Dracht en geboorte bij de kat

Wanneer een kat krols is dan is zij aantrekkelijk voor katers en heeft zij haar vruchtbare periode. Wanneer een kater de poes bevrucht in deze periode dan begint haar zwangerschap ook wel dracht genaamd.

Hoe lang is een kat zwanger?

De zwangerschap, dit is de draagtijd bij katten bedraagt gemiddeld 64 dagen. Door middel van buikpalpatie en echografie kan de dierenarts de dracht vaststellen vanaf de 20-25e dag. Met een röntgenfoto kan vanaf dag 45 het aantal kittens worden vastgesteld.

Voortekenen geboorte

Sommige katten zullen voor de geboorte een rustig plekje opzoeken en verrassen de eigenaar met een nestje. Andere katten wachten juist tot de eigenaar aanwezig is. In tegenstelling tot de hond, is bij de kat veel minder bekend over de voortekenen van een naderende bevalling. Soms zijn ze onrustiger, hebben minder eetlust en gaan sneller ademen.

Persen op kittens

Katten zoeken vaak de kattenbak op om te persen. Op de eerste kittens kan ze wat langer persen (15-45 minuten) dan op de volgende kittens. De gemiddelde tijd tussen twee kittens bedraagt 45 minuten. Als de poes niet perst, kan de tijd tussen twee kittens vaak wel 1,5-2 uur zijn. Twijfelt u over het verloop van de bevalling? Neem gerust contact met ons op. Soms is ingrijpen noodzakelijk, bijvoorbeeld met injecties met het hormoon oxytocine of met een keizersnede. Mocht u nog vragen hebben na het lezen van deze informatie, neem dan gerust contact met ons op.

Vragen?

Neem gerust contact met ons op: info@dierapotheker.nl Robin-Holle-Dierenarts-Dierapotheker.nl Drs. Robin Holle Dierenartsenpraktijk Horst Thuisbezorgservice: www.dierapotheker.nl

De poezepil

Alternatieven voor sterilisatie

Waarom niet ‘gewoon’ steriliseren?

Sterilisatie (of beter gezegd castratie) van een poes middels een operatie is niet altijd gewenst. Bijvoorbeeld als de gezondheid van de kat het niet toelaat of als men later (misschien) nog een nestje wil fokken. In die gevallen zijn er ook mogelijkheden om een poes tijdelijk onvruchtbaar te maken. De meest bekende hiervan is de ‘poezepil minidosis’.

Hoe werkt de poezepil?

De poezenpil bevat de werkzame stof megestrolacetaat. De pil moet 1 keer per week worden gegeven. Het best kan gestart worden in de ‘anoestrus’ (dus als de poes niet krols is). Na het stoppen met de pil kan de kat weer krols worden. Het is niet goed te voorspellen hoe lang dit duurt. Het is verstandig om in ieder geval de 2e krolsheid na stoppen met de pil af te wachten, voordat een nestje wordt gefokt.

Wat zijn de bijwerkingen?

Helaas heeft de poezepil nogal wat bijwerkingen. Deze kunnen zeer ernstig zijn! Er is een vrij grote kans op gewichtstoename, suikerziekte, baarmoederontsteking, veel drinken/plassen, bijnierschorsonderdrukking, melkklier hyperplasie (Dolly Parton syndroom) en melkkliertumoren. De kans op bijwerkingen is het kleinst als gestart wordt tijdens de anoestrus. Vermijd langdurige toediening!

Andere nadelen van de poezepil

De pil mag niet worden gegeven bij krolse katten, drachtige dieren,  niet geslachtsrijpe dieren of katten met suikerziekte en melkkliertumoren. Verder kan de pil makkelijk een keer worden vergeten of de kat braakt de pil (ongemerkt) uit, waardoor ze alsnog drachtig kan worden.

Ons advies

Vanwege de nadelen van de poezepil adviseren wij om deze niet te gebruiken.
Indien u een nestje wilt fokken, is het verstandig te wachten tot de poes minimaal 1 jaar oud is. Tot die tijd kunt u de poes dan binnenshuis en uit de buurt van katers houden.

Vragen?

Neem gerust contact met ons op: info@dierapotheker.nl Robin-Holle-Dierenarts-Dierapotheker.nl Drs. Robin Holle Dierenartsenpraktijk Horst Thuisbezorgservice: www.dierapotheker.nl

Verzorging pups na de geboorte

Gedurende de eerste levensweken zijn de pups volledig afhankelijk van de teef. Ze kunnen zichzelf nog niet warm en schoon houden en hebben de teef nodig om hun ontlasting en urine kwijt te kunnen. Onderstaand schema geeft globaal weer waar aan gedacht moet worden tijdens de eerste levensweken van de pups. Deze zaken worden hier verder toegelicht.
Na de geboorte is het belangrijk elke pup te identificeren en te wegen.

  Temp. omgeving Ontwormen pups + teef Vaccinatie Voeding Overig
Tabel. Overzichtsschema voor de verzorging van pups in de eerste levensweken.
Week 1 29-32°C     Melk  
Week 2 26-29°C 1e keer   Melk Na 10 dagen verdubbeling gewicht pup
Week 3 23-26°C     Melk  
Week 4 23°C 2e keer   Melk + Vast  
Week 5       Melk + Vast  
Week 6   3e keer 1e vaccinatie Melk + Vast Chippen pups verplicht vóór 7 weken leeftijd!
Week 7       Vast  
Week 8   4e keer   Vast  
Week 9     2e vaccinatie Vast  

Omgevingstemperatuur

De normale lichaamstemperatuur ligt bij pasgeboren pups rond de 35,5°C en na 1 week rond de 37,5°C, maar kan nog sterk fluctueren. Pasgeboren pups kunnen hun eigen lichaamstemperatuur nog niet op peil houden. Na de geboorte koelen ze flink af, zeker doordat ze nog nat zijn. Hoe sneller de teef ze droog likt en ze tegen elkaar aan kruipen, hoe beter dit voorkomen kan worden. De ideale omgevingstemperatuur in de directe omgeving van de pups is 29-32°C. Voor de teef ligt de ideale temperatuur een stuk lager. In een goed geïsoleerde werpkist wordt dan ook meestal een temperatuur van 24-27°C aangehouden. Door middel van een warmtelamp in een deel van de werpkist, kan aan de behoefte van zowel pups als moeder voldaan worden. Hang de lamp op de juiste hoogte, zodat de pups het niet te warm of te koud zullen hebben. Hangt de lamp te laag, dan kunnen de pups verbranden! Met een thermometer in de werpkist ter hoogte van de pups kun je bepalen of de omgevingstemperatuur juist is. Zorg er ook voor dat de pups niet op de tocht staan. Pups die het te koud hebben zijn onrustig, piepen, nemen niet toe in gewicht of vallen zelfs af.

Voeding

Melk. De eerste weken van hun leven drinken pups uitsluitend moedermelk. Deze melk is zeer voedzaam en energierijk. Bovendien zitten in de eerste melk, ook wel biest of colostrum genoemd, afweerstoffen die de pups gedurende hun eerste levensweken beschermen tegen verschillende ziektes. Het is dus belangrijk dat een pup al vrij snel na de geboorte gaat drinken bij de teef. Gezonde pups zullen al snel nadat ze door de teef zijn schoongelikt op zoek gaan naar een tepel. Het is belangrijk om te controleren of pups voldoende drinken. Na het drinken dient de pup rustig te gaan slapen en een gevuld buikje te hebben. Langdurig piepen en onrust kan op honger duiden. Om te weten hoeveel een pup gedronken heeft, kan deze voor en na het drinken gewogen worden.

Soms kan een pup te weinig melk drinken, bijvoorbeeld als de teef te weinig melk geeft of de pup ziek is. In dat geval is het mogelijk om de pups bij te voeren met kunstmelk. Er zijn verschillende melkvervangende preparaten op de markt, bijvoorbeeld Esbilac®. In de eerste week moeten ze minimaal 8x daags gevoerd worden, om de 2 tot 3 uur, dus óók ‘s nachts. Bij pups die nog wel wat melk bij de moeder drinken kan men dan bijvoorbeeld 4x daags bijvoeren met kunstmelk. Er zijn formules om uit te rekenen hoeveel voeding een pup nodig heeft. Een richtlijn voor de hoeveelheid kunstmelk wordt aangegeven op de verpakking. Dit kan per situatie echter verschillend zijn! Naarmate de pups zwaarder worden, dient de hoeveelheid melk steeds verhoogd te worden. Het bijvoeren kan met een voedingssonde in de maag of met een speciale fles met speen voor pups. Doe dit voorzichtig, de pup kan zich anders makkelijk verslikken.

Vaste voeding. Vanaf 3 tot 4 weken na de geboorte kunnen de pups langzamerhand bijgevoerd worden met vaste voeding speciaal bestemd voor pups. In eerste instantie blikvoer en later brokjes. Geef ze 5 tot 6 keer per dag voeding in een schotel waar de pups samen uit kunnen eten. Vanaf een leeftijd van 6 tot 8 weken zijn de pups volledig over op vaste voeding en kunnen ze gespeend worden. Het aantal voedingen kan dan naar 4 keer per dag tot 3 maanden leeftijd. Daarna 3 keer per dag tot 6 maanden leeftijd en daarna naar 2 keer per dag. Jonge honden mogen wettelijk vanaf 7 weken bij de moeder weggehaald worden.

Voor een optimale groei en gezondheid is een uitgebalanceerde voeding van groot belang. Te weinig, te veel of verkeerde voeding kan ernstige gevolgen hebben voor de rest van zijn leven. Een speciale puppyvoeding die afgestemd is op de grootte van het ras is zeer geschikt. Een chihuahua heeft immers andere behoeften dan een Duitse dog. In puppyvoeding zit de juiste verhouding aan energie, eiwitten, vitaminen en mineralen. Het bijvoeren van extra vitaminen en mineralen is niet nodig en kan zelfs schadelijk zijn.

Groei

Bij een gezonde pup zal het gewicht vanaf de geboorte continue toenemen. Een pup die meer dan 10% van zijn lichaamsgewicht verliest, loopt risico te sterven en moet worden bijgevoerd. Weeg de pups dus in de eerste 24 uur na de geboorte en daarna dagelijks. Na 10 dagen dient de pup in gewicht verdubbeld te zijn. Voor een betrouwbare weging moeten de pups elke dag rond hetzelfde tijdstip gewogen worden op een nauwkeurige weegschaal. Noteer de gewichten, zodat een groeicurve gemaakt kan worden. Het stagneren van de groei is vaak het eerste teken dat er problemen zijn. Door het gewicht goed bij te houden is men vroeg gewaarschuwd en kan tijdig worden ingegrepen.

Ontlasting en urine

De eerste 2 tot 3 levensweken zijn de pups nog niet in staat zelf te ontlasten of urineren. De moeder zal dit stimuleren door de pups te likken op hun buik en rond de anus. Houd in de gaten of dit ook gebeurt. Bij moederloze pups kunt u het gedrag van de teef nabootsen door met een vochtig watje over de buik en rond de anus van de pup te wrijven.

Diarree komt geregeld voor bij pups en kan allerlei oorzaken hebben, zoals een voerverandering, verkeerde voersamenstelling en allerlei infecties. Onafhankelijk van de oorzaak is het belangrijk om tijdig in te grijpen. Pups kunnen namelijk snel uitdrogen. Neem dan ook contact op met de dierenarts in geval van diarree.

Hygiëne

Om de kans op infecties zo laag mogelijk te houden, is het belangrijk het nest (werpkist) goed schoon te houden. Teven zullen vaak de ontlasting van de pups opeten, zodat het nest schoon blijft. Maak ook zelf het nest minimaal eenmaal daags schoon.

Ontworming

Vrijwel alle teven hebben ‘slapende’ (geïnhibeerde) spoelwormlarven in hun lichaam. De meeste pups worden dan ook al in de baarmoeder besmet met spoelwormen. Ook via de melk kunnen ze besmet worden. Pups kunnen erg ziek worden van een wormbesmetting en zelfs sterven. Om dit te voorkomen is het belangrijk om alle pups meerdere keren te ontwormen op 2, 4, 6 en 8 weken leeftijd. Er zijn speciale ontwormingsmiddelen voor pups op de markt, bijvoorbeeld Drontal pup. Ook de teef kan dan meteen samen met de pups ontwormd worden (Milbemax). Het heeft geen zin om de teef tijdens de dracht extra te ontwormen, omdat de ‘slapende’ spoelwormlarven hiermee niet worden aangepakt.

Vaccinatie

De eerste levensweken worden pups tegen verschillende ziektes beschermd door afweerstoffen die ze binnenkrijgen via de moedermelk. De hoeveelheid afweerstoffen neemt daarna geleidelijk af en de pup zal zelf afweerstoffen moeten aanmaken om beschermd te blijven. Het is daarom belangrijk om de pups op tijd te vaccineren. De basisenting voor pups bestaan uit een serie van drie vaccinaties: de eerste op 6 weken leeftijd, de tweede op 9 weken leeftijd en de laatste op 12 weken. Het herhalen  van de vaccinatie heeft meerdere redenen: het immuunsysteem van de pup is nog niet volledig ontwikkeld, sommige vaccins geven na eenmalige vaccinatie onvoldoende bescherming en afweerstoffen die de pups van de moeder hebben gekregen kunnen de vaccinatie hinderen. De pups zijn dan ook pas volledig beschermd na deze serie van drie vaccinaties. Het is wettelijk verplicht dat pups vóór de 7 weken leeftijd de eerste keer gevaccineerd worden, uiterlijk 1 week voordat de pups naar de nieuwe eigenaar gaan.

Sinds 29 december 2014 moeten pups verplicht gevaccineerd worden tegen rabiës (hondsdolheid) wanneer zij naar het buitenland moeten reizen of worden ingevoerd in Nederland. Deze vaccinatie mag pas gegeven worden vanaf 3 maanden leeftijd (dus niet 12 weken!). Na vaccinatie is er een verplichte wachttijd van 3 weken voordat de pups over de grens vervoerd mogen worden. Houd hier dus rekening mee bij het kopen of verkopen van een pup.

Chippen

Pups geboren vanaf 1 april 2013 moeten binnen 7 weken na de geboorte verplicht gechipt worden en binnen 8 weken na de geboorte bij een aangewezen databank worden geregistreerd. Voor meer informatie kijk op www.chipjedier.nl. Bij rashonden zal vaak een chipper van de Raad van Beheer thuis komen voor nestcontrole en chippen. Het chippen kan ook door een dierenarts gebeuren, op de praktijk of aan huis, en kan dan gecombineerd worden met de eerste vaccinatie en uitgifte van het dierenpaspoort. Bij het chippen wordt er onderhuids een microchip ingebracht met een identificatienummer dat kan worden uitgelezen met een reader.

Fokken met rashonden

Bij het fokken van rashonden met stamboom zijn er een aantal extra zaken waar rekening mee moet worden gehouden. Vanaf 1 juni 2014 krijgen alle rashondenpups een verplicht DNA-afstammingsbewijs. Daarvoor wordt van alle rashondenpups en hun ouders DNA afgenomen. Zo is zeker dat de opgegeven ouders ook echt de ouders zijn, maar kan ook gerichter gewerkt worden aan het verbeteren van de gezondheid van rashonden. Voor meer informatie zie www.raadvanbeheer.nl

Vragen?

Neem gerust contact met ons op, bel 077-3982169 of email: dierenarts@daphorst.com

Fokbegeleiding door dierenarts Jacques Jenniskens DAP HorstDrs. Jacques Jenniskens
Dierenartsenpraktijk Horst
Thuisbezorgservice: www.dierapotheker.nl

Verzorging hond na de bevalling


Na een keizersnede

De teef zal na een keizersnede in eerste instantie nog wat versuft zijn. Zorg ervoor dat ze in alle rust bij kan komen en de tijd krijgt om de pups te voeden. Meestal zult u medicatie mee krijgen om de teef gedurende de eerste dagen te geven. Kijk dagelijks naar de buikwond, deze mag niet gaan ontsteken. Meestal zullen de hechtingen na tien dagen verwijderd worden. Bij vragen of twijfel kunt u altijd contact opnemen met de praktijk.

Omgeving

Zowel tijdens als na de bevalling is het belangrijk om te zorgen voor een omgeving waar de teef in alle rust kan verblijven. De moeder-kindbinding kan dan goed tot stand komen. Vermijd dan ook allerlei bezoek en drukte rondom de werpkist. Onrust is ongunstig voor de pups, maar kan ook tot ongewenst gedrag leiden bij de moeder. Er is kans dat ze op de pups gaat staan/liggen of ze gaat verslepen.

Voeding

Na de bevalling zal de teef meer voer nodig hebben. Geef haar altijd vers drinkwater en een uitgebalanceerde en energierijke voeding verdeeld over 3-4 maaltijden per dag. In de 3e-4e week na de bevalling geeft de teef erg veel melk en is haar energiebehoefte erg groot, wel 4 keer zoveel dan normaal. Als voldoende energie kan worden opgenomen, zal de teef op gewicht blijven. Enig gewichtsverlies is echter niet direct verontrustend. Als de pups bijgevoerd worden kan de hoeveelheid voeding van de teef langzaamaan teruggebracht worden, zodat de melkgift daalt.

Door de melkgift zal de calciumbehoefte van de teef verhoogd zijn. Indien zij onvoldoende calcium binnenkrijgt met de voeding, bestaat de kans op een levensbedreigende hypocalcemie. Een optimale voeding tijdens de lactatie is dus essentieel. Het geven van extra calcium is echter niet altijd aan te raden. Vraag uw dierenarts om advies.

Ontworming

Zoals reeds bij ‘verzorging van de pups’ besproken is, wordt het moederdier samen met de pups ontwormd op 2, 4, 6 en 8 weken na de bevalling.

Vaginale uitvloeiing

De eerste 4 weken na de bevalling is het normaal dat er nog wat uitvloeiing uit de vulva komt. De eerste paar dagen is de uitvloeiing helderrood, deze wordt geleidelijk aan lichter van kleur en de hoeveelheid neemt af. In de 5e week na de bevalling zal deze doorgaans gestopt zijn. De uitvloeiing dient te allen tijde geurloos te zijn. Stinkende uitvloeiing wijst op problemen, neem contact op met de dierenarts.

Melkklieren

Normaal zijn de melkklieren soepel. Wanneer de melkklieren hard, rood verkleurd of pijnlijk zijn, kan dit duiden op een melkklierontsteking (mastitis). De melk kan dan een afwijkende kleur en/of geur hebben. Neem in dat geval contact op met de dierenarts.

  Ontwormen pups + teef Voeding Vaginale uitvloeiing
Tabel. Overzichtschema voor de verzorging van de teef na de bevalling.
Week 1   Geef meer en hoogwaardige voeding in 3-4 maaltijden per dag Helder, rood, geurloos
Week 2 1e keer   Helder, roze, geurloos
Week 3   Hoeveelheid voer is nu 3-4 keer zoveel dan normaal Helder, doorzichtig, geurloos
Week 4 2e keer Voergift langzaam verminderen Gestopt of afgenomen; helder, doorzichtig, geurloos
Week 5     Gestopt
Week 6 3e keer    
Week 7      
Week 8 4e keer    

Vragen?

Neem gerust contact met ons op, bel 077-3982169 of email: dierenarts@daphorst.com

Dierenarts Suzanne van Dijck Dierenartsenpraktijk HorstDrs. Suzanne van Dijck
Dierenartsenpraktijk Horst
Thuisbezorgservice: www.dierapotheker.nl

Sperma analyse Casa hond

Heeft CASA de toekomst in de fokkerij van paard en hond?

CASA is een computergestuurd systeem voor de analyse van honden- en hengstensperma. Dit staat voor  Computer-Assisted Sperm Analysis. Met dit systeem kan heel nauwkeurig, snel en betrouwbaar de spermakwaliteit worden beoordeeld. Het systeem meet verschillende parameters voor de  concentratie, beweeglijkheid, morfometrie (vorm, grootte en bouw) en vitaliteit van de spermacellen. De data wordt automatisch geanalyseerd en is hierdoor objectief en digitaal. Het geeft een nog betere indicatie van de vruchtbaarheid van het sperma en de kwaliteit van het sperma.

Hoe werkt Computer-Assisted Sperm Analysis?

De CASA bestaat uit een microscoop, camera, warmte-element, beeldopslag en computer voor de analyse van data. De camera maakt videobeelden van de spermacellen, waarna middels een computerprogramma de verschillende parameters berekend worden. Ook wordt een beeld op de computer getoond, waardoor dit direct zichtbaar te maken is en dient als extra controle. De software genereert een Excel-bestand met daarin een overzicht van alle data.

Een veelgebruikt CASA systeem is dat van Proiser R+D. Dit systeem wordt zowel humaan gebruikt als voor  verschillende diersoorten, waaronder honden, paarden, koeien, en varkens. Het voordeel hiervan is dat het systeem ver doorontwikkeld is en een van de meest complete en eenvoudige systemen op de markt is. Hierbij worden tot 200 frames/seconde geanalyseerd. Omdat hondensperma in het algemeen sterk geconcentreerd is, wordt dit vaak voorafgaand aan de analyse verdund.

Met CASA worden de volgende parameters bepaald:

  • Concentratie.
  • Motiliteit: totale en progressieve motiliteit, langzame/medium/snel bewegende spermacellen, lineariteit van de beweging, amplitude van de zijwaartse beweging van de kop en verschillende waarden voor de snelheid van de spermacellen.
  • Morfometrie: kopgrootte (oppervlak, lengte, breedte en omtrek), kopvorm, acrosoom percentage, grootte van het middenstuk en manier waarop het middenstuk vastzit.
  • Vitaliteit: hoeveelheid levensvatbare spermacellen.

Wat is het voordeel van de CASA?

Traditioneel werd gebruik gemaakt van lichtmicroscopie om de verschillende parameters van sperma te meten. Hierbij wordt een ‘gewone’ microscoop handmatig bediend en worden de beelden door een persoon bekeken. Dit ging om de concentratie, motiliteit en morfologie. Het nadeel hiervan is dat het subjectief is en dat variatie ontstond door de ervaring van de gebruiker en de kwaliteit van de microscoop. Ook worden er relatief maar weinig spermacellen geanalyseerd en is een goede analyse tijdrovend.5

Deze nadelen worden ondervangen door het gebruik van CASA. Er worden binnen 1 minuut zeer grote aantallen (enkele duizenden) spermacellen geanalyseerd op vele parameters. Doordat de beoordeling van het sperma middels CASA geautomatiseerd is, kunnen ook meer subtiele veranderingen in de spermakwaliteit zichtbaar gemaakt worden.­­6 Het is dan ook heel goed mogelijk om monsters van verschillende dieren en momenten met elkaar te vergelijken.1

CASA is daarmee ook zeer geschikt om op een objectieve wijze verdunningsmiddelen en methoden voor bewaren van sperma te optimaliseren.6

Wat is het nadeel van de CASA?

Het is belangrijk dat het systeem goed gestandaardiseerd en gevalideerd is. Hierbij zullen bijvoorbeeld de instellingen duidelijk invloed kunnen hebben op de resultaten. Denk hierbij aan het aantal frames/sec dat door de camera wordt opgenomen. Deze instellingen verschillen tussen de diverse beschikbare CASA systemen en op dit moment is het nog lastig om de parameters tussen verschillende laboratoria/meetapparatuur te vergelijken. Andere factoren die mogelijk invloed kunnen hebben op de analyse, zijn de manier waarop het sperma verdund is en de temperatuur. Ook zijn de instellingen voor vers sperma versus gekoeld/diepvriessperma mogelijk verschillend.5,6

Een ander nadeel van de CASA is dat de apparatuur zeer kostbaar is en de kosten voor de sperma-analyse hierdoor hoger uitkomen dan met alleen microscopie.

Wat zegt de CASA over de vruchtbaarheid van de reu?

Er zijn veel gegevens bekend over uitkomsten van de CASA-analyse bij honden die bewezen vruchtbaar zijn. Deze vormen de zogenaamde ‘referentiewaarden’.  Op dit moment is het bij de hond nog niet helemaal duidelijk in hoeverre subtiele veranderingen in bijvoorbeeld de motiliteit en snelheid van de spermacellen invloed hebben op het bevruchtend vermogen van het sperma. Bij verschillende andere diersoorten (paarden, stieren en mensen) zijn deze verbanden al wel gevonden.5,6 Er kan dus geen nauwkeurige voorspelling gedaan worden van de vruchtbaarheid die met een individueel sample verkregen zal worden. De vruchtbaarheid wordt bijvoorbeeld uitgedrukt in het percentage drachtige teven of nestgrootte.1 Dit hangt namelijk ook af van andere factoren, zoals de dekking of KI zelf en de vruchtbaarheid van de teef. Ook wordt het sperma beoordeeld in ‘standaardvloeistof’. Dit heeft niet dezelfde samenstelling als de vloeistoffen waarmee het sperma in contact komt in het vrouwelijke dier. Hier kan dus ook een verschil ontstaan.1

Bij kunstmatige inseminatie met diepvriessperma bij teven zijn gegevens bekend over de drachtpercentages bij verschillende kwaliteiten sperma. De kwaliteit van het sperma wordt dan uitgedrukt in het aantal progressief bewegende normale spermacellen. Bij een aantal van >150 x 106 spermacellen is het drachtpercentage 76%, bij 100-150 x 106  is dat 68% en bij een aantal <100 x 106  is dat 52%.3 Met de CASA kan deze spermakwaliteit snel en betrouwbaar beoordeeld worden.

De invriesbaarheid van sperma van verschillende reuen kan duidelijk verschillen. Zonder CASA is het lastig om van tevoren een inschatting te kunnen maken of het sperma van een specifieke reu zijn kwaliteit en bevruchtend vermogen behoudt na invriezen (cryopreservatie). Met CASA kan hier een meer nauwkeurige voorspelling voor gedaan worden.4,6 Daarmee kunt u beter overwegen of u de kostbare procedure en opslag van sperma van een specifieke reu wilt aangaan. Dit kan een hoop teleurstellingen en hoge uitgaven voorkomen.

Wat zegt de CASA over de vruchtbaarheid van de hengst?

Bij de hengst zijn verbanden gevonden tussen subtiele veranderingen in bijvoorbeeld de motiliteit en snelheid van de spermacellen en het bevruchtend vermogen van het sperma.6 De vruchtbaarheid wordt bijvoorbeeld uitgedrukt in het percentage drachtige merries. Het is met CASA niet mogelijk om een nauwkeurige voorspelling te doen. Dit hangt, net als bij de hond, namelijk ook af van andere factoren, zoals de dekking of KI zelf en de vruchtbaarheid van de merrie.

De invriesbaarheid van sperma van verschillende hengsten kan duidelijk verschillen. Zonder CASA is het lastig om van tevoren een inschatting te kunnen maken of het sperma van een specifieke hengst zijn kwaliteit en bevruchtend vermogen behoudt na invriezen (cryopreservatie). Met CASA kan hier een meer nauwkeurige voorspelling voor gedaan worden.6 Daarmee kunt u beter overwegen of u de kostbare procedure en opslag van sperma van een specifieke hengst wilt aangaan. Dit kan een hoop teleurstellingen en hoge uitgaven voorkomen.

In de toekomst kan de methode van cryopreservatie (met name de gebruikte vloeistoffen) mogelijk ook aangepast worden per individuele hengst. Met de CASA kan dan beoordeeld worden welke methode de beste individuele spermakwaliteit geeft na invriezen.2

Factoren die van invloed zijn op de uitkomst van inseminatie

Wanneer is sperma-analyse met de CASA zinvol?

  1. Bij beoordeling van de spermakwaliteit. De waarde van een dekreu/hengst hangt sterk af van het bevruchtend vermogen van zijn sperma. Middels CASA kan de spermakwaliteit inzichtelijk gemaakt worden.
  2. Bij sperma-afname ten behoeve van het invriezen. Analyse met de CASA kan inzicht geven of het sperma van een hond/paard goed in te vriezen is.1,4,6 U kunt dan een meer onderbouwde overweging maken of u de kostbare procedure van invriezen, opslag en verzending van sperma wilt starten.
  3. Bij inseminatie van teven/merries met gekoeld of diepvriessperma. Voorafgaand aan de inseminatie kan de kwaliteit van het sperma beoordeeld worden.1 Zo kan besloten worden of en met welk sample de teef/merrie geïnsemineerd zal worden.
  4. Bij periodes van medicatie/ziekte. Doordat met de CASA subtiele veranderingen in de spermakwaliteit beoordeeld kunnen worden, is het mogelijk om de invloeden van omgevingsomstandigheden of medicatie/ziekte op sperma te kunnen beoordelen.6
  5. Bij verdeling van een ejaculaat in meerdere inseminatiedoses. De concentratie van sperma kan nauwkeurig bepaald worden en daarmee ook de verdeling van het ejaculaat in meerdere doses.1 

Literatuur:

  • Amann, R.P.; Waberski, D. (2014) Computer-assisted sperm analysis (CASA): Capabilities and potential developments. Theriogenology 81, pp5-17.
  • Loomis, P.R.; Graham, J.K. (2008) Commercial semen freezing: Individual male variation in cryosurvival and the response of stallion sperm to customized freezing protocols. Animal Reproduction Science 105, pp119-128
  • Mason, S.J. (2016) A retrospective clinical study of endoscopic-assisted transcervical innsemination in the bitch with frozen-thawed dog semen. Reprod Dom Anim 51, pp1-6.
  • Nunez-Martınez, I.; Moran, J.M.; Pena, F.J. (2007) Sperm indexes obtained using computer-assisted morphometry provide a forecast of the freezability of canine sperm. Int Journal of andrology 30 pp182-189.
  • Rijsselaere, T.; Van Soom, A.; Tanghe, S.;  Coryn,M.; Maes, D.; de Kruif, A. (2005) New techniques for the assessment of canine semen quality: A review. Theriogenology 64, pp706-719.
  • Rijsselaere, T.; Van Soom, A.; Maes, D.; Nizanski, W. (2012) Computer-Assisted Sperm Analysis in Dogs and Cats: An Update after 20 Years. Reprod Dom Anim 47, pp204-207.

Sperma analyse hond


Sperma analyse met CASA

Dit staat voor  Computer Assisted Semen Analysis.

  • Met dit systeem kan heel nauwkeurig, snel en betrouwbaar de spermakwaliteit beoordeeld worden.
  • Het systeem meet verschillende parameters voor de  concentratie, beweeglijkheid, morfometrie (vorm, grootte en bouw) en vitaliteit van de spermacellen.
  • De data wordt automatisch geanalyseerd en is hierdoor objectief en digitaal.
  • Het geeft een nog betere indicatie van de vruchtbaarheid van het sperma en de kwaliteit voor invriezen.

Is kunstmatige inseminatie bij de hond toegestaan?

In Nederland is sinds 2014 wettelijk vastgelegd dat dekking en dracht bij honden via de natuurlijke weg moet verlopen. Er zijn twee uitzonderingen waarbij kunstmatige inseminatie bij honden eventueel wel is toegestaan:

1. Natuurlijke dekking niet mogelijk door kortdurende blessure

Natuurlijke dekking lukt niet bij de teef door een kortdurende blessure, bijvoorbeeld kreupelheid. Voorwaarde hierbij is dat de teef in staat is om de dracht volledig uit te dragen en volledig geschikt is voor de fokkerij.

2. De dekreu is niet beschikbaar

De beoogde reu (met gunstige eigenschappen) is niet beschikbaar, bijvoorbeeld omdat deze reu overleden is of in het buitenland/een ander deel van het land is.

U kunt hier meer lezen over de sperma analyse van de hond met de Casa.

Vragen?

Neem gerust contact met ons op, bel 077-3982169 of email: dierenarts@daphorst.com

Fokbegeleiding door dierenarts Jacques Jenniskens DAP Horst

Drs. Jacques Jenniskens
Dierenartsenpraktijk Horst
Thuisbezorgservice: www.dierapotheker.nl

Progesteron test hond

Progesterontest bij uw hond met immulite

Met een progesterontest bij uw hond bepalen we het beste dektijdstip voor natuurlijke dekking. Zo is de kans op dracht het hoogst.

Uitslag binnen 2 uur!

Binnen 2 uur na de progesterontest krijgt u van ons de uitslag, inclusief advies over het beste dektijdstip. Dit kan telefonisch of per e-mail; net wat uw voorkeur is.

Progesteronbepaling met de nieuwste Immulite

Als een van de weinige dierenklinieken in Nederland, beschikken wij over de geavanceerde Immulite. Deze apparatuur geldt als de gouden standaard voor progesterontests bij honden:

De Immulite geeft de betrouwbaarste progesteronwaardes, en dus het beste tijdstip om uw teef te laten dekken.

Natuurlijk begeleiden wij u bij de juiste interpretatie van de progesteronwaardes.

Wanneer moet u progesteron laten prikken van uw hond?

Begin 5 tot 7 dagen na het begin van de loopsheid met het eerste bloedonderzoek. We nemen dan 2 ml bloed af.

Is de progesteronspiegel gestegen naar 4-6 ng/ml, heeft de eisprong plaatsgevonden. Daarna hebben de eicellen 48 tot 72 uur rijping nodig, vóór bevruchting mogelijk is. Sperma is 48 uur actief.

Van daaruit bepalen we het beste dektijdstip.

Thuistest voor progesteron onbetrouwbaar

De afgelopen jaren zijn er ook thuistesten voor progesteronbepaling opgedoken. Naar onze mening zijn deze tests onbetrouwbaar.

Met de Immulite bepalen we het progesteron via de bloedwaardes. De thuistest is meer een ovulatietest, die werkt met kleuren. Dat geeft een minder betrouwbare uitslag.

Op fora kunt u ervaringen van anderen lezen met de thuistest. Het algemene oordeel luidt, net als die van ons, dat de thuistests niet goed werken.

Laat uw progesteronmeting door ons doen

Dan heeft u zekerheid over het beste dektijdstip voor uw hond. En weet u precies wanneer u met de eigenaar van de reu moet afspreken. 

Vragen?

Neem gerust contact met ons op, bel 077-3982169 of email: dierenarts@daphorst.com

Fokbegeleiding door dierenarts Jacques Jenniskens DAP HorstDrs. Jacques Jenniskens
Dierenartsenpraktijk Horst
Thuisbezorgservice: www.dierapotheker.nl

Ongewenste dekking teef


Mijn teef is ongewenst gedekt, wat nu?

‘Help, mijn teef is gedekt maar ik wil helemaal geen puppy’s. Wat moet ik nu doen?’. Dit is een van de vragen die we in de praktijk tegenkomen. Zo af en toe krijgen we een telefoontje van een bezorgde hondeneigenaar wiens teef mogelijk ongewenst gedekt is. In sommige gevallen is de dekking daadwerkelijk gezien. In andere gevallen bestaat er alleen een vermoeden. Hoe groot is de kans dat na een dekking daadwerkelijk pups geboren zullen worden? En op welke manieren kunnen we ingrijpen? Dit zijn enkele vragen die belangrijk zijn en waar we u over willen informeren.

Wanneer is een dekking ongewenst?

We spreken van een ongewenste dekking wanneer de eigenaar niet wil dat een teef drachtig wordt en puppy’s krijgt. Dit kan te  maken hebben met persoonlijke voorkeuren, bijvoorbeeld wanneer er geen tijd of geld is om voor de drachtige teef en pups te zorgen.Ook wanneer een teef nog erg jong of juist oud is, een ziekte of erfelijke aandoening heeft, is een dekking niet gewenst. Daarnaast kan de reu die de teef (mogelijk) gedekt heeft voor problemen zorgen. Denk hierbij aan een teef die wordt gedekt door haar broer of vader. Ook het ras en de grootte van reu en teef en het wel of niet hebben van een stamboom kunnen meespelen in de vraag of de dekking gewenst is.

Hoe groot is de kans dat een teef drachtig wordt na een dekking?

Om de kans op dracht in te schatten, willen we weten of de dekking echt heeft plaatsgevonden en of sprake was van koppeling. Een ander logisch gegeven dat soms nog vergeten wordt, is dat zowel de reu als de teef vruchtbaar moeten zijn. Als de reu of teef gecastreerd is, is de kans op dracht nihil. Ook het moment van dekking speelt een rol.

Een teef is gemiddeld 3 weken loops. Vaak is de meest vruchtbare periode rond de 11e-13e dag na het begin van de loopsheid. Dit is echter zeer variabel en we zien in de praktijk ook teven die al rond de 6e dag of pas rond de 20e dag vruchtbaar zijn! We kunnen een paar milliliter bloed afnemen om het progesterongehalte te bepalen. Dit geeft ons meer informatie over de vruchtbare periode van de teef.

Wat kan ik doen wanneer mijn teef ongewenst gedekt is?

Wanneer een dekking heeft plaatsgevonden, zijn er meerdere mogelijkheden. U kunt besluiten om niets te doen en af te wachten. Het grootbrengen van een nest pups kost wel veel tijd, energie en geld! Een teef is gemiddeld 63 dagen drachtig en de bevalling (partus) zal rond die tijd op gang komen. Om beter te weten wat u kunt verwachten, kunnen we bepalen of een teef drachtig is. Dit kan rond dag 28 na dekking met een echo en rond dag 50-55 na dekking met een röntgenfoto.

Wanneer rond dag 28 met een echo wordt gezien dat een teef drachtig is, kunnen we nog ingrijpen. Op dat moment kan alsnog besloten worden om de teef twee hormooninjecties te geven waarmee de dracht kan worden afgebroken. Ook zou een castratie (verwijderen van baarmoeder en eierstokken) uitgevoerd kunnen worden. Besef wel dat de teef dan al op de helft van de dracht is en dat we hier spreken over een abortus. Beide methodes hebben in dit stadium een verhoogd risico op complicaties.

In plaats van afwachten, kunt u er ook voor kiezen om de teef in de eerste twee weken na de dekking te castreren of twee hormooninjecties te geven. We zien bij deze behandeling in een vroeg stadium nauwelijks bijwerkingen en er is geen verhoogde kans op baarmoederontsteking.

U kunt altijd contact opnemen met onze praktijk om de situatie van uw teef te bespreken en een vervolgplan te maken.

Vragen?

Neem gerust contact met ons op, bel 077-3982169 of email: dierenarts@daphorst.com

Fokbegeleiding door dierenarts Jacques Jenniskens DAP HorstDrs. Jacques Jenniskens
Dierenartsenpraktijk Horst
Thuisbezorgservice: www.dierapotheker.nl

Normale cyclus teef

De cyclus bij de teef bestaat uit verschillende fases die samenhangen met hormonale veranderingen. Deze bepalen zowel de lichamelijke als gedragsveranderingen bij de teef. Een goede kennis van deze cyclus is van belang bij het fokken van honden.

De eerste loopsheid van de teef treedt meestal rond de 6-9 maanden leeftijd op. Zeker bij grotere rassen kan het echter zijn dat het later optreedt, soms pas op 18-24 maanden leeftijd. De tijd tussen twee loopsheden varieert meestal van 6-12 maanden. Een teef wordt gemiddeld dus 1 à 2 keer per jaar loops.

Verschillende fasen in de cyclus van de teef

  • Pro-oestrus (gem. 9 dagen; (3-17 dagen)). Deze wordt gekenmerkt door bloederige uitvloeiing, gezwollen vulva en gedragsveranderingen waaronder onrust, humeurigheid en minder goed luisteren. De reutjes tonen duidelijk interesse maar de teef zal zich nog niet willen laten dekken.
  • Oestrus (gem. 9 dagen; (3-21 dagen)). De hoeveelheid bloederige uitvloeiing en de zwelling nemen af en de teef is bereid zich te laten dekken. Tijdens deze fase vindt de eisprong plaats en begint het progesterongehalte te stijgen. Het optimale dekmoment bevindt zich in deze fase.
  • Metoestrus (± 2 maanden). De uitvloeiing stopt en de vulva is nog iets gezwollen. Indien de teef niet gedekt is, kunnen in deze periode symptomen van schijndracht optreden. Het progesterongehalte is tijdens deze periode hoog.
  • Anoestrus (± 2-10 maanden). Dit is als het ware de rustperiode, waarin de eierstokken weinig actief zijn en de hormoongehaltes laag. De duur van deze periode is sterk afhankelijk van het ras en het individu.

Elke loopsheid is anders!

De genoemde tijdsperiodes zijn gemiddelden. De gemiddelde teef bestaat niet. Er is een grote individuele variatie mogelijk, zelfs per cyclus! Ook als een teef al eerder succesvol gedekt is op een bepaalde dag van de cyclus, is er niet zonder meer vanuit te gaan dat het de volgende cyclus hetzelfde zal zijn.

Welke hormonale veranderingen spelen een rol?

Tijdens de pro-oestrus produceren de eierstokken veel oestrogenen. Dit hormoon zorgt ervoor dat de geboorteweg van de teef wordt voorbereid op de dekking. Bij de overgang naar de oestrus wordt er door de hersenen (hypofyse) een piek aan het hormoon LH (luteïniserend hormoon) afgegeven. De eierstokken gaan dan minder oestrogenen en meer progesteron produceren. De eisprong vindt ongeveer 2 dagen na de LH piek plaats en neemt 12-24 uur in beslag. Na de eisprong neemt het progesterongehalte zeer snel toe. De vrijgekomen eicellen moeten nog ongeveer 48-72 uur rijpen, voordat ze klaar zijn om bevrucht te worden. Het progesterongehalte blijft gedurende de metoestrus hoog. Aan het einde van de dracht zal het gehalte snel dalen. Tegelijk neemt de productie van prolactine toe. Dit hormoon zorgt ervoor dat de melkgift op gang komt. Dit gebeurt ook bij teven die niet drachtig zijn, waardoor de zogenaamde ‘schijndracht’ kan optreden. Tijdens de anoestrus zijn de gehaltes van oestrogenen en progesteron laag.
Bij de volgende cyclus begint alles weer van voren af aan.

Schijndracht (schijnzwangerschap)

Zowel bij drachtige als niet-drachtige teven is de progesteronconcentratie in de luteale fase hoog. Aan het einde van die periode, 4-8 weken na de loopsheid, komt bij niet-drachtige teven een beeld voor dat ook wel schijndracht word genoemd. Het  is een natuurlijk verschijnsel. Men ziet bij vrijwel alle teven een geringe tot matige toename van de melkklieren. Bij sommige teven is dat in dermate, dat melkklierontwikkeling, melkgift en gedragingen grote overeenkomst vertonen met een echte dracht. De teef kan ander gedrag gaan vertonen: rusteloosheid, janken, piepen, een nest willen maken, speeltjes verzamelen en bezitterig zijn, erg aanhankelijk of juist humeuriger zijn, soms zelfs agressiviteit, minder goed eten en likken aan de buik.

Meestal gaat een schijndracht vanzelf weer over en is geen therapie nodig. Soms is het echter erg hinderlijk voor de teef, duurt het lang of blijft ze maar melk geven. In dat geval kan therapie worden ingesteld. Deze bestaat uit afleiding, extra lichaamsbeweging en reductie van de voergift. Daarnaast kan medicatie worden voorgeschreven om de melkproductie te remmen.

Vragen?

Neem gerust contact met ons op, bel 077-3982169 of email: dierenarts@daphorst.com

Fokbegeleiding door dierenarts Jacques Jenniskens DAP HorstDrs. Jacques Jenniskens
Dierenartsenpraktijk Horst
Thuisbezorgservice: www.dierapotheker.nl

Normale bevalling hond


Voorbereiding

In de weken voorafgaand aan de verwachte werpdatum kunt u al enige voorbereidingen treffen:

– Aanschaffen of bouwen van een werpkist met warmtelamp. Laat de teef alvast wennen aan de werpkist.
– Inlezen over de normale bevalling en wanneer hulp ingeschakeld moet worden.

Voortekenen van de bevalling

Er zijn verschillende tekens om op te letten:

  • Aanwezigheid van melk bij druk op de tepels. Dit is erg onbetrouwbaar, omdat het al enkele dagen tot weken voor de bevalling aanwezig kan zijn en zelfs bij schijndracht.
  • Het gedrag van de teef. Onrust, nestbouw, graven en krabben wijzen op een naderende geboorte. Sommige teven tonen dit al enkele dagen van tevoren. Veel teven hebben op de dag van de geboorte een verminderde eetlust en urineren en/of defaeceren frequent. Sommige teven braken kort voor of zelfs tijdens de uitdrijving. Tijdens de bevalling is de ademhaling versneld. Ook wil de teef vaak drinken. Zorg dus voor voldoende water bij de werpkist.
  • Uitvloeiing uit de vulva. Het loskomen van de slijmprop die de baarmoedermond heeft afgesloten start 1-2 dagen voor de bevalling. Men ziet dan een heldere slijmige uitvloeiing. Als de uitvloeiing iets bloederig of lichtgroen wordt, zal de ontsluitingsfase zijn begonnen.
  • Lichaamstemperatuur. Dit is het betrouwbaarste voorteken van een naderende bevalling. De normale temperatuur van de teef ligt tussen de 38-39°C . Als men vanaf de 56e dag driemaal daags de lichaamstemperatuur van de teef opmeet, dan wordt tussen 12 en 24 uur voorafgaand aan de geboorte van de eerste pup een daling van de lichaamstemperatuur waargenomen. Deze daling varieert van 0.5-1.5°C. Tijdens het verloop van de bevalling stijgt de temperatuur vaak weer.
  • Daling van het progesterongehalte in het bloed. Aan het einde van de dracht zal het progesterongehalte dalen. Deze daling kunnen we in het bloed meten en geeft houvast bij de voorspelling van de geboorte.

De geboorte

Voor een voorspoedige bevalling is het belangrijk om te zorgen dat de teef in een rustige omgeving is en weinig stress ervaart. Een overbezorgde eigenaar en drukke omgeving met veel toeschouwers kunnen de bevalling vertragen en bemoeilijken.

De bevalling bestaat uit drie fases:

1. Ontsluitingsfase (6-12 uur)

In deze fase wordt het geboortekanaal van de teef voorbereid op de naderende bevalling. De baarmoeder begint samen te trekken en het geboortekanaal zal verwijden. Langzamerhand wordt de opening van de baarmoedermond steeds groter. De teef toont in deze fase gedragsveranderingen, zoals hijgen en graven in de werpkist, maar heeft nog geen zichtbare weeën. Let op: het is een fabeltje dat met de vingers gevoeld kan worden of er al voldoende ontsluiting is! De baarmoedermond van de teef ligt ver buiten handbereik.

2. Uitdrijvingsfase (3-12 uur)

De baarmoeder gaat zich nog meer samentrekken en de teef begint te persen. De pups worden zo richting de baarmoedermond en vagina gedreven. Zodra de eerste pup binnen het bekken ligt, gaat de teef nog harder persen. Dit kan zowel liggend, hurkend, als staand.

Op de eerste pup zal de teef vaak wat langer persen dan op latere pups, omdat de geboorteweg dan immers nog moet worden opgerekt. Zeker bij teven die voor het eerst een nestje krijgen, kan dit het geval zijn. Een teef kan op de eerste pup soms wel 1 uur persen. De volgende pups worden vaak wat sneller geboren. Tussen de geboorte van de pups zit gemiddeld 45 minuten, maar het kan ook eerder of later zijn. Er is niet direct reden tot bezorgdheid als het wat langer duurt (1-2 uur en soms nog langer), mits de teef niet perst. Het komt regelmatig voor dat een teef een rustpauze neemt of zelfs in slaap valt tussen de geboorte van twee pups door. Blijft ze langdurig persen (>30 minuten) zonder dat er een pup wordt geboren, dan kan er iets mis zijn.

De pups kunnen zowel in kop- als stuitligging geboren worden. De vliezen kunnen gebroken zijn, maar het komt ook voor dat de vliezen nog intact zijn en om de pup zitten. De teef trekt deze meestal vlot kapot en begint de pup schoon te likken. Ook bijt ze de navelstreng door. Let erop dat dit niet te dicht bij de buik van de pup gebeurt, omdat de buikwand nog erg zwak is. Als de teef dit zelf niet doet, verwijder dan de vliezen en verwijder slijm uit het bekje en neus van de pup. Het wel of niet afbinden van de navelstreng staat ter discussie.

Een teef die voor de eerste keer bevalt, kan soms wat angstig reageren op de geluiden en bewegingen van de pups. Ze kan zelfs proberen om de pup te verstoppen of te verwonden. Wees hierop bedacht en leg de eerste pup eventueel tijdelijk apart in een warme omgeving. Tijdens de bevalling wordt de teef een al meer ‘ervaren’ moeder en zal ze de pups meestal goed accepteren.

3. Afkomen van de nageboortes (placenta)

De nageboorte (placenta) wordt vaak direct na de geboorte van een pup uitgedreven, maar kan ook 5-15 minuten later. De teef wil de placenta’s vaak (snel) opeten, vermoedelijk om het nest schoon te houden. Laat haar niet meer dan enkele placenta’s eten, ze kan erg misselijk worden en last krijgen van braken of diarree. Aan het einde van de bevalling moeten er evenveel placenta’s als pups uitgekomen zijn. Als ze achterblijven, kan dit voor problemen zorgen.

Vragen?

Neem gerust contact met ons op, bel 077-3982169 of email: dierenarts@daphorst.com

Dierenarts Suzanne van Dijck Dierenartsenpraktijk HorstDrs. Suzanne van Dijck
Dierenartsenpraktijk Horst
Thuisbezorgservice: www.dierapotheker.nl