de kat in vergelijking met vroeger: • Minder actief • Minder soepel • Vaker onzindelijk • Minder speels • Agressiever • Terughoudender met springen • Slaperiger • Minder aanhankelijk • Minder bezig met vachtverzorging • Minder aan het krabben waardoor hij lange nagels heeft
Acute pijn doet zich voor na een incident, zoals een ongeluk of een operatie. Er zijn vier lichaamshoudingen waaraan je deze pijn kunt herkennen. Als u ontdekt of vermoedt dat uw kat pijn heeft, maak dan een afspraak bij de dierenarts.
Wat kunt u doen als een kat zijn medicijnen niet wil innemen?
Dagelijkse toediening van medicijnen kan een hele opgave zijn. Vooral wanneer u gedurende een langere periode iedere dag medicijnen moet geven, is het belangrijk dat dit eenvoudig te doen is. Om ervoor te zorgen dat de behandeling voor u en uw kat leuk blijft, hebben steeds meer medicijnen een aangename smaak of worden ze in een smakelijke vloeistof aangeboden. De dierenarts kan u meer vertellen over beschikbare medicijnen.
Hoe kunt u de urine van een kat opvangen?
De urine van uw kat kan helpen bepalen of uw kat ziek is en zo ja, wat hij mankeert. Aanwijzingen van suikerziekte en nierziekte zijn bijvoorbeeld in de urine terug te zien. U kunt de urine op verschillende manieren opvangen. Bijvoorbeeld met speciale kattenbakkorrels die geen vocht absorberen. Of u kunt de urine uit de kattenbak met een pipet opzuigen. Het is wel belangrijk dat andere katten in huis op een andere plek hun behoefte doen. Mochten deze methodes niet werken, dan kan de dierenarts de blaas van uw kat aanprikken.
Castreren of steriliseren
Wat gebeurt er als u kiest voor castratie of sterilisatie?
Als u liever niet heeft dat uw kat zich voortplant, dan kunt u hem laten castreren of haar laten steriliseren. Katten die niet gecastreerd zijn, vertonen sterker natuurlijk gedrag. Ze gaan verder van huis om op onderzoek uit te gaan, vechten met andere katten en sproeien om hun territorium af te bakenen. Soms gebeurt dat ook in huis. Wanneer u kiest voor castratie dan worden onder narcose beide teelballen weggehaald. U kunt uw poes al laten steriliseren voordat ze een nestje heeft gehad. Wanneer uw poes vruchtbaar is en wil paren, merkt u dit snel. Ze kan dan erg luidruchtig zijn. De sterilisatie van een poes gebeurt onder algehele narcose. De eierstokken en baarmoeder worden dan verwijderd. Als alles goed gaat, mag u uw kat dezelfde dag weer mee naar huis nemen. Ze kan dan nog even suf zijn, maar herstelt heel snel. Het is wel belangrijk dat uw kat niet veel aan de hechtingen likt, want dan kan het niet goed genezen. De hechting verdwijnt vanzelf na zeven tot tien dagen.
Welk gedrag vertoont een poes als ze krols is?
Een krolse kat is een vruchtbare kat. Ze gaat dan meestal veel miauwen, soms heel luidruchtig. Ze schuurt met haar buik over de grond en wil graag gestreeld of aangeraakt worden. Ze steekt haar achterste in de lucht, om de houding van paren aan te nemen. De poes wil haar geur meer verspreiden dan normaal, om katers aan te trekken. Ze zal dus meer tegen mensen, meubels en muren aanwrijven. Ook kan ze kleine beetjes urine in huis achterlaten. U kunt niet veel doen tegen krolsheid, behalve wachten en aandacht aan uw kat besteden. Haar paringsdrang is zo groot, dat ze gefrustreerd raakt zolang dit niet gebeurt. Eigenlijk maakt ze hiermee duidelijk dat ze gedekt wil worden. Een kat wordt krols in de periode dat de dagen langer worden (vanaf ongeveer eind december tot en met de zomer). Ze kan meerdere keren per jaar krols worden, zolang ze niet gedekt wordt. Krolsheid houdt meestal 7 tot 10 dagen aan. Soms wordt ze 10 dagen na de vorige krolsheid alweer krols. In de krolse periode is de kans erg groot dat ze zwanger wordt gemaakt. Een krolse kat kunt u daarom beter binnenhouden, tenzij u een nestje wilt krijgen. Dat is wel een keuze waar u goed over na moet denken, omdat een nestje in huis het nodige werk betekent en er al veel katten in Nederland zijn. Een poes kan twee keer per jaar een nestje krijgen.
Kittens
Waar moet u rekening mee houden als een poes een nestje kittens krijgt?
Kittens moeten meteen bij de moeder drinken: de eerste melk wordt ‘biest’ genoemd. Het bevat bestandsdelen die de kittens beschermen tegen verschillende infecties.
Een kitten kan de eigen lichaamstemperatuur nog niet op peil houden. De plek van het nest moet daarom warm en tochtvrij zijn.
Om ziekte en complicaties te voorkomen, moet de ruimte waar de kittens zich in bevinden schoon zijn.
Houd het gewicht van de kittens in de gaten. Weeg ze elke dag rond hetzelfde tijdstip en gebruik een nauwkeurige weegschaal. Ga uit van de gemiddelde wekelijkse gewichtstoename, want die is betrouwbaarder.
Kittens moeten voldoende melk drinken. Dit is meestal het geval als de kitten na het zogen rustig slaapt. Als een kitten voortdurend piept dan kan dit op onrust en honger duiden. Bijvoorbeeld omdat de kitten ziek is of omdat de moeder niet genoeg melk geeft.
Diarree komt door verschillende oorzaken regelmatig bij kittens voor. Omdat kittens snel kunnen uitdrogen, kan dit het beste direct behandeld worden.
Kittens mogen pas na zeven weken weggehaald worden bij hun moeder. Eerder is bij de wet verboden en erg slecht voor hun gezondheid. Het beste is om de kitten minimaal twaalf weken bij hun moeder te laten.
Waar moet u rekening mee houden in de opvoeding van kittens?
Vanaf het moment dat kittens in een nestje geboren worden leren zij omgaan met katten, andere dieren en mensen. Kittens opvoeden is belangrijk, omdat dit er later voor zorgt dat hij als jonge en volwassen kat goed omgaat met zijn omgeving. Ze worden in deze eerste fase gesocialiseerd. De moederkat speelt een belangrijke rol: haar gedrag is namelijk het voorbeeld voor de kittens. Deze fase van kittens opvoeden vindt plaats wanneer zij tussen de drie en acht weken zijn. De tweede socialisatieperiode begint vanaf veertien weken. Dit deel van de kattenopvoeding vindt plaats bij de nieuwe eigenaar van de kat: de meeste fokkers leveren de kat pas na dertien weken. Dit betekent dat de kat in deze weken leert wennen aan zijn nieuwe huis en de medebewoners – inclusief andere dieren. Het is belangrijk om dit op positieve wijze te stimuleren door aandacht aan hem te geven en hem te leren wat hij waar kan vinden. Denk bijvoorbeeld aan de kattenbak, zijn slaapplaats, het voerbakje en het kattenluik. Maar ook de regelmaat in uw huishouden, hechting aan u als baasje en hechting aan het huis. Wanneer dit deel van de kattenopvoeding niet goed wordt aangepakt, dan kan dit negatieve gevolgen hebben. Een slecht gesocialiseerde kat heeft last van stress, angst en kan zelfs huidproblemen en gedragsproblemen ontwikkelen.
Van iedere 5 katten in Nederland krijgt er één te maken met hoge bloeddruk. Hoge bloeddruk wordt ook wel hypertensie genoemd en is voor de kat eigenlijk net zo gevaarlijk als voor de mens. Het is vaak de oudere kat die er last van krijgt en er in eerste instantie niets van merkt. Door de te hoge bloeddruk kan er echter wel schade aan de organen ontstaan. Juist de vitale organen, zoals de nieren, hersenen, hart en bloedvaten en de ogen zijn hier gevoelig voor. Door tijdig de hoge bloeddruk te behandelen kunnen ernstige aandoeningen aan deze organen worden voorkomen. Net zoals bij de mens.
Aangenaam spinnende kat op schoot
De kat is een meester in het verbergen van pijn. Zelfs met een aangenaam spinnende kat bij u op schoot kan wat mis zijn. En dat is zeker het geval bij een te hoge bloeddruk. Het is de kunst om die hoge bloeddruk bij uw kat te (laten) constateren voordat de schadelijke gevolgen zichtbaar worden en uw kat er echt last van gaat krijgen.
“Wist u dat 2 op de 3 katten met hypertensie een chronische nierziekte heeft?”
Wat zien we aan een kat met een te hoge bloeddruk?
Het eerste wat we merken aan een kat met een te hoge bloeddruk is een wat afwezig slomer gedrag. Daarbij laat de kat zich vaak minder zien en trekt hij zich terug.
Wanneer de organen gaan lijden van de hypertensie dan zien we meer:
Vaker en meer drinken en plassen en minder eetlust. Daarbij kan braken komen en dan zien we de kat ook vermageren. Denk hierbij ook aan een chronische nierziekte.
Of juist meer eetlust en een schrikkerig en opgejaagd gedrag waarbij de kat toch gaat afvallen. Mogelijk braken en diarree en meer en vaker drinken en plassen. Denk hierbij aan een mogelijke schildklieraandoening.
Ook plots blind worden of verlamd raken in het gezicht kan optreden. Denk hierbij aan een hersenbloeding.
Overbodig te zeggen dat wanneer uw kat één van deze symptomen vertoont, dat u dan direct uw dierenarts bezoekt. Liefst laat u uw kat eerder onderzoeken door uw eigen dierenarts.
Vaststellen hypertensie bij de kat
Het vaststellen van een hoge bloeddruk bij de kat is simpel. Hiervoor is prima apparatuur bij uw dierenarts aanwezig die de bloeddruk vlot kan meten. Deze bloeddrukmeting is voor de kat weinig belastend. Vaak zal de dierenarts dan ook de ogen van de kat “spiegelen”. Bij dit spiegelen kan de dierenarts constateren of de bloeddruk verder onderzocht moet worden.
Hoge bloeddruk bij de kat is goed behandelbaar
Laat bij uw oudere kat regelmatig de bloeddruk checken door uw dierenarts. Stelregel is 1x/jaar bij de kat ouder dan 7 jaar en 2x/jaar bij de kat ouder dan 11 jaar.
Zeker wanneer u weet dat een hoge bloeddruk bij de kat goed behandelbaar is dan is het zaak dit op tijd te constateren. Uw kat is het waard en leeft ook graag bij een normale druk.
De stoofpotjes van Hills zijn een aanvulling op een aantal klinische dieetvoeders. Deze stoofpotjes bevatten groenten en rijst en zacht gestoofde stukjes kip of tonijn. Zo heeft deze traktatie voor hond en kat een culinaire smaak en uitstraling die huisdieren bijna niet kunnen weerstaan.
Wat extra aandacht en liefde met de prescription stoofpotjes
U kunt uw hond en kat nu echt verwennen met deze stoofpotjes. Daarbij helpt u ook de gezondheidsproblemen aan te pakken. Bijvoorbeeld bij huidaandoeningen, nierziekte, spijsverteringsproblemen, gewrichtsproblemen en urineweg problemen.
Onze dierentip: geef deze stoofpotjes ook eens opgewarmd. Laat uw huisdier zo genieten van een lekker warm hapje.
Stoofpotjes snel in huis?
U kunt hier de stoofpotjes voor uw hond en kat bestellen.
Mensen kunnen qua intelligentie onderling sterk verschillen. De ‘Intelligentie Quotiënt’ (het IQ) is een bekende manier om de mate van intelligentie weer te geven. De een wordt bestempeld als ‘zwakbegaafd’ en de ander juist als ‘geniaal’. Veruit de meeste mensen zitten hier ergens tussenin. Maar hoe zit dat eigenlijk bij onze huisdieren?
Instinct en intelligentie
Iedereen vindt zijn/haar eigen dier de liefste, leukste en vaak ook slimste. Maar zijn er eigenlijk wel verschillen in intelligentie binnen een diersoort? Dus zijn border collies daadwerkelijk slimmer dan Bassets? Of is de ene kat slimmer dan de andere? Er is geen universele maat of zelfs maar definitie van wat intelligentie bij dieren inhoudt. We zullen misschien wel nooit weten hoe of wat dieren denken. De gedragingen die vanuit het instinct ontstaan, zijn geen teken van intelligentie. Ook aangeleerde gedragingen zijn dat niet. Maar wat dan wel? Tekenen van intelligentie zijn bijvoorbeeld: zelfbewustzijn, inlevingsvermogen, geheugen en het vermogen om oplossingen te bedenken voor problemen.
Wetenschappelijke onderzoeken
Intelligentie bij dieren is een veelbesproken onderwerp. Er zijn vele onderzoeken gedaan naar de mate van intelligentie van dieren. Er lijkt weinig verschil te zijn in de intelligentie tussen verschillende hondenrassen. Waarom worden Border collies dan bestempeld als slim? Waarschijnlijk spelen de motivatie, het energieniveau en de mate waarin een hond op mensen gericht is een belangrijke rol. Wanneer een hond iets leuk vindt om te doen, zal het leerproces makkelijker verlopen. Hondenrassen zijn in te delen in de mate van ‘working intelligence’. Hoe sneller een hond een nieuw commando aanleert, hoe ‘slimmer’.
Hond heeft meer zenuwcellen dan kat
Een andere maat voor de intelligentie is de anatomie, ofwel bouw van het lichaam. We weten dat de grootte van de hersenen niets zegt over de intelligentie. Het aantal zenuwcellen en de verbindingen hiertussen is dit wel. En wat blijkt? Honden hebben bijna twee keer zoveel zenuwcellen dan katten. Verslaat de hond hiermee de kat? Er zijn ook onderzoeken die zeggen dat katten net zo intelligent of juist slimmer zijn dan honden.
De conclusie
Wat voor dier u ook heeft en of u nou denkt of deze slim of juist een beetje dom is. Zolang u uw eigen dier de leukste, liefste en grappigste vindt, dan is het toch goed?
Wat betekent een harde Brexit voor onze huisdieren?
De naderende Brexit heeft gevolgen voor het vervoer van dieren en producten van en naar het Verenigd Koninkrijk. Reizigers kunnen na een harde Brexit hun huisdier waarschijnlijk niet meer zomaar mee terugnemen na een bezoek aan het Verenigd Koninkrijk. Het ziet er naar uit dat er invoercontroles komen en dat de EU een bloedtest verplicht stelt. Houdt u hier dus nu alvast rekening mee als u plannen heeft om te gaan reizen!
Welke regels gelden er voor het reizen van en naar het Verenigd Koninkrijk?
Uw hond of kat moet aan de volgende eisen voldoen:
Chip ter identificatie, geplaatst vóór de rabiës vaccinatie
Geldige rabiës vaccinatie. Deze kan gegeven worden vanaf een leeftijd van 12 weken. Na vaccinatie zult u minimaal 21 dagen moeten wachten voordat uw dier mag reizen. Wanneer een bloedtest verplicht wordt, zal deze wachttijd nog veel verder oplopen.
Geldig reisdocument. Dit is een Europees dierenpaspoort.
Honden moeten behandeld worden tegen Echinococcose tussen 24 en 120 uur voor aankomst in het Verenigd Koninkrijk. Dit moet door de dierenarts worden bijgeschreven in het paspoort.
Verplichte bloedtest
Met de bloedtest kan bepaald worden of de rabiës vaccinatie goed is aangeslagen. Deze test moet dan minimaal 30 dagen na de vaccinatie worden afgenomen. Wanneer deze test in de EU wordt gedaan, kan deze worden bijgeschreven in het Europese dierenpaspoort en geldt er verder geen wachttijd. Laat u deze test pas in het Verenigd Koninkrijk uitvoeren, dan geldt een wachttijd van 3 maanden voor uw dier naar de EU mag reizen.
Andere gevolgen van een harde Brexit
Het is mogelijk dat de beschikbaarheid van diergeneesmiddelen en medische hulpmiddelen beïnvloedt wordt door de Brexit. Op dit moment is nog niet duidelijk of we hier daadwerkelijk hinder van zullen ondervinden.
Tetanus wordt veroorzaakt door een bacterie genaamd Clostridium Tetani. Deze produceert een neurotoxine welke ervoor zorgt dat de spieren volledig kunnen verkrampen. Alle zoogdieren zijn gevoelig voor deze bacterie, maar de gevoeligheid verschilt evenwel. Zo zijn het paard, schaap en geit zeer gevoelig. Honden en katten zijn veel minder gevoelig en daar komt tetanus dan ook vrij weinig bij voor.
Bodem is het tetanus reservoir
Een dier met tetanus vormt geen infectiebron voor andere dieren of voor de mens. Het belangrijkste reservoir is de bodem. De infectie treedt dus vooral op bij dieren met een vuile (steek)wonden of eventueel langs de navel bij pasgeboren veulens.
Wat zijn de symptomen?
Gemiddeld genomen zien we symptomen optreden 2 tot 10 dagen na infectie. Typisch voor tetanus is de steeds toenemende stijfheid van de spieren. Vaak begint dit ter hoogte van de kauwspieren, waarna een verdere uitbreiding plaatsvindt. Ook het verschijnen van het derde ooglid (wit vlies thv. binnenste ooghoek) wordt vaak opgemerkt. Sterfte kan optreden door spasmen van ademhalingsspieren.
Waaruit bestaat de therapie?
Een goede wondverzorging en verwijderen van necrotische delen is belangrijk. Daarnaast is een antibioticum-therapie en het toedienen van antitoxines noodzakelijk. Er is één specifieke behandeling bij tetanus en dat is de toediening van een tetanus antitoxine. Dit tetanusserum kan het nog niet gebonden toxine in het bloed neutraliseren met antilichamen, maar het kan er niet voor zorgen dat dat de binding van het toxine met de zenuwuiteinden ongedaan wordt gemaakt. Verder dient ervoor gezorgd te worden dat de dieren niet geëxciteerd geraken door ze licht te sederen. Excitatie kan namelijk spasmen uitlokken. Ook is het belangrijk dat de dieren steeds kunnen blijven eten en drinken.
Hoe kan tetanus worden voorkomen?
Vaccinatie biedt een goede bescherming. Vaak is deze vaccinatie gecombineerd met de jaarlijkse Influenza vaccinatie en gelden dezelfde opmerkingen ivm. drachtige merries en hetzelfde vaccinatieschema. Bij pasgeboren veulens afkomstig van een niet gevaccineerde merrie kan het toedienen van antitoxines aangewezen zijn.
Indien uw paard dus een wond opgelopen heeft, is het steeds belangrijk te weten of de vaccinaties in orde zijn.
Katten poetsen met hun ruwe tong hun lichaam en de loszittende haren worden ingeslikt. Heel normaal voor katten. De onverteerbare haren gaan met de ontlasting het lichaam weer uit in samen geklitte plukjes. Ook kunnen de haren in de maag samen klonteren tot haarballen die dan worden uitgebraakt. Deze haarballen zijn eigenlijk altijd sigaarvormig en komen 2x zoveel voor bij langharige katten dan bij kortharige.
Haarballen zijn vooral onaangenaam
Zowel de haarballen die worden uitgebraakt alsook de haarballen die worden uitgepoept zijn normaal gesproken zonder gevaar voor de kat. Slechts zeer sporadisch kan de maag of de darm worden afgesloten door een dergelijke haarmassa (operatief ingrijpen veelal geboden). Uitgebraakte haarballen zijn vaak wel een ergernis voor de eigenaar. Zij vinden het kokhalzen, braken en hoesten onaangenaam en willen graag hun kat helpen om het uitbraken te voorkomen. Daarvoor zijn er speciale voeders ontwikkeld die er voor moeten zorgen dat de haren snel door de darmen gaan en worden uitgepoept in plaats van worden uitgebraakt.
Cellulose helpt
Uit onderzoek blijkt dat cellulose in het kattenvoer er voor kan zorgen dat de opgenomen haren het lichaam sneller verlaten met de ontlasting. Cellulose is een onoplosbare vezel en het ruwe celstof gehalte in het voer is een maat voor de hoeveelheid onoplosbare vezel in het voer. Cellulose vormt de basis van plantaardige celwanden en wordt in het het darmkanaal van de kat niet verteerd of gefermenteerd. De opgenomen cellulose vezels uit het voer verhogen de massa in de darm en de passagesnelheid door de darm. Zo zou een celluloserijk voer het risico op schade door haarballen kunnen verlagen.
Anti-haarbal kattenvoer
De anti-haarbal voeders voor de kat zijn als lekker smakelijke brokjes te verkrijgen. Het cellulose gehalte in beide voeders is ruwweg hetzelfde op droge stof niveau. In een droogvoer heeft opgezuiverd cellulose een anti-haarbal activiteit bij een niveau van 4%.. Het totaal aantal wekelijkse kenmerken (braken, kokhalzen, hoesten) nam af van gemiddeld 2.5 naar 0.5 per kat. Het lastige is wel dat het cellulose gehalte vrijwel nooit vermeld wordt op de verpakking van de anti-haarbal voeders.
We willen allemaal dat onze kat zo gezond mogelijk oud wordt. We geven ze eten, drinken, een slaapplaats, diergeneeskundige zorg en ruimte om hun natuurlijke gedrag uit te kunnen voeren. Ook is het onze taak om stress en angst te voorkomen. Maar wat nou als een kat bejaard en/of ziek is? Dan moeten we onszelf de vraag stellen of de kwaliteit van leven nog wel goed is, om onnodig lijden te voorkomen.
Wat is kwaliteit van leven voor de kat?
Met kwaliteit van leven wordt ook wel iemands ‘welbevinden’ bedoeld. Dit is een subjectief begrip. Het is namelijk lastig te meten en wordt deels bepaald door iemands perspectief. Een goede levenskwaliteit betekent dat er veel positieve ervaringen en weinig of geen negatieve ervaringen zijn. En deze ervaringen worden weer bepaald door lichamelijke gezondheid, psychische gezondheid en relaties met de omgeving. U als katteneigenaar, zult dus voor uw eigen kat moeten bedenken of de kwaliteit van leven voor uw kat nog goed is. U kent de normale gedragingen van uw kat immers het beste. Uiteraard kan uw dierenarts helpen om deze inschatting te maken.
Wat kunt u zelf doen?
Het is uw en onze taak om ervoor te zorgen dat katten op zo’n manier kunnen leven, dat de levenskwaliteit nog ruim voldoende is. Het moet ‘het waard zijn om voor te leven’. U kunt uw kat op verschillende manieren helpen:
Voedsel en water. Bij sommige ziektes is een speciaal dieet gewenst en geef oudere katten (>8 jaar) senior voeding. Natvoeding kan soms een uitkomst zijn om zowel de voedsel- als wateropname te verhogen. Stimuleer drinken door meerdere grote waterbakken te plaatsen (weg van de voer/kattenbak).
Oudere katten kunnen soms moeilijker bij de kattenbak en vinden het vaak vervelend als er een deurtje in zit dat steeds tegen hun pijnlijke lijf aankomt als ze erin of eruit stappen. Zorg dus voor een kattenbak met een lage instap en het liefst zonder kap.
Slaap- en rustplek. Geef uw kat een fijne rustige ligplek en zorg ervoor dat deze goed bereikbaar is. Katten houden vaak van hoge plekjes. Zorg voor een opstapje als uw kat er niet meer goed in kan springen.
Bij sommige ziektes of pijn door bijvoorbeeld artrose, is het wenselijk om medicatie in te geven. Dit kan soms op verschillende manieren, waardoor we samen kunnen zoeken naar een manier die voor u en uw kat het beste werkt.
Keuze voor euthanasie
Het is onvermijdelijk dat er een moment komt waarop u afscheid zult moeten nemen. Het is uw taak om uw kat het beste leven te geven wat mogelijk is en lijden te voorkomen. Het wordt lijden wanneer de negatieve ervaringen de positieve ervaringen overheersen. Denk dan bijvoorbeeld aan een kat die alleen nog maar in zijn mandje slaapt en eet, terwijl het eerst een hele vrolijke actieve kat was die graag op schoot klom. En dat betekent dat u soms voor de keuze komt te staan om uw kat te laten inslapen. Dit is een lastige beslissing die u altijd met uw dierenarts kunt bespreken.
Wat gebeurt er bij euthanasie?
Uw dierenarts zal uw kat met een injectie eerst onder narcose (in slaap) brengen. Het is fijn als u erbij bent om uw kat te steunen en op zijn/haar gemak te stellen. Als uw kat diep in slaap is, zal de dierenarts een tweede injectie geven met een sterk middel dat ervoor zorgt dat er een hartstilstand optreedt en uw kat komt te overlijden. Hier zal uw kat helemaal niets van merken! Alle spieren zullen ontspannen en soms laat uw kat zijn urine en/of ontlasting lopen. In tegenstelling tot in films, zullen de ogen open blijven. U heeft altijd de gelegenheid om afscheid te nemen van uw kat.
Wat gebeurt er daarna?
U kunt kiezen voor begraven, crematie of destructie. Ook kan het fijn zijn om een pootafdruk of plukje haar te bewaren. U kunt uw wensen kenbaar maken.
Het komt regelmatig voor dat eigenaren een vlooienmiddel voor de hond, ook aan hun kat geven. Ook al is dit goedbedoeld, het kan vervelende gevolgen hebben. Pipetten voor de hond bevatten namelijk wel eens de stof permethrin of amitraz. De hond kan hier prima tegen, maar de kat absoluut niet! De stof werkt in op het zenuwstelsel. Honden kunnen deze stof in hun lichaam snel afbreken, waardoor het niet giftig is. De lever van katten werkt echter net een beetje anders. Ze missen een bepaald enzym (glucuronosyltransferase) in de lever. Hierdoor wordt het niet goed afgebroken en stapelt de giftige stof zich op.
Wat zijn de verschijnselen?
We zien vooral neurologische verschijnselen, zoals: spiertrillingen, krampen, wijde pupillen, epileptische aanvallen en bewustzijnsverlies. Ook kunnen we kwijlen, braken en een verhoogde lichaamstemperatuur zien. De kat kan zelfs sterven. De ernst van de verschijnselen hangt af van de opgenomen hoeveelheid.
Hoe stellen we de diagnose?
Afhankelijk van uw verhaal en de verschijnselen, kunnen we een vermoeden uitspreken van een vergiftiging. Met bloedonderzoek kunnen we beoordelen of er schade is opgetreden aan de organen.
Waaruit bestaat de therapie?
Verdere opname van de stof dient te worden voorkomen door de kat grondig te wassen met water en zeep. Er wordt infuus gegeven om de stof zo snel mogelijk uit het lichaam te krijgen en de kat te ondersteunen. Bij ernstige vergiftiging kan een speciale vetoplossing (lipidenemulsie) gegeven worden. Afhankelijk van de ernst zien we vaak dat een kat na 1-3 dagen weer opknapt. Wanneer sprake is van epileptische aanvallen, wordt vaak medicatie gegeven om deze te onderdrukken.
Wat is de prognose?
De prognose is afhankelijk van de ernst en de snelheid waarmee een behandeling wordt ingesteld. Helaas zal zo’n 10 tot 40% van de katten sterven. Geef dus nooit een vlooienmiddel dat bedoeld is voor honden, aan uw kat!